k
→Bewijs dat Hij een Persoon is
k (→Wind) |
|||
Regel 138:
De Heilige Geest is niet enkel een invloed, maar een Persoon. Dat de Heilige Geest niet een onpersoonlijke kracht is, zoals de Jehovah-getuigen leren, maar een Persoon en wel Zelf één met God, ja, Zelf God, blijkt onder andere uit het volgende.
'''Spreken.''' De Geest van Christus was in de oudtestamentische profeten. Hij wees op en getuigde van het lijden dat over Christus zou komen. Aanduiden en getuigen zijn verrichtingen van een persóón. <blockquote>''1Pe 1:10 Over deze behoudenis hebben profeten onderzocht en nagevorst die van de voor u bestemde genade geprofeteerd hebben, 1Pe 1:11 terwijl zij navorsten welke of wat voor tijd de Geest van Christus die in hen was, aanduidde, toen Hij tevoren <u>getuigde</u> van het lijden dat over Christus zou komen en van de heerlijkheden daarna. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Johannes 15:26 Maar wanneer de Voorspraak is gekomen, die Ik u zal zenden van de Vader, de Geest van de waarheid die van de Vader uitgaat, zal Die van Mij <u>getuigen</u>. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Heb 9:8 Daarmee <u>duidt de Heilige Geest aan</u> dat de weg tot het heiligdom nog niet bekend gemaakt is, zolang de eerste tabernakel nog stand houdt.'' (Telos)</blockquote>Ook op andere plaatsen in de Heilige Schrift treedt de Geest naar voren als Iemand die spreekt. <blockquote>''Mattheüs 10:19 Wanneer zij u echter overleveren, weest niet bezorgd hoe of wat u moet spreken, want het zal u op dat uur gegeven worden wat u moet spreken; Mattheüs 10:20 want niet u bent het die spreekt, maar de Geest van uw Vader is het die in u <u>spreekt</u>. (TELOS)''</blockquote>In Hand. 8 spreekt een engel tot Filippus en even later spreekt de Geest tot hem. Beiden leiden Filippus naar een Ethiopiër die het evangelie moet horen. <blockquote>''Hnd 8:26 Een engel van de Heer nu sprak tot Filippus de woorden: Sta op en ga zuidwaarts de weg op die afdaalt van Jeruzalem naar Gaza; deze is woest. Hnd 8:27 En hij stond op en ging. En zie, een Ethiopier, een kamerling, een machthebber van Candace, koningin van de Ethiopiers, die haar schatbewaarder was, die naar Jeruzalem was gekomen om te aanbidden; Hnd 8:28 en hij was op de terugreis en zat op zijn wagen en las de profeet Jesaja. Hnd 8:29 En de Geest zei tot Filippus: Ga naar die wagen en blijf er in de buurt. Hnd 8:30 En Filippus liep er snel heen en hoorde hem de profeet Jesaja lezen; en hij zei: Begrijpt u wel wat u leest?'' (Telos)</blockquote>Ook in het volgende vers vinden wij woorden aangehaald die de Geest
'''Begeren.''' De Geest die in de gelovigen woont kan begeren, verlangen.<blockquote>''Jak 4:5 Of meent u dat de Schrift tevergeefs spreekt? Begeert de Geest die in ons woont, met afgunst? Jak 4:6 Hij geeft echter grotere genade. Daarom zegt Hij: ‘God weerstaat hoogmoedigen, maar nederigen geeft Hij genade’ (TELOS)''</blockquote>'''Droefheid.''' Hij is een Persoon die bedroefd kan worden door een verkeerde houding van gelovigen; door zonde en weerspannigheid kunnen wij Hem verdriet aandoen.
|