Jezus Christus: verschil tussen versies

2.395 bytes toegevoegd ,  5 maanden geleden
k
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(7 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
'''Jezus''' '''Christus''' is de naam van de [[Zoon van God|Zoon]] van [[God]], de [[Heiland]] der [[wereld]], die uit de [[hemel]] kwam en als [[mens]] op deze [[aarde]] werd geboren, in de wereld goed deed en leerde, verworpen werd en leed, voor zondaren stierf aan het [[Kruis, kruisigen|kruis]], begraven werd en na drie dagen lichamelijk uit de doden opstond, verheerlijkt werd en thans gezeten is aan de rechterhand van de Majesteit in de hemel, vanwaar Hij eens zal terugkomen om Zijn [[Gemeente]] tot zich te nemen en Zijn [[Koninkrijk van God|Koninkrijk]] op aarde te vestigen.<blockquote>''Ro 8:34 ... Christus Jezus is het die gestorven is, ja nog meer, die opgewekt is, die ook aan Gods rechterhand is, die ook voor ons bidt.'' (TELOS)</blockquote>Jezus Christus is de grootste mens in de geschiedenis. Hij had geen diploma, toch noemde men hem Meester en Leraar. Hij had geen medicijnen, toch noemde hem hem Genezer. Hij had geen leger, toch werd hij door leiders gevreesd. Hij won geen veldslagen, toch veroverde hij miljoenen harten. Hij pleegde geen misdaad, toch werd hij als misdadiger ter dood veroordeeld en met twee rovers gekruisigd. Hij werd begraven in een tombe, tochmaar leeftstond Hijop vandaaguit de dood en leeft.<ref>Geinspireerd door deze Engelse tekst "The Greatest man in history, named Jesus, had no servants, yet they called him Master. Had no degree, yet they called him Teacher. Had no medicines, yet they called him Healer. He had no army, yet kings feared Him. He won no military battles, yet he conquered the world. He committed no crime, yet they crucified Him. He was buried in a tomb, yet He lives today." Geciteerd op <nowiki>https://www.facebook.com/francisca.duh/posts/3820404108004301</nowiki></ref>
 
== Naam ==
''Jezus'' is de menselijke naam die de Zoon van God kreeg toen Hij als mens geboren was. De naam was door een engel van Godswege aan zijn ouders bekendgemaakt.
 
De Hebreeuwse naam is יֵשׁוּעַ, ''Jesjoea.'' Dit is een verkorte vorm van ''Jehosjoea<ref name=":1">[https://www.youtube.com/watch?v=kJhIblh7Dgw Yah Is God's Name!] Youtube.com: ASKDrBrown. Duur: 5 min. 37 sec.</ref>''. De naam van de Heer was niet ''Jahsjoea'', omdat 'Jah' nergens voorkomt aan het begin van een naam in het Oude Testament (zie [[Jah]]).
De Hebreeuwse naam is יֵשׁוּעַ, ''Jesjoea.'' De naam werd in Jezus' tijd en Galilese omgeving waarschijnlijk in het Aramees uitgesproken zonder een duidelijke 'a' op het eind, met een afgeknepen korte 'a'-klank''<ref>[https://www.youtube.com/watch?v=na22KkydPRs How did Jesus pronounce his own name? Evidence from 1st Century Inscriptions]. Youtube.com: Biblical Hebrew, 30 sept. 2022. Duur: 13 min. 50 sec. Zie ook, van dezelfde auteur Benjamin Kantor: https://biblicalhebrew.com/how-did-jesus-pronounce-his-own-name/</ref>'' (voor de letter '''ע''', ayin), waardoor de naam meer klinkt als ''Jesjoe'' (Hebr. יֵשׁוּ). "Het is dus waarschijnlijk zo dat alle drie de uitspraken, [jeːʃuːʕ], [jeːʃuː] en [jeːʃuːa(ʕ)] in de eerste eeuw na Christus bestonden. Maar toen Jezus, zijn familie en vrienden, en discipelen uit zijn streek zijn naam uitsprak, was dat waarschijnlijk met een sterke /ʕ/ als …. [jeːʃuːʕ]", aldus de Hebraïst Benjamin Kantor<ref>Benjamin Kantor: https://biblicalhebrew.com/how-did-jesus-pronounce-his-own-name/, 30 sept. 2022. </ref>.
 
De Hebreeuwse naam is יֵשׁוּעַ, ''Jesjoea.'' De naam werd in Jezus' tijd en Galilese omgeving waarschijnlijk in het Aramees uitgesproken zonder een duidelijke 'a' op het eind, met een afgeknepen korte 'a'-klank''<ref>[https://www.youtube.com/watch?v=na22KkydPRs How did Jesus pronounce his own name? Evidence from 1st Century Inscriptions]. Youtube.com: Biblical Hebrew, 30 sept. 2022. Duur: 13 min. 50 sec. Zie ook, van dezelfde auteur Benjamin Kantor: https://biblicalhebrew.com/how-did-jesus-pronounce-his-own-name/</ref>'' (voor de letter '''ע''', ayin), waardoor de naam meer klinkt als ''Jesjoe'' (Hebr. יֵשׁוּ). "Het is dus waarschijnlijk zo dat alle drie de uitspraken, [jeːʃuːʕ], [jeːʃuː] en [jeːʃuːa(ʕ)] in de eerste eeuw na Christus bestonden. Maar toen Jezus, zijn familie en vrienden, en discipelen uit zijn streek zijn naam uitsprak, was dat waarschijnlijk met een sterke /ʕ/ als …. [jeːʃuːʕ]", aldus de Hebraïst Benjamin Kantor<ref>Benjamin Kantor: https://biblicalhebrew.com/how-did-jesus-pronounce-his-own-name/, 30 sept. 2022. </ref>.
 
Jesjoea is een andere naam, wordt anders gespeld dan ''Jesjoeah'', het Hebreeuwse woord voor behoudenis, heil, verlossing.
 
De Griekse vorm van de Hebreeuwse naam is ''Ièsous.'' Deze naam ging over in het Latijn als ''Iesus''. Het Nederlandse 'Jezus' en het Engelse 'Jesus' is van de Latijnse naam hiervan afgeleid. De Arabieren zeggen 'Jasoe', met de afgeknepen 'a'-klank. De naam hebben zij niet via het Grieks overgenomen. De gebruikelijke naam in de Islam is echter 'Isa'<ref>Zie https://biblicalhebrew.com/how-did-jesus-pronounce-his-own-name/#comment-71</ref>.
 
=== Betekenis ===
'''Betekenis.''' De naam Jezus betekent (''verlossingJesjoea'', ''hij dievan verlost'' of Jehosjoea''Jahweh) is verlossing'' ofbetekent ''heil van Jahweh''. Inis elkbehoudenis geval drukt de naam het begrip(heil, verlossing,)''<ref heilname=":1" uit/>. En heil brengen was de kern van Zijn missie. <blockquote>''Tit 2:11  Want de genade van God, heilbrengend voor alle mensen, is verschenen'' (Telos)</blockquote>Een engel verkondigde aan zijn vader Jozef ''wie'' Jezus zou verlossen en ''waarván''.
 
<blockquote>''Mt 1:21 Zij nu zal een Zoon baren, en u zult Hem de naam Jezus geven, <u>want</u> Hij zal zijn volk behouden van hun zonden.'' (TELOS)</blockquote>
 
=== Andere benamingen ===
De naam 'Jezus Christus' wil zeggen dat deze Jezus de Christus, de Verlosser van Israël is. 'Christus' betekent, evenals het Hebreeuwse equivalent 'Messias': ''gezalfde.'' Zie [[Christus]].
 
De Heer werd ook wel genoemd 'Jezus de Galileeër', naar de landstreek Galilea waar Hij vandaan kwam; en 'Jezus de Nazoreeër', naar de stad Nazareth, waar Hij was opgegroeid. Beide benamingen werden gebezigd door vrouwen in de voorhof van de hogepriester te Jeruzalem.<blockquote>''Mt 26:69  Petrus nu zat buiten in de voorhof; en een dienstmeisje kwam naar hem toe en zei: Ook u was met Jezus de Galileeër. Mt 26:70  Hij loochende het echter ten aanhoren van allen en zei: Ik weet niet wat u zegt. Mt 26:71  Toen hij nu naar buiten ging naar de voorpoort, zag een andere vrouw hem en zij zei tot hen die daar waren: Ook deze was met Jezus de Nazoreeër.'' (Telos)</blockquote>Andere namen en aanduidingen, zoals 'de Zoon des Mensen' (of 'de Mensenzoon'), 'de Zoon van God' en 'het Woord', worden hieronder vermeld.
 
== Zijn grootheid ==
Regel 96 ⟶ 106:
Jezus is het beeld van God. Hij was de afstraling van de heerlijkheid van God, de afdruk van Zijn wezen (Hebr. 1:3) en Hij kon zeggen: "wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien" (Joh. 14:9).
 
Jezus is een groot licht, dat bewoners van Galilea is opgegaan. <blockquote>''Mt 4:16  het volk dat in duisternis zat, heeft een groot licht gezien, en voor hen die zaten in het land en de schaduw van de dood, hun is een licht opgegaan’.'' (Telos)</blockquote>De priester Zacharias profeteerde van zijn zoon Johannes:<blockquote>''Lu 1:76  En jij, kind, zult een profeet van de Allerhoogste worden genoemd, want jij zult voor het aangezicht van de Heer heengaan om zijn wegen te bereiden,  Lu 1:77  om zijn volk kennis van de behoudenis te geven in de vergeving van hun zonden, Lu 1:78  door de innerlijke barmhartigheid van onze God, waarmee de Opgang uit de hoogte ons zal bezoeken, Lu 1:79  om te schijnen voor hen die in duisternis en schaduw van de dood zitten, om onze voeten te richten op de weg van de vrede.'' (Telos)</blockquote>De Opgang uit de hoogte, een verschijning of manifestatie van God, zal ons bezoeken. <blockquote>''2Co 4:4 ... Christus, die het beeld van God is, ... 2Co 4:6 Want de God die gezegd heeft: ‘Uit duisternis zal licht schijnen’, Die heeft geschenen in onze harten tot de lichtglans van de kennis van de heerlijkheid van God in het aangezicht van Jezus Christus. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Col 1:15 Hij is het beeld van de onzichtbare God, de eerstgeborene van de hele schepping, (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Joh 14:9 Jezus zei tot hem: Ben Ik zo lange tijd bij u en heb je Mij niet gekend, Filippus? Wie Mij heeft gezien, heeft de Vader gezien; hoe zeg je dan: Toon ons de Vader? (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Joh 15:24 ... maar nu hebben zij zowel gezien als gehaat zowel Mij als mijn Vader. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Flp 2:6 die in de gestalte van God zijnde ... (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Joh 12:44 Jezus nu riep en zei: Wie in Mij gelooft, gelooft niet in Mij, maar in Hem die Mij heeft gezonden. Joh 12:45 En wie Mij aanschouwt, aanschouwt Hem die Mij heeft gezonden. (TELOS)''</blockquote>God sprak met Mozes, die Hem kon zien. Mozes zag de 'gelijkenis' of 'gestalte' van Jahweh. Die gelijkenis, gestalte, of dat beeld van God, is de Heer Jezus. <blockquote>''Nu 12:8  [Van] mond tot mond spreek Ik met hem, en [door] aanzien, en niet door duistere woorden; en de gelijkenis des HEEREN aanschouwt hij; waarom dan hebt gijlieden niet gevreesd tegen Mijn knecht, tegen Mozes, te spreken?'' (SV)</blockquote><blockquote>''Nu 12:8  met hem spreek Ik van mond tot mond, ja, zichtbaar, en niet in raadsels. Hij aanschouwt de gestalte van de HEERE. Waarom dan bent u niet bevreesd geweest om over Mijn dienaar, over Mozes, te spreken?'' (HSV)</blockquote>Vergelijk: <blockquote>''Flp 2:6  die in de gestalte van God zijnde het geen roof geacht heeft God gelijk te zijn,'' (Telos)</blockquote>
 
== Eerstgeborene ==
Regel 124 ⟶ 134:
 
=== Broers en zussen ===
Jezus' jongere broers waren Jakobus, Jozef (of Joses), Judas en Simon. Ezelsbruggetje om hun namen te onthouden: JJJS, waarbij de twee letter na de J opklimt in het alfabet: a-o-u.
Jezus' jongere '''broers''' waren Jakobus, Jozef, Simon en Judas. Verder had hij tenminste twee '''zussen'''. Dit valt af te leiden uit de opgetekende uitspraken van zijn dorpsgenoten:<blockquote>''Mt 13:55 Is Deze niet de Zoon van de timmerman? Heet zijn moeder niet Maria en zijn broers Jakobus, Jozef, Simon en Judas? Mt 13:56 En zijn zijn zusters niet allemaal bij ons? Waar heeft Deze dan dit alles vandaan?'' (TELOS)</blockquote><blockquote>''Mr 6:3 Is Deze niet de timmerman, de Zoon van Maria en de Broer van Jakobus, Joses, Judas en Simon? En zijn zijn zusters niet hier bij ons? En zij namen aanstoot aan Hem.'' (TELOS)</blockquote>De namen van Jezus' zusters zijn ons niet gegeven.
 
Jezus' jongere '''broers''' waren Jakobus, Jozef, Simon en Judas. VerderDaarnaast had hijHij tenminste twee '''zussen'''. Dit valt af te leiden uit dehet opgetekendemeervoud 'zijn zusters' in de uitspraken van zijn dorpsgenoten:<blockquote>''Mt 13:55 Is Deze niet de Zoon van de timmerman? Heet zijn moeder niet Maria en <u>zijn broers</u> Jakobus, Jozef, Simon en Judas? Mt 13:56 En zijn <u>zijn zusters</u> niet allemaal bij ons? Waar heeft Deze dan dit alles vandaan?'' (TELOS)</blockquote><blockquote>''Mr 6:3 Is Deze niet de timmerman, de Zoon van Maria en de <u>Broer</u> van Jakobus, Joses, Judas en Simon? En zijn <u>zijn zusters</u> niet hier bij ons? En zij namen aanstoot aan Hem. Mr 6:4  En Jezus zei tot hen: Een profeet is niet ongeeerd behalve in zijn vaderstad, onder zijn <u>bloedverwanten</u> en in zijn huis.'' (TELOS)</blockquote>De namen van Jezus' zusters zijn ons niet gegeven.
Dat de Heer een broer genaamd Jakobus had, blijkt uit de mededeling van Paulus. In Jeruzalem sprak hij niemand anders van de apostelen dan 'Jakobus, de broer van de Heer' (Gal. 1:19).<blockquote>''Ga 1:19 ik zag echter niemand anders van de apostelen dan Jakobus, de broer van de Heer.'' (TELOS)</blockquote>Wat is de '''betekenis van de namen''' die Jozef en Maria aan de broers van Jezus gaven?
 
Dat de Heer een broer genaamd Jakobus had, blijkt uit de mededeling van Paulus. In Jeruzalem sprak hij niemand anders van de apostelen dan 'Jakobus, de broer van de Heer' (Gal. 1:19).<blockquote>''Ga 1:19 ik zag echter niemand anders van de apostelen dan Jakobus, de broer van de Heer.'' (TELOS)</blockquote>'''Betekenis van hun namen.''' Wat is de '''betekenis van de namen''' die Jozef en Maria aan de broers van Jezus gaven?
''Jacobus'', Grieks ''Iakobos'', de Griekse vorm ''Iakoob'', van het Hebreeuwse ''Ya'aqob'' (Nederlands ''Jacob)'', betekent 'hielenlichter' ('die de hielen vasthoudt'). Deze zoon van Jozef en Maria is misschien vernoemd naar Jozefs vader Jacob.<blockquote>''Mt 1:16 en Jakob verwekte Jozef, de man van Maria, uit wie Jezus is geboren, die Christus wordt genoemd. (TELOS)''</blockquote>''Jozef'' betekent 'laat Hem toevoegen', 'Hij voege toe'. Deze naam gaf aartsmoeder Rachel aan haar eerstgeborene zoon, met de wens dat God meer kinderen zou toevoegen. ''Joses'' = 'verheven'. Misschien staat deze naam voor 'Jozef'. Jozef was de naam van zijn en Jezus' vader. Wellicht is deze broer naar zijn vader vernoemd.
 
''Jacobus'', Grieks ''Iakobos'', de Griekse vorm ''Iakoob'', van het Hebreeuwse ''Ya'aqob'' (Nederlands ''Jacob)'', betekent 'hielenlichter' ('die de hielen vasthoudt'). Deze zoon van Jozef en Maria is misschien vernoemd naar Jozefs vader JacobJakob.<blockquote>''Mt 1:16 en Jakob verwekte Jozef, de man van Maria, uit wie Jezus is geboren, die Christus wordt genoemd. (TELOS)''</blockquote>''Jozef'' betekent 'laat Hem toevoegen', 'Hij voege toe'. Deze naam gaf aartsmoeder Rachel aan haar eerstgeborene zoon, met de wens dat God meer kinderen zou toevoegen. ''Joses'' = 'verheven'. Misschien staat deze naam voor 'Jozef'. Jozef was de naam van zijn en Jezus' vader. Wellicht is deze broer naar zijn vader vernoemd.
 
''Simon'' (Gr. ''simoon'', van Hebr. ''sjimoon'') betekent 'gehoord'.
Regel 138 ⟶ 150:
''Joh 7:2  Nu was het feest van de Joden, het loofhuttenfeest, nabij. Joh 7:3  Zijn broers dan zeiden tot Hem: Vertrek van hier en ga naar Judea, opdat ook uw discipelen uw werken aanschouwen die U doet; Joh 7:4  want niemand doet iets in het verborgen en tracht zelf openlijk bekend te zijn. Als U deze dingen doet, openbaar Uzelf dan aan de wereld.  Joh 7:5  Want ook zijn broers geloofden niet in Hem.'' (Telos)</blockquote>
 
JacobusJakobus en Judas zijn later dienstknechten van hun broer, eigenlijk van de ''Heer'' Jezus Christus geworden, Jac. 1:1. Zij hebben zijn goddelijke afkomst en bediening erkend. Beiden hebben een brief geschreven die ons in de Bijbel is overgeleverd. JacobusJakobus is evenals de Heer zelf een 'apostel' geworden. Paulus schrijft:<blockquote>''Ga 1:19 ik zag echter niemand anders van de apostelen dan Jakobus, de broer van de Heer. (TELOS)''</blockquote>De Heer Jezus was een hoeksteen van de totale gemeente in de wereld. JacobusJakobus werd een steunpilaar in de gemeente te JerzulemJeruzulem, Gal. 2:9. De Heer was gezonden tot de schapen van het huis van Israël, ook JacobusJakobus had een zending onder de besnedenen, Gal. 2:9.
 
Jezus groeide op in Nazareth, zijn 'vaderstad', in Galilea.<blockquote>''Mr 6:1 En Hij ging vandaar weg en kwam in zijn vaderstad, en zijn discipelen volgden Hem.(TELOS)''</blockquote>
 
=== Grootvaders ===
De opa van Jezus en de vader van Jozef heette Jakob. Zijn andere opa, de vader van zijn moeder Maria, heette Heli (Grieks), van Hebr. Eli (Luc. 3:23).<blockquote>''Mt 1:16 en Jakob verwekte Jozef, de man van Maria, uit wie Jezus is geboren, die Christus wordt genoemd. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Lu 3:23 En Hij, Jezus, begon omtrent dertig jaren [oud] te wezen, zijnde (alzo men meende) de zoon van Jozef, den [zoon] van Heli,(SV)''</blockquote><blockquote>''Lu 3:23 En Hij, Jezus, begon ongeveer dertig jaar oud te worden, en was, naar men meende, een zoon van Jozef, de zoon van Eli, (TELOS)''</blockquote>Jakob is de naam van de aarstvader en een aanduiding van het volk Israël.