Adventisme

Uit Christipedia

Het Adventisme is een in de 19e eeuw ontstane protestants-christelijke stroming waarin de spoedige wederkomst van Christus centraal staat. De stroming omvat meer dan 200 bewegingen, waaronder de zevendedagsadventisten en Jehovah's Getuigen.

William Miller

Benaming. 'Adventisme' komt van 'advent', dat betekent '(aan)komst' en komt van het Latijnse adventus. Daar de verwachte wederkomst van de Heer Jezus zijn tweede komst is, wordt een adventist in de Verenigde Staten ook vaak "Second Adventist" genoemd.

De stroming van het adventisme ontstond tegen de achtergrond van een geestelijke ontwaken, de "Second Great Awakening", in de Verenigde Staten. Adventisten verwachten sterk de tweede komst (wederkomst) van de Heer Jezus.

De Amerikaan William Miller (1782-1849) predikte dat Christus tussen 21 maart 1843 en 21 maart 1844 zou komen. Miller was een boer in Low Hampton. Hij behoorde tot de Baptisten. Al zijn tijd besteedde hij aan het onderzoek van de Heilige Schrift, voornamelijk van het profetische woord. Door dat onderzoek kwam hij tot de overtuiging, dat de komst van de Heer zeer nabij moest zijn. Door allerhande berekeningen, die steeds gefaald hadden, kwam hij tot de overtuiging, dat Jezus zou wederkomen tussen 21 maart 1843 en 21 maart 1844. Deze overtuiging grondde hij op Daniël 8: 14. Eerst hield hij deze overtuiging voor zich, maar in 1831 begon hij haar openlijk te verkondigen. Hij bleef echter in de Baptisten-kerk. Als zijn vaste mening sprak hij uit, dat „eer Christus komen zou in heerlijkheid alle sektarische beginselen weggevaagd zouden worden.”

Hieronder een voorbeeld van een berekening van een 'Milleriet' die uitkomt op het jaar 1843. Het is een tijdrekenkundige kaart van de gezichten in de bijbelboeken Daniël en Openbaring. De kaart werd in 1843 uitgegeven door J.V. Himes.

Tijdrekenkundige kaart van een Milleriet uit 1843.

Honderden verwachtten met spanning de nacht van 21 Maart 1844, maar de nacht ging voorbij en er gebeurde niets. Toen schreef Miller een open brief, waarin hij bekende zich vergist te hebben. Hij verklaarde, dat hij zich voortaan niet meer met berekeningen wilde bezig houden.

Een andere adventist S. S. Snow meende de fout te kunnen aantonen in Millers berekening en noemde nu als datum 22 oktober 1844. Weer waren er velen, die dit geloofden. Sommigen haalden de oogst van hun land niet eens binnen. Ook nu volgde er teleurstelling. Velen braken met de Adventisten en de verschillende kerken begonnen tegen hun geloof te waarschuwen. In 1845 werden Miller en de zijnen uit de kerk van de Baptisten geworpen. Millers volgelingen werden millerieten genoemd.

Overal werden nu Adventistische gemeenten gesticht. Er bestond tussen deze geen verband. Daarenboven ontstond onder hen een niet gering verschil. In het verwerpen van de kinderdoop, in het dopen door onderdompeling, in het aanstellen van oudsten was men het eens, maar over twee zaken verschilde men zeer van opinie, namelijk over de onsterfelijkheid van de ziel en over de sabbatsviering.

Wat de onsterfelijkheid van de ziel aangaat, leerde Georg Storr in 1844, dat de onsterfelijkheid een gave is, die Christus aan de gelovigen verleent; de goddelozen bestaan niet eeuwig. Zij worden bij de wederkomst van de Heer vernietigd. Miller was zeer tegen deze mening. In 1855 scheidde hij zich van de anderen af en noemde zich en de zijnen Evangelical Adventists. De aanhangers van Storr heetten Advent-Christians. Beide partijen hielden echter de rustdag op zondag.

Een andere partij onder de Adventisten is die van Zevendedagsadventisten. Zij vormen de grootste groepering in het adventisme en onderhouden de sabbat, de rustdag op zaterdag.

Bron

Adventisme, Wikipedia. Enige tekst hiervan is verwerkt op 2 feb. 2017.

J. H. Landwehr, Handboek der kerkgeschiedenis. Deel 4 (Kampen: J.H. Kok, 2e druk 1924), blz. 147-149. Tekst hiervan is verwerkt op 2 febr. 2017