Avondmaal

Uit Christipedia

Het avondmaal is de maaltijd, bestaande uit brood en wijn, die de Heer instelde in de laatste avond van zijn leven. De maaltijd dient de gelovigen om de Heer Jezus en zijn verlossingswerk aan het kruis in herinnering te houden.

Terminologie

De viering van het avondmaal wordt ook genoemd "de broodbreking" of "het breken van het brood", omdat het brood bij het gebruik gebroken werd.
1Co 10:16  De drinkbeker der zegening die wij zegenen, is die niet de gemeenschap van het bloed van Christus? Het brood dat wij breken, is dat niet de gemeenschap van het lichaam van Christus? (Telos)

Instelling

In de laatste nacht van het leven van de Heer Jezus op aarde, vóór Zijn kruislijden, heeft Hij met Zijn discipelen het pascha gevierd (Matth. 26:20-25). Dit was de laatste keer dat Hij dit feest kon vieren. De viering herinnerde niet alleen aan de verlossing uit de macht van Farao, maar het paaslam wees ook heen op Christus. Hij, het ware Paaslam, zou „geslacht” worden (1 Cor. 5:8).

Nadat Judas was weggegaan om zijn Heer te verraden (Joh. 13:30) en in aansluiting op het eten van de paasmaaltijd, heeft de Heer Jezus het avondmaal ingesteld.
Mt 26:26 Terwijl zij nu aten, nam Jezus brood en nadat Hij had gezegend, brak Hij het en gaf het aan de discipelen en zei: Neemt, eet, dit is mijn lichaam. Mt 26:27  En Hij nam de drinkbeker, en nadat Hij gedankt had, gaf Hij hun die en zei: Drinkt allen daaruit. Mt 26:28  Want dit is mijn bloed van het nieuwe verbond, dat voor velen vergoten wordt tot vergeving van zonden. Mt 26:29  Ik zeg u echter, dat Ik van nu aan geenszins zal drinken van deze vrucht van de wijnstok tot op die dag wanneer Ik die met u nieuw zal drinken in het koninkrijk van mijn Vader. (Telos)
Mr 14:22  En terwijl zij aten, nam Hij brood en nadat Hij had gezegend, brak Hij het en gaf het hun en zei: Neemt, dit is mijn lichaam. Mr 14:23  En Hij nam een drinkbeker en nadat Hij gedankt had, gaf Hij hun die en zij dronken allen daaruit. Mr 14:24  En Hij zei tot hen: Dit is mijn bloed, dat van het nieuwe verbond, dat voor velen vergoten wordt. Mr 14:25  Voorwaar, Ik zeg u, dat Ik geenszins meer zal drinken van de vrucht van de wijnstok tot op die dag wanneer Ik die nieuw zal drinken in het koninkrijk van God. (Telos)
Lu 22:19  En Hij nam brood en nadat Hij had gedankt, brak Hij het en gaf het hun en zei: Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt; doet dit tot mijn gedachtenis. Lu 22:20  Evenzo ook de drinkbeker na de maaltijd, en Hij zei: Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in mijn bloed, dat voor u vergoten wordt. (Telos)
De apostel Paulus, die niet bij de instelling van het avondmaal aanwezig was, heeft van de Heer Jezus informatie over de instelling ontvangen.
1Co 11:23 Want ik heb van de Heer ontvangen, wat ik u ook heb overgegeven, dat de Heer Jezus in de nacht waarin Hij overgeleverd werd, brood nam; 1Co 11:24  en nadat Hij gedankt had, brak Hij het en zei: ‘Dit is mijn lichaam, dat voor u is; doet dit tot mijn gedachtenis’. 1Co 11:25  Evenzo ook de drinkbeker na de maaltijd, en Hij zei: ‘Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in mijn bloed; doet dit, zo dikwijls u die drinkt, tot mijn gedachtenis’. 1Co 11:26  Want zo dikwijls u dit brood eet en de drinkbeker drinkt, verkondigt u de dood van de Heer, totdat Hij komt. 1Co 11:27  Daarom, wie op onwaardige wijze het brood eet of de drinkbeker van de Heer drinkt, zal schuldig zijn aan het lichaam en het bloed van de Heer. 1Co 11:28  Maar laat men zichzelf beproeven en zo eten van het brood en drinken van de drinkbeker. (Telos)

Brood en wijn

Dit avondmaal bestaat uit het eten van het brood en het drinken uit de beker met wijn gevuld. De Heer brak het brood, gaf het aan de elven en zei: „dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt, doet dit tot mijn gedachtenis"; daarna gaf Hij hen de beker met de woorden: „deze beker is het nieuwe verbond in mijn bloed, dat voor u uitgegoten wordt.” (Matth. 26: 26-28; Mark. 14: 22-25; Luk. 22:19-20).

Gedachtenis

Het avondmaal dient om het verzoeningswerk van de Heer Jezus in herinnering te houden. Het wordt gebruikt tot Zijn gedachtenis.
Lu 22:19  En Hij nam brood en nadat Hij had gedankt, brak Hij het en gaf het hun en zei: Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt; doet dit tot mijn gedachtenis. (Telos)
1Co 11:24  en nadat Hij gedankt had, brak Hij het en zei: ‘Dit is mijn lichaam, dat voor u is; doet dit tot mijn gedachtenis’. 1Co 11:25  Evenzo ook de drinkbeker na de maaltijd, en Hij zei: ‘Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in mijn bloed; doet dit, zo dikwijls u die drinkt, tot mijn gedachtenis’. (Telos)
Het avondmaal is dus een gedachtenismaal voor allen die deel hebben aan Zijn werk, verricht aan het kruis en dus gereinigd zijn van hun zonden door het bloed van Hem. Uiteraard moeten we niet vergeten dat Hij na zijn lijden en sterven, uit de doden is opgewekt!
2Ti 2:8  Houd Jezus Christus in herinnering als uit de doden opgewekt, uit het geslacht van David, naar mijn evangelie, (Telos)
Laten we Hem in goede herinnering houden totdat Hij komt, gelijk de gelovigen te Thessalonica de apostel Paulus in goede herinnering hielden.
1Th 3:6  Maar nu is Timotheus van u tot ons gekomen en heeft ons de blijde boodschap gebracht van uw geloof en uw liefde, en dat u ons altijd in goede herinnering houdt en verlangt ons te zien, zoals ook wij u. (Telos)
Eens zullen alle volken Zijn lijden gedenken.
Ps 22:27  (22-28) Alle einden der aarde zullen het gedenken, en zich tot den HEERE bekeren; en alle geslachten der heidenen zullen voor Uw aangezicht aanbidden. (SV)
Zij zullen gedenken het lijden van de Heer Jezus, dat in het eerste deel van deze psalm getekend wordt, en Gods verlossing, die Hem uit de dood deed opstaan.

Verkondiging

Het is een verkondigingsmaal, want de deelnemers “verkondigen van de dood van de Heer totdat Hij komt”, 1 Cor. 11:26.

Gemeenschap

Het is een gemeenschapsmaal, niet alleen omdat het samen met anderen genuttigd wordt, maar ook omdat het de eenheid en gemeenschap van de gelovigen uitdrukt, het gemeenschappelijk deel hebben aan hetzelfde heil, de gemeenschap met dezelfde Heiland. Het brood stelt het éne lichaam van Christus voor, niet alleen zijn fysieke lichaam dat Hij overgaf aan het kruis, maar ook het collectieve lichaam van de verzameling van alle gelovigen met hun hoofd Jezus Christus. Aanzitten aan de tafel van de Heer en deelnemen aan het avondmaal is uitdrukking geven aan de eenheid van het lichaam van Christus, dus van de Gemeente, 1 Cor. 10:7. Door het brood te breken en ervan te eten toont men één te zijn met alle ware gelovigen, die dus met elkaar de Gemeente vormen.
1Co 10:16  De drinkbeker der zegening die wij zegenen, is die niet de gemeenschap van het bloed van Christus? Het brood dat wij breken, is dat niet de gemeenschap van het lichaam van Christus? 1Co 10:17  Want wij, de velen, zijn een brood, een lichaam; want wij allen nemen deel aan het ene brood. (...) 1Co 10:21  U kunt niet de drinkbeker van de Heer drinken en de drinkbeker van de demonen; u kunt niet deelnemen aan de tafel van de Heer en aan de tafel van de demonen. (Telos)

Verwachting

De viering van het avondmaal, het verkondigen van de dood van de Heer, dient plaats te vinden, totdat Hij komt, 1 Cor. 11:26. Het christelijke avondmaal wordt gevierd "tot Hij komt"
1Co 11:26  Want zo dikwijls u dit brood eet en de drinkbeker drinkt, verkondigt u de dood van de Heer, totdat Hij komt. (Telos)
Het eerste paasfeest werd gevierd met het oog uit de uittocht uit Egypte naar het beloofde land. De christelijke avondmaalsviering wordt gevierd met het oog op de uittocht, het vertrek uit deze wereld (zie Opname van de gemeente), naar het hemelse Vaderland.

De komst van de Heer maakt de zichtbare en tastbare schaduwbeelden overbodig zijn; dan immers zullen wij Hem zien zoals Hij is, 1 Joh. 3:3.

Wanneer

Aanvankelijk werd deze, door de Heer ingestelde handeling iedere dag verricht en men deed dit met blijdschap en eenvoud van hart (Hand. 2:42, 46). Later ging men er toe over „de breking van het brood” iedere eerste dag der week te verrichten (Hand. 20:7) en dit is ongetwijfeld naar Gods gedachten.

Aan de tafel van de Heer

Deze instelling van de Heer is zó belangrijk, dat Hij Paulus, die bij de instelling ervan nog een vijand was, door een openbaring zijn wens heeft bekend gemaakt (1 Cor. 11:23-27). Het gebruik van het avondmaal van de Heer dient te geschieden in het midden van de Gemeente, aan de tafel van de Heer, 1 Cor. 10:16-22. Het avondmaal gebruiken is dus een handeling waartoe men uitgenodigd is; de tafel van de Heer is de plaats waar dit dient te gebeuren.

Toelating

Vanzelfsprekend is er toezicht op het innemen van deze heilige plaats. Een boze mag praktisch geen deel uitmaken van de gemeente (1 Cor. 5:13), dus ook niet deelnemen aan het avondmaal.
1Co 5:11  Maar nu heb ik u geschreven, dat als iemand die broeder genoemd wordt, een hoereerder is, of een hebzuchtige, afgodendienaar, lasteraar, dronkaard of rover, u met hem geen omgang moet hebben, dat u met zo iemand zelfs niet moet eten. 1Co 5:12  Want wat heb ik hen die buiten zijn te oordelen? Oordeelt u niet hen die binnen zijn? 1Co 5:13  Maar hen die buiten zijn, zal God oordelen. Doet de boze uit uw midden weg. (Telos)
De Gemeente heeft toe te laten in de Naam van de Heer en heeft te weren, die de Heer niet zou toelaten.

Er zijn geen bepaalde personen aangesteld, die de plaats van de Heer, als Gastheer, hebben in te nemen. Er is een algemeen priesterschap der gelovigen, 1 Petr. 2:5.

Zie ook

Avondmaalsbrood

Meer informatie

Philip Nunn, De viering van het avondmaal. Eindhoven, 2013. Pagina's: 6. Download van PhilipNunn.com

Bron

H. Moll, Wat zegt Gods Woord over ...?; enige belangrijke onderwerpen door Gods Woord belicht, deel 1 (Dordrecht, H. Moll, z.j.), blz. 46-47. Tekst hiervan is, onder toestemming, op 8 juni 2015 verwerkt.