Bijbel:Mattheüs 28

Uit Christipedia
De verzen zijn ontleend aan de Statenvertaling (Oude Testament) of de Telos-vertaling (Nieuwe Testament). De verzen uit de Statenvertaling zijn deels 'hertaald'; voorbeelden: 'Hij zeide' → 'Hij zei'; 'op denzelven' → 'daarop'; 'hetwelk' → 'dat'; sommige woorden zijn anders vertaald.
Genesis (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 24 · 25
Exodus (inleiding), hoofdstuk: 19
Leviticus (inleiding), hoofdstuk: 21
Numeri (inleiding), hoofdstuk: 10 · 11 · 28 · 31 · 32 · 33 · 34 · 35 · 36
Deuteronomium (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 30
Richteren (inleiding), hoofdstuk: 5
1 Samuël (inleiding), hoofdstuk: 1 · 20 · 29
Job (inleiding), hoofdstuk: 7
Psalmen (inleiding), hoofdstuk: 8 · 14 · 22 · 23 · 73 · 92 · 116 · 144
Spreuken (inleiding), hoofdstuk: 3 · 16
Jesaja (inleiding), hoofdstuk: 51 · 53 · 59 · 63
Ezechiël (inleiding), hoofdstuk: 31 · 32 · 34 · 35 · 36 · 37 · 38 · 39 · 40 · 41
Daniël (inleiding), hoofdstuk: 7
Joël (inleiding), hoofdstuk: 2
Haggaï (inleiding), hoofdstuk: 2
Zacharia (inleiding), hoofdstuk: 12 · 14
Mattheüs (inleiding), hoofdstuk: 5 · 6 · 12 · 16 · 17 · 18 · 24 · 25 · 26 · 28
Markus (inleiding), hoofdstuk: 1 · 6 · 8 · 11 · 12 · 14 · 15 · 16
Lukas (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 9 · 12 · 15 · 19 · 20 · 22 · 23
Johannes (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 5 · 7 · 8 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 16 · 19
Handelingen (inleiding), hoofdstuk: 6 · 7 · 16 · 17 · 20 · 22
Romeinen (inleiding), hoofdstuk: 1 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16
1 Korinthiërs (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 3 · 4 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16
2 Korinthiërs (inleiding), hoofdstuk: 1 · 12
Galaten (inleiding), hoofdstuk: 3 · 4 · 5 · 6
Efeziërs (inleiding), hoofdstuk: 4 · 5
Filippenzen (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 3 · 4
Kolossenzen (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 3
1 Thessalonicenzen (inleiding), hoofdstuk: 3 · 5
2 Thessalonicenzen (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 3
1 Timotheüs (inleiding), hoofdstuk: 2
Brief aan Titus (inleiding), hoofdstuk: 2
Filemon (inleiding), hoofdstuk: tekst (er is geen hoofdstuk)
Hebreeën (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 10 · 11 · 13
Jakobus (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2
1 Petrus (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 5
2 Petrus (inleiding), hoofdstuk: 1 · 3 · 4
1 Johannes (inleiding), hoofdstuk: 1 · 3 · 4
Judas (inleiding), commentaar: Judas
Openbaring (inleiding), hoofdstuk: 1 · 2 · 3 · 5 · 6 · 7 · 8 · 12 · 13 · 16 · 19 · 20 · 21 · 22
Uit de Bijbelboeken, door de tabs aangegeven, worden elders op Christipedia geautomatiseerd citaten ontleend. De Bijbelboeken en hun hoofdstukken zijn hier nog niet alle opgenomen. De verzen zijn ontleend aan de Statenvertaling (Oude Testament) of de Telos-vertaling (Nieuwe Testament). De verzen uit de Statenvertaling zijn deels 'hertaald'; voorbeelden: 'Hij zeide' → 'Hij zei'; 'op denzelven' → 'daarop'; 'op den zevenden dag' → 'op de zevende dag'; enz.

Mattheüs 28: 1 Laat op de sabbat nu, tegen het aanbreken van de eerste dag van de week, kwam Maria Magdalena en de andere Maria om het graf te bezien.

2 En zie, er kwam een grote aardbeving, want een engel van de Heer daalde neer uit de hemel, trad toe en wentelde de steen af en ging daarop zitten.

3 Zijn gedaante nu was als een bliksem en zijn kleding wit als sneeuw.

4 Uit bangheid voor hem nu beefden de wachters en werden als doden.

5 De engel antwoordde echter en zei tot de vrouwen: Weest u niet bang, want ik weet dat u Jezus, de gekruisigde zoekt.

6 Hij is hier niet, want Hij is opgewekt zoals Hij heeft gezegd. Komt hier, ziet de plaats waar de Heer gelegen heeft.

7 En gaat vlug heen en zegt zijn discipelen: Hij is opgewekt van de doden, en zie, Hij gaat u voor naar Galilea; daar zult u Hem zien. Zie, ik heb het u gezegd.

8 En zij gingen vlug weg van het graf, met vrees en grote blijdschap, en liepen snel om het zijn discipelen te berichten.

9 En terwijl zij heengingen om het zijn discipelen te berichten, zie, Jezus ontmoette hen en zei: Gegroet! Zij nu kwamen naar Hem toe, grepen zijn voeten en huldigden Hem.

10 Toen zei Jezus tot hen: Weest niet bang; gaat heen, bericht mijn broeders dat zij moeten weggaan naar Galilea, en daar zullen zij Mij zien.

11 Terwijl zij nu heengingen, zie, enigen van de wacht kwamen in de stad en berichtten aan de overpriesters alles wat er was gebeurd.

12 En nadat zij waren bijeengekomen met de oudsten en hadden beraadslaagd, gaven zij de soldaten veel geld

13 en zij zeiden: Zegt: zijn discipelen zijn ‘s nachts gekomen en hebben Hem gestolen terwijl wij sliepen.

14 En als dit de stadhouder ter ore komt, zullen wij hem overtuigen en maken dat u zonder zorg bent.

15 Zij nu namen het geld en deden zoals hun geleerd was. En dit woord is bij de Joden verbreid tot op de dag van heden.

16 De elf discipelen nu gingen naar Galilea, naar de berg waar Jezus hen had ontboden.

17 En toen zij Hem zagen, huldigden zij Hem, maar sommigen twijfelden.

18 En Jezus kwam naar hen toe en sprak tot hen de woorden: Mij is gegeven alle macht in hemel en op de aarde.

19 Gaat dan heen, maakt alle volken tot discipelen, hen dopend tot de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest en hen lerend te bewaren alles wat Ik u heb geboden.

20 En zie, Ik ben met u alle dagen tot aan de voleinding van de eeuw.

  1. Woordenlijst van de Telos-vertaling, s.v. Eeuw, wereld.
  2. "Jesus means the period from His resurrection until the end of the present world, with the coming of the Son of man in glory. (cf. Mt 13:39 24:3 )"