Farao Ramses II en Necho II

Uit Christipedia

Farao Ramses II en Necho II

Immanuel Velikovsky

Lange tijd was de Egyptische tijdlijn de norm voor de opstelling van een waarheidsgetrouwe chronologie. Een juiste synchronisatie (overeenstemming) tussen de Bijbelse en Egyptische tijdlijn bleef echter een probleem. Velikovsky kwam tot de ontdekking dat de 19e dynastie van Egypte dezelfde bleek te zijn als de 26e dynastie. Hij kon zijn gedachte staven met historische feiten. Bij het zoeken naar overeenstemming tussen de Bijbelse tijdlijn en de Egyptische bleek de vooronderstelling van Velikovsky waarschijnlijk de meest betrouwbare en dus waarheidsgetrouwe oplossing te bieden. Evenals enkele artikelen 'Chronologie' en het artikel 'Farao van de uittocht' op Christipedia, volgt daarom ook onderstaande meer gedetailleerde tijdlijn de visie van Velikovsky.

Immanuel Velikovsky is geboren in 1895 in Rusland (nu Wit-Rusland). Na het gymnasium studeerde hij natuurkunde, rechten, oude geschiedenis, medicijnen, biologie, psychiatrie en wiskunde. Hij woonde in Berlijn. Hij huwde met Elisheva en werd arts te Jeruzalem. Hij vertrok 1939 naar de US. Velikovsky overleed 1979.

Hij schreef enkele boeken, waarin hij zijn gelijk aantoonde, o.a. in

Ages in Chaos, a reconstruction of ancient history (New York 1952)

Eeuwen in Chaos (Ankh-Hermes, Deventer 1977)

Ramses II and his Time (New York 1978)

Ramses II en zijn tijd (Deventer 1980)

667 Tirhaka (Taharka) farao van de Ethiopische 25e dynastie van Egypte overleden. Zijn weduwe, Dakhamon, vraagt aan Suppiluliuma II van Hatti om een prins als echtgenoot te sturen. Op weg naar Egypte werd deze vermoord. Tanotamun, neef van Tirhaka, wordt farao te Thebe.

663 Het Egyptische Thebe (No, No Amon; Nahum 2:3) ingenomen door Assurbanipal van Assyrië nadat hij farao Tanotamun van de Ethiopische dynastie verslagen had.

662 Assurbanipal van Assyrië stelde Horemhab aan als plaatsvervanger en verstevigde daarmee zijn positie. Assurbanipal had een eind gemaakt aan het Ethiopisch bewind over Egypte en werd daarom gezien als een bevrijder van Egypte. Tegelijk stond Assyrië onder druk van de opkomende macht van het Hittitische rijk van de Chaldeeën onder koning Suppiluliuma II. Om zijn positie te versterken zocht hij bondgenoten die hij kon vertrouwen. Eerst koos hij een zekere Seti. (Hij werd de grondlegger van de 19e/26e dynastie van Egypte onder de naam van Seti I (Psammetichos I).) Zijn functie was onduidelijk. Horemhab was een generaal en mogelijk een broer van Seti I. Horemhab volgde hem op. Evenzo deed Assurbanipal met Manasse, de koning van Juda, die hij gevangen meegevoerd had. Door van hem zijn bondgenoot te maken en terug te sturen naar Jeruzalem werd zijn invloed in het zuiden extra verstevigd. Voor Manasse betekende dit een gebedsverhoring (2 Kron. 33:12-19).

661 Begin van het sabbatjaar in Juda.

660 Begin van het jubeljaar

649 Ramses I/Menpehtire//Necho I farao. Begin van de de 19e/26e dynastie. Hij regeerde kort. Volgens Herodotus was Ramses I dezelfde als farao Necho I. Ramses I werd vermoord door de Ethiopiërs. Deze Ethiopiërs waren buitenlandse huurlingen.

648 Assurbanipal van Assyrië neemt Babylon in.

647 Seti II de Grote/Psammetichus II farao van de 19e/26e dynastie van Egypte. Hij stichtte bij het oude Avaris de nieuwe residentie Piramesse (Tanis of Quantis) en herstelde na 400 jaar de tempeldienst van Seth. In het jaar 1050 versloeg Saul namelijk de Hyksos-Amalekieten met de inname van stad Amalek (Avaris) en de dood van Agag (Apop of Apophis II). (1 Sam. 15)

641 Amon, zoon van Manasse, koning over Juda (2 Kon. 21:19). Nu Manasse oud geworden is, ontstaat er strijd over de opvolging. Verschillende partijen in het land waren hierbij nauw betrokken.

639 Josia, zoon van Amon, koning over Juda (2 Kon. 22:1). Zefanja profeet.

627 Assurbanipal van Assyrië overleden. Hij had zijn zoon Sinsariskun koning gemaakt over Babylonië. Deze werd echter door Nabopolassar uit Babylonië verdreven

626 Nabopolassar (hij is dezelfde als Mursilis III) volgt zijn vader Suppiluliuma II op als koning over Akkad en Chaldea (Hatti). Begin van de periode van de Chaldeeuwse overheersing. Begin van het tijdperk van het Neo-Babylonische Rijk. De oude hoofdstad Hatussas van Hatti in het 'Hoge land' werd verlaten en Babel werd centrum van de macht. Zowel Assyrië als Egypte voelde zich bedreigd door de toenemende macht van Babel. Seti II de Grote/Psammetichus II van Egypte zocht daarom een bondgenootschap met Assyrië tegen Babel.

626 Jeremia geroepen tot het profetenambt (Jer. 1:2).

621 Het wetboek 'Deuteronomium' gevonden. De profetes Hulda maakt Gods wil bekend betreffende Jeruzalem en Juda. Jeruzalem viert het Pascha (2 Kron. 34:8; 35:1).

612 Nabopolassar/Mursilis III) nam met steun van de Meden Ninevé in. Einde van het Assyrische rijk.

611/610 Begin van het jubeljaar. Ramses II (troonnaam Usermare Setepenre) farao. Ramses II is dezelfde als Necho II. Hij leverde veldslag tegen de Hittieten, het koninkrijk van de Chaldeeën. Één van zijn vele vrouwen was Nefertari.

608 Josia gedood tijdens de eerste veldtocht van Necho II/Ramses II in Necho's tweede regeringsjaar (2 Kon. 23:29). Joahaz (Sallum), zoon van Josia, koning over Juda (2 Kon. 23:31). Zijn oudste zoon Johanan (1 Kron. 3:15) leefde waarschijnlijk niet meer of was duidelijk onbekwaam. Joahaz werd echter na drie maanden gevangen gezet te Ribla en weggevoerd naar Egypte. Daar is hij ook overleden, zoals voorzegd was door Jeremia (Jer. 22:10-12).Kort daarna werd Jojakim (Eljakim), zoon van Josia, koning over Juda (2 Kon. 23:34,36).

607 Jojakim benoemt zijn zoontje (Jojachin) van acht jaar oud tot coregent (2 Kron. 36:9).

606 Nabopolassar/Mursulis III overleden. In die periode begon het profetisch werk van Habakuk.

605 Nebukadnessar II (hij is dezelfde als Hattusilis III van Hatti) koning te Babel (Jer. 25:1)

In de tiende maand van zijn vijfde regeringsjaar trekt farao Ramses II/Necho II opnieuw naar het noorden (Jer. 46:8). De veldtocht loopt uit op een nederlaag te Karchemis aan de Frath. Jeremia had het geprofeteerd (Jer. 46:1-12). Het vierde jaar van Jojakim begon in het vijfde jaar van Ramses II/Necho II, tevens het eerste jaar van Nebukadnezar (Jer. 25:1). Daarvoor was Nebukadnezar overigens reeds koning over Assyrië (2 kon. 23:29). Ondanks de grote nederlaag bleef Egypte een grootmacht. Ramses II/Necho II heeft een kanaal gegraven vanuit het Nijldal via de wadi Tumilat naar de Rode Zee. Volgens Herodotus was Necho de eerste die een kanaal groef naar de Rode Zee. (de algemene geschiedschrijving maakt dezelfde opmerking over Ramses II)

Met de wegvoering van Daniël en anderen begon voor Juda een periode van ballingschap (Jer. 25:11) van gedurende 70 jaar.

604 God openbaart de toekomst aan Jeremia (Jer. 36:1) en Daniël (Dan. 2).

601 In het 8e jaar van Jojakim, of het 9e jaar van Ramses II/Necho II kwam Jojakim in opstand tegen Babel (2 Kon. 24:1).

600 Farao Necho neemt Gaza en Askelon in.

597 Jeruzalem wordt door Nebukadnezar opnieuw ingenomen. Jojakim overleden, waarschijnlijk tijdens een gevecht bij de belegering van Jeruzalem. Hij bleef dood op het veld liggen en kreeg daardoor een ezelsbegrafenis (Jer. 22:19; 36:30). Jojachin (Jechonia, Chonja), zoon van Jojakim, achttien jaar oud, gedurende drie maanden koning over Juda (2 Kon. 24:8) in het 12e jaar van Ramses II/NechoII. Hij werd daarna met vele aanzienlijken weggevoerd naar Babel (bekend als 'de eerste wegvoering'). Onder hen bevond zich Ezechiël. Tussen de voltooiïng van Salomo's tempel in 987 en deze wegvoering ligt 390 jaar (Ezechiël 4:5-6). Begin van het 8e jaar van Nebukadnezar werd Zedekia (Mattanja), zoon van Josia, koning over Juda (2 kon. 24:17).

592 Ezechiël geroepen tot profeet (Ez. 1:2). Onder de weggevoerden in 597 leefde de mening dat hun wegvoering in ballingschap, de straf was waarmee de HEERE dreigde in 1 Kon. 9:6-9 bij overtreding van het Verbond met het volk van Israël. Jeruzalem zelf zou naar hun mening nimmer overgeleverd worden aan de heidenen. Ezechiël zegt hen in opdracht van zijn Zender aan, dat Jeruzalem wel degelijk ingenomen en verwoest zal worden. Zij hebben geen steun van Egypte te verwachten. Ook van de hervorming onder Josia is nadien weinig terechtgekomen.

589 Zedekia komt in opstand tegen Nebukadnezar. Deze kwam met een leger naar Jeruzalem, maar trok zich terug om het Egyptische leger tegen te houden. Jeremia profeteerde de terugkomst van de Chaldeeën/Babyloniërs (Jer. 37). Vredesverdrag tussen farao Ramses II/Necho II en Nebukadnezar in het 21e jaar van Ramses II.

588 Belegering van Jeruzalem door Nebukadnezar (2 Kon. 25:1).

586 Jeruzalem ingenomen (2 Kon. 25:2). Zedekia blind. Tweede wegvoering. Jeruzalem in brand gestoken. Gedalja stadhouder.

580 Necho II/Ramses II huwt met een dochter van Nebukadnessar. Gedalja vermoord.

575 Jeremia in Egypte te Tachpanhes (Jer. 43).

569 Merenptah (Apriës, Hofra volgens Jer. 44:30), zoon van Ramses II/Necho II, farao van de 26e dynastie. Van hem zijn de bekende woorden over Israël: 'zijn zaad is niet meer'.

562 Merenptah werd door Egyptisch gepeupel doodgeslagen na zijn nederlaag in de Libische oorlog, zoals Jeremia te Tachpanhes geprofeteerd had (Jer.44:30).