Tempel
Een tempel is een huis van God (of van een afgod). God wil bij de mensen wonen. We onderscheiden de stenen tempel en de geestelijke tempel van God.
Aan de stenen tempel, die in Jeruzalem werd gebouwd, ging een vervoerbaar heiligdom vooraf in de vorm van een Tentwoning, waarin God woonde temidden van zijn volk, dat door de woestijn trok op weg naar het beloofde land. Zie Tabernakel.
Wat de stenen tempel betreft, kunnen we onderscheiden het tempelcomplex inclusief de voorhof (-ven) en het tempelhuis, de eigenlijke tempel. Tussen het tempelhuis en het brandofferaltaar is Zacharia, de zoon van Barachia, vermoord, volgens de Heer Jezus:
Mt 23:35 ... het bloed van Zacharia, de zoon van Barachia, die u hebt vermoord tussen het tempelhuis en het altaar. (TELOS)
Het tempelhuis had twee afdelingen: het Heilige en het Heilige der Heiligen. Het Heilige wordt ook voorhal of voorhuis genoemd.
Joe 2:17 Laat de priesters, des HEEREN dienaars, wenen tussen het voorhuis en het altaar, en laat hen zeggen: Spaar Uw volk, o HEERE! en geef Uw erfenis niet over tot een smaadheid, dat de heidenen over hen zouden heersen; waarom zouden zij onder de volken zeggen: Waar is hunlieder God? (SV)
De hier aangewezen plaats tussen het voorhuis en het brandofferaltaar is onmiddellijk vóór de ingang van het Heilige.
Woorden in de grondtekst
Hebreeuws
Het Hebreeuwse woord dat in de Nederlandse Bijbels meestal met "tempel" is vertaald, is היכל , heykal, dat letterlijk betekent "capaciteit" (Duits: "Fassungsvermögen"). Het is waarschijnlijk afgeleid van het werkwoord יכל , yakol, dat 'kunnen, vermogen, in staat zijn' betekent[1]. Heykal betekent tempel, paleis, hoofdzaal. Het woord komt 80x voor in het Oude Testament. Het Strongnummer is H1964.
Het Hebreeuwse woord wordt niet alleen voor het stenen heiligdom te Jeruzalem gebruikt, maar ook voor de tabernakel, de tentwoning van God. Voorbeelden:
1Sa 1:9 Toen stond Hanna op, nadat men in Silo gegeten en gedronken had. Nu zat Eli, de priester, op een stoel bij een deurpost van de tempel van de HEERE. (HSV)
De Naardense vertaling heeft hier "heilige hal". De NBV2004 heeft "heiligdom".
1 Sa 3:3 en toen [ook] Samuel zich [te slapen] gelegd had, voordat de lamp van God gedoofd werd in de tempel van de HEERE, waar de ark van God was, (HSV)
De Naardense vertaling heeft hier "hal". De NBV2004 heeft "heiligdom".
2Sa 22:7 In mijn nood riep ik de HEERE aan, ik riep tot mijn God; Hij hoorde mijn stem vanuit Zijn paleis, mijn hulpgeroep kwam in Zijn oren. (HSV)
Ook de Statenvertaling heeft hier "tempel". De Naardense Bijbel heeft "troonhal", de NBV2004 "paleis". Psalmen 27 en 29 zijn van David, die slechts de tentwoning van Zijn God met haar voorhof kende.
Ps 27:4 Eén ding heb ik van de HEERE verlangd, dát zal ik zoeken: dat ik wonen mag in het huis van de HEERE, al de dagen van mijn leven, om de lieflijkheid van de HEERE te aanschouwen en te onderzoeken in Zijn tempel. (HSV)
Ook de Naardense vertaling en de NBV2004 hebben "tempel". In dit vers verwijzen "huis" en "tempel" naar dezelfde woning van God: de tentwoning (tabernakel) op de berg Sion.
Ps 29:9 De stem van de HEERE doet de hinden jongen werpen en ontschorst de wouden; maar in Zijn tempel zegt eenieder: [Hem zij] de eer! (HSV)
Ook De Naardense vertaling heeft "tempel". De NBV2004 heeft "paleis".
Aramees
Aan het Hebreeuwse woord beantwoordt het ook in het Oude Testament voorkomende Aramese woord היכל, heykal, dat "tempel" of "paleis" betekent en 13x in het Oude Testament voorkomt.
Grieks
Hieron.
Mt 24:1 En Jezus ging naar buiten en vertrok van de tempel; en zijn discipelen kwamen naar Hem toe om Hem op de gebouwen van de tempel te wijzen. (Telos)
Het Griekse woord in Matth. 24:1 is ιερον, hieron, afgeleid van ιερος, hieros = heilig, aan God (of een god) behorend of gewijd. Hieron verwijst naar het tempelcomplex. Het complex van Gods tempel te Jeruzalem omvatte het eigenlijke tempelhuis (bestaande uit drie delen: de voorhal, het Heilige en het Heilige der Heiligen), de bijgebouwen, de zuilengangen, de voorhoven en de ringmuren. De Heer Jezus en de apostelen leerden in de voorhoven. In de zgn. voorhof der heidenen keerde Jezus de tafels van de geldwisselaars om.
Mt 21:12 En Jezus ging de tempel binnen en dreef allen uit die verkochten en kochten in de tempel, en de tafels van de wisselaars keerde Hij om, en de stoelen van hen die duiven verkochten. (Telos)
In dit vers wordt 2x het woord hieron gebruikt.
Naos. Het tweede woord is ναος, naos, van ναιω, naio = ik woon. Naos verwijst, ook bij de klassieken, naar de woning van God op aarde, het Godshuis of tempelhuis. In het naos van de heidense tempels stond het beeld van de godheid stond.[2] De Telos-vertaling vertaalt vaak met 'tempelhuis'.
De Wetteloze, de Mens der zonde, zal zich in het huis van God (naos) neerzetten.
2Th 2:4 die zich verzet en zich verheft tegen al wat God heet of een voorwerp van verering is, zodat hij in de tempel van God gaat zitten en zichzelf vertoont dat hij God is. (Telos)
Joh 2:19 Jezus antwoordde en zei tot hen: Breekt dit tempelhuis af en in drie dagen zal Ik het oprichten. (Telos)
De Heer Jezus verwees naar zijn lichaam, waarin God woonde. Hij gebruikte 'naos' in overdrachtelijke zin. Gods gemeente evenals het lichaam van een gelovige is een naos (tempelhuis) van God.
1Co 3:16 Weet u niet, dat u Gods tempel bent en dat de Geest van God in u woont? (Telos)
1Co 6:19 Of weet u niet, dat uw lichaam de tempel is van de Heilige Geest die in u is, die u van God hebt, en dat u niet van uzelf bent? (Telos)
Voorhof
De tempel, evenals de tabernakel, had een voorhof. Dit was een plaats waar het volk bij de tempel kwam en waar ook profeten hun Godsspraak tot het volk richten. Jeremia sprak er het volk toe.
Jer 19:14 Toen Jeremia van Tofet kwam, waarheen de HEERE hem had gezonden om te profeteren, ging hij in de voorhof van het huis van de HEERE staan en zei tegen heel het volk: (HSV)
Ook de Heer Jezus Christus heeft er gesproken en onderwijs gegeven. Ook de toekomstige tempel tijdens de laatste jaarweek van Daniël ( → Tempel van de Antichrist) zal een voorhof hebben:
Opb 11:2 En de voorhof die buiten de tempel is, verwerp die en meet die niet, want hij is aan de naties gegeven, en zij zullen de heilige stad vertreden tweeënveertig maanden lang. (Telos)
De tempel van Salomo
De eerste tempel is de stenen tempel die door Salomo werd gebouwd, nadat zijn vader David de voorbereidingen had getroffen en aan zijn zoon de bouw had opgedragen.
Plaats. Deze tempel werd door Salomo op de berg Moria gebouwd
Model. De tempel werd gebouwd naar het model van de Tabernakel, maar op vergrote schaal.
Geschiedenis. Ruim 400 jaar heeft deze Tempel gestaan. Bij de val van Jeruzalem, 588 v.C., werd de Tempel verbrand.
Zie Tempel van Salomo voor het hoofdartikel.
De tempel van Zerubbabel
De tweede tempel is het Godshuis dat na de babylonische ballingschap werd gebouwd onder leiding van de Joodse vorst Zerubbabel (Ezra 3:8-11).
Opdracht tot herbouw. De opdracht tot de herbouw was gegeven door de Perzische koning Kores (Cyrus de Grote) in 538 v.C., daartoe opgewekt door God.
Herbouw. De joden, die onder leiding van de landvoogd Zerubbabel en de hogepriester Jozua terugkeerden, begonnen direct met de herbouw. Deze begon in 536 v.C. en werd voltooid in 516/515 v.C. (Ezra 6:15).
Onaanzienlijk. Vergeleken bij de eerste tempel was deze tweede tempel een onaanzienlijk gebouw.
De tweede tempel is eeuwen in gebruik geweest tot het jaar 20 v.C., toen Herodes de Grote een grondige renovatie van het Godshuis begon, zie volgende paragraaf.
Zie Tempel van Zerubbabel voor het hoofdartikel.
De tempel van Herodes
De tempel van Zerubbabel is door Herodes de Grote zo grondig gerenoveerd, dat er een nieuw en schitterend tempelcomplex verrees. Gewoonlijk worden allebei de bouwwerken 'de tweede tempel' genoemd. De bouw van de tempel van Herodus is een langlopend project geweest, dat zelfs ten tijde van de Heer Jezus nog niet helemaal gereed was, Joh 2:20.
De tempel werd verwoest door de Romeinen in het jaar 70. De verwoesting was voorzegd door de verworpen Messias, onze Heiland. Van de verwoeste tempel is alleen een deel van de buitenmuur van het tempelcomplex over - de Klaagmuur (of Westelijke Muur).
Zie Tempel van Herodes voor het hoofdartikel.
Plaats van de tempel
De traditie wijst de huidige tempelberg, het platform met de Rotskoepel, als de plaats aan waar het huis van Jahweh heeft gestaan.
Een alternatieve theorie plaats de tempel in de stad van David, ten zuiden van het huidige tempelplatform, bij de bron van Gihon. Een van de argumenten voor deze theorie is dat de tempel wel bij de bron Gihon moest zijn, omdat er voor de dienst in de tempel veel water nodig was. Voor de Stad-van-David-theorie is echter te weinig bewijs[3].
Het tempelhuis van Jezus' lichaam
Terwijl de stenen tempel daar schitterde voor het oog van de mensen, was er een tweede, ditmaal vlezen woonplaats van God op aarde gekomen. Deze woonplaats was, evenals de tabernakel, een 'roerend goed', een 'mobiel' heiligdom.
Joh 1:14 En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (lett. getabernakeld) ...
Joh 2:14 En Hij vond in de tempel hen die runderen, schapen en duiven verkochten, en de wisselaars die daar zaten. Joh 2:15 En hij maakte een zweep van touwen en dreef allen uit de tempel, ook de schapen en de runderen; en het geld van de wisselaars stortte Hij uit en de tafels keerde Hij om; Joh 2:16 en tot hen die de duiven verkochten zei Hij: Neemt deze dingen van hier weg; maakt niet het huis van mijn Vader tot een huis van koophandel. Joh 2:17 Zijn discipelen herinnerden zich dat er geschreven staat:’ De ijver voor uw huis zal mij verteren’. Joh 2:18 De Joden dan antwoordden en zeiden tot Hem: Welk teken toont U ons, dat U deze dingen doet? Joh 2:19 Jezus antwoordde en zei tot hen: Breekt dit tempelhuis af en in drie dagen zal Ik het oprichten. Joh 2:20 De Joden zeiden dan: In zesenveertig jaar is dit tempelhuis gebouwd, en U zult het in drie dagen oprichten? Joh 2:21 Maar Hij sprak over het tempelhuis van zijn lichaam. Joh 2:22 Toen Hij dan uit de doden was opgewekt, herinnerden zijn discipelen zich dat Hij dit gezegd had; en zij geloofden de Schrift en het woord dat Jezus gesproken had.
De omstanders begrepen Jezus niet en meenden dat hij van de stenen tempel sprak. Toen hij later aan het kruis hing, lasterden de voorbijgangers hem:
Mt 27:40 en zeiden: U die het tempelhuis afbreekt en in drie dagen opbouwt, verlos Uzelf, als U Gods Zoon bent, en kom van het kruis af!
Mr 15:28 29 En de voorbijgangers lasterden Hem, terwijl zij hun hoofden schudden en zeiden: Ha, U die het tempelhuis afbreekt en in drie dagen opbouwt, Mr 15:29 En de voorbijgangers lasterden Hem, terwijl zij hun hoofden schudden en zeiden: Ha, U die het tempelhuis afbreekt en in drie dagen opbouwt,
De Heer Jezus had niet gezegd dat Hijzelf het tempelhuis zou afbreken. Het tempelhuis van de Heer Jezus werd door zijn volk, door de hand van de Romeinen, afgebroken, maar Hijzelf heeft het weer opgericht in Zijn opstanding.
Ro 1:3 ... die geworden is uit het geslacht van David naar het vlees, Ro 1:4 die verklaard is als Gods Zoon in kracht naar de Geest van de heiligheid, door dodenopstanding,
Het lijkt erop dat Hij ook de stenen tempel, d.w.z. de toekomstige tempel van Ezechiël (zie de paragraaf hieronder) op de derde dag zal oprichten en wel nadat Israël geestelijk hersteld is. Deze derde dag is het derde millennium, het derde tijdvak van duizend jaar, waarbij duizend jaar als één dag genomen wordt.
2Pe 3:8 Maar laat dit ene u niet onbekend zijn, geliefden, dat een dag bij de Heer is als duizend jaar en duizend jaar als een dag.
Ook het individuele lichaam van een gelovige in Jezus Christus wordt een tempel genoemd. In hem woont namelijk de Heilige Geest.
1Co 6:19 Of weet u niet, dat uw lichaam de tempel is van de Heilige Geest die in u is, die u van God hebt, en dat u niet van uzelf bent?
De tempel van God in de Geest
Het is niet zo dat God al bijna twee millennia op aarde geen tempel meer heeft. Op de pinksterdag, circa het jaar 30, terwijl de tempel van Herodes nog aanwezig was, ontstond een nieuw huis van God: een geestelijk huis, een woonplaats van God in de Geest. De nieuwe geestelijke tempel heeft ongeveer 40 jaar naast de oude stenen tempel bestaan, die in 70 na Christus werd verwoest.
Door de Heilige Geest, die op de pinksterdag kwam, zijn de gelovigen in Jezus Christus samengevoegd tot één geheel. Ze vormen de tempel van de levende God.
2Co 6:16 En welke overeenkomst heeft Gods tempel met afgoden? Want wij zijn de tempel van de levende God, zoals God gezegd heeft; ‘Ik zal onder hen wonen en wandelen, en Ik zal hun God zijn en zij zullen mijn volk zijn’.
Heilig. De tempel van God is heilig.
1Co 3:16 Weet u niet, dat u Gods tempel bent en dat de Geest van God in u woont? 1Co 3:17 Als iemand de tempel van God verderft, God zal hem verderven. Want de tempel van God is heilig, en dat bent u. (TELOS)
Opbouw. Aan dit gebouw, dat er sindsdien is, wordt nog altijd gewerkt.
Efe 2:18 Want door Hem hebben wij beiden in een Geest de toegang tot de Vader. Efe 2:19 Dus bent u geen vreemdelingen en bijwoners meer, maar u bent medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God, Efe 2:20 opgebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Jezus Christus Zelf hoeksteen is, Efe 2:21 in Wie het hele gebouw, goed samengevoegd, opgroeit tot een heilige tempel in de Heer; Efe 2:22 in Wie ook u mee opgebouwd wordt tot een woonplaats van God in de Geest.
1Pe 2:4 tot Wie u komt, tot een levende steen, door mensen wel verworpen maar bij God uitverkoren en kostbaar, 1Pe 2:5 en u wordt ook zelf als levende stenen gebouwd, als een geestelijk huis tot een heilig priesterdom, om geestelijke offeranden te offeren, die voor God aangenaam zijn door Jezus Christus.
Plaatselijke gemeente. Ook de gemeente in een plaats, bijv. in Corinthe, vormt een heilige tempel van God. Het fundament is Jezus Christus, dat door een arbeider van God wordt gelegd. Anderen mogen op dit fundament bouwen.
1Co 3:9 Want Gods medearbeiders zijn wij, Gods akker, Gods gebouw bent u. 1Co 3:10 Naar de genade van God die mij gegeven is, heb ik als een wijs bouwmeester het fundament gelegd en een ander bouwt erop. Maar laat ieder uitkijken hoe hij erop bouwt. 1Co 3:11 Want niemand kan een ander fundament leggen dan wat er ligt, dat is Jezus Christus. 1Co 3:12 Als nu iemand op het fundament bouwt: goud, zilver, kostbare stenen, hout, hooi, stro, 1Co 3:13 ieders werk zal openbaar worden. Want de dag zal het aan het licht brengen, omdat deze in vuur geopenbaard wordt, en hoe ieders werk is, dat zal het vuur beproeven. 1Co 3:14 Als iemands werk dat hij daarop gebouwd heeft, zal blijven, zal hij loon ontvangen; 1Co 3:15 als iemands werk zal verbranden, zal hij schade lijden; maar zelf zal hij behouden worden, maar zo als door vuur heen. 1Co 3:16 Weet u niet, dat u Gods tempel bent en dat de Geest van God in u woont? 1Co 3:17 Als iemand de tempel van God verderft, God zal hem verderven. Want de tempel van God is heilig, en dat bent u. (TELOS)
Lichaam van de gelovige. Ook het lichaam van een individuele gelovige in Jezus Christus wordt een tempel genoemd. In hem woont namelijk de Heilige Geest.
1Co 6:19 Of weet u niet, dat uw lichaam de tempel is van de Heilige Geest die in u is, die u van God hebt, en dat u niet van uzelf bent? (TELOS)
Het lichaam van de Heer Jezus was eveneens een tempel, zie de paragraaf Het tempelhuis van Jezus' lichaam.
De tempel van de Antichrist
De 'derde (stenen) tempel' is de in te toekomst te bouwen tempel die er in de eindtijd zal zijn en vermoedelijk door de valse messias (de antichrist) gebouwd zal worden. Van deze tempel wordt gesproken onder meer in:
2Th 2:4 die zich verzet en zich verheft tegen al wat God heet of een voorwerp van verering is, zodat hij in de tempel van God gaat zitten en zichzelf vertoont dat hij God is. (TELOS)
Zie Tempel van de Antichrist voor het hoofdartikel.
De tempel van Ezechiël
De vierde stenen tempel is de tempel die in het bijbelboek Ezechiël wordt beschreven en gebouwd zal worden door de ware messias (= de Heer Jezus Christus).
Zie Tempel van Ezechiël voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
De tempel van God in de hemel
Pilaren. Ook in de hemel is een tempel, de tempel van God. Deze tempel heeft pilaren.
Opb 3:12 Wie overwint, die zal Ik maken tot een pilaar in de tempel van mijn God en hij zal geenszins meer daaruit weggaan; en Ik zal op hem schrijven de naam van de stad van mijn God, het nieuwe Jeruzalem dat uit de hemel neerdaalt van mijn God, en mijn nieuwe naam.
Dienst. In Zijn tempel wordt God voortdurend gediend.
Opb 7:15 Daarom zijn zij voor de troon van God en zij dienen Hem dag en nacht in zijn tempel; en Hij die op de troon zit zal zijn tent over hen uitbreiden.
Ark van het verbond. In de hemelse tempel is de ark van Gods verbond.
Opb 11:19 En de tempel van God in de hemel werd geopend en de ark van zijn verbond werd gezien in zijn tempel, en er kwamen bliksemstralen, stemmen, donderslagen, aardbeving en grote hagel.
Engelen. In en uit de tempel van God in de hemel komen ook engelen.
Opb 14:15 En een andere engel kwam uit de tempel en riep met luider stem tot Hem die op de wolk zat: Zend uw sikkel en maai, want het uur om te maaien is gekomen, want de oogst van de aarde is overrijp geworden. (...) Opb 14:17 En een andere engel kwam uit de tempel die in de hemel is, en ook hij had een scherpe sikkel.
Opb 15:6 En de zeven engelen die de zeven plagen hadden, kwamen uit de tempel, bekleed met rein, blinkend linnen en de borst omgord met gouden gordels.
Rook. De tempel van God in de hemel kan vervuld worden met de rook van de heerlijkheid van God.
Opb 15:8 En de tempel werd vervuld met rook van de heerlijkheid van God en van zijn macht; en niemand kon de tempel binnengaan, voordat de zeven plagen van de zeven engelen voleindigd waren.
Opb 16:1 En ik hoorde een luide stem uit de tempel tot de zeven engelen zeggen: Gaat heen en giet de zeven schalen van de grimmigheid van God uit op de aarde!
Troon. In de hemelse tempel is een troon.
Opb 16:17 En de zevende goot zijn schaal uit op de lucht, en er kwam een luide stem uit de tempel vanaf de troon, die zei: Het is gebeurd!
Tabernakel. Het schijnt dat tempel en tabernakel één zijn, terwijl de aardse afbeeldsels van die hemelse heiligdommen gescheiden waren. Opvallend is de uitdrukking 'de tempel van de tabernakel van het getuigenis' in de hemel.
Opb 15:5 En daarna zag ik, en de tempel van de tabernakel van het getuigenis in de hemel werd geopend.
God Zelf als tempel
In het Nieuwe Jeruzalem zal geen tempel zijn. God Zelf, en het Lam (onze Heiland), is haar tempel.
Opb 21:22 En een tempel zag ik in haar niet, want de Heer, God de Almachtige, is haar tempel, en het Lam.
Zie ook
Over de toekomstige tempel in het vrederijk, zie Tempel van Ezechiël.
Meer informatie
Randall Price, Rose Guide to the Temple. Rose Publishing, 2012. Pagina's: 144. Rijk geïllustreerd boek over de tempels in Jeruzalem.
Voetnoten
- ↑ Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.
- ↑ D. Harting, Grieks Woordenboek op het Nieuwe Testament (1861-1863). Opgenomen als Grieks-Nederlands handwoordenboek op het Nieuwe Testament in Online Bible (uitgeverij Importantia).
- ↑ Where was the Temple? Youtube.com: IsraelMyChannel, 14 juli 2021. Duur: 23 min. 58 sec.