Jeremia 45
Jeremia 45 is een hoofdstuk van het boek Jeremia. Hieronder is een samenvatting en/of commentaar.
■ Hoofdstukken van Jeremia samengevat en/of passages ervan becommentarieerd: 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 · 19 · 20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27 · 28 · 29 · 30 · 31 · 32 · 33 · 34 · 35 · 36 · 37 · 38 · 39 · 40 · 41 · 42 · 43 · 44 · 45 · 46 · 47 · 48 · 49 · 50 · 51 · 52. |
Samenvatting
Belofte van lijfsbehoud aan Baruch. 1-5 Wanneer Baruch de woorden van Jeremia in een boek schrijft, geeft de profeet namens God antwoord op Baruchs beklag over zijn kommervol lot: bij de aanstaande voltrekking van Gods vonnis over het land zal zijn deel lijfsbehoud zijn.
1
1 Het woord, dat de profeet Jeremia gesproken heeft tot Baruch, den zoon van Nerija, als hij die woorden uit den mond van Jeremia in een boek schreef, in het vierde jaar van Jojakim, den zoon van Josia, den koning van Juda, zeggende: (SV)
In het vierde jaar van Jojakim. Dat is 606/605 v.C.
Bron
Leidsche Vertaling (1914). Tekst van de samenvatting van Jer. 45 is onder wijziging verwerkt op 8 dec. 2022.
- ↑ De jaartallen zijn meerendeels ontleend aan Bijbels ontstaansmodel; tijdbalk Masoreten (Stichting De Oude Wereld, 2009).