Jesaja (boek)/Hoofdstuk 58

Uit Christipedia
Oude Testament: Ge · Ex · Le · De · Joz · Ri · Ru · 1Sa · 2Sa · 1Ko · 2Ko · 1Kr · 2Kr · Ezr · Ne · Est · Job · Ps · Sp · Pr · Hgl · Jes · Jer · Kla · Eze · Da · Hos · Joë · Am · Ob · Jon · Mi · Na · Hab · Zef · Hag · Za · Mal.
Nieuwe Testament: Mt · Mr · Lk · Jh · Hn · Rm · 1Ko · 2Ko · Gl · Ef · Fp · Col · 1Th · 2Th · 1Tm · 2Tm · Tit · Fm · Hb · Jk · 1Pe · 2Pe · 1Jh · 2Jh · 3Jh · Jd · Opb.

Jesaja (boek):


Hoofdstuk 58 wordt hieronder samengevat en/of een of meer passages worden becommentarieerd.

Samenvatting

God beveelt Jesaja dat hij de Joden hun huichelarij, inzonderheid in het vasten, zal verwijten en het leren van het rechte vasten is. Het vasten dat God verkiest is het bevrijden van mensen van hun juk en banden, zorgen voor behoeftigen. (1-7). God zal hen die dit doen en de sabbat oprecht onderhouden, welvarend en rijk maken (8-14).

Jes. 58:3

Jes 58:3   [Zeggende]: Waarom vasten wij, en U ziet het niet aan, [waarom] kwellen wij onze ziel, en U weet het niet? Ziet, ten dage wanneer ulieden vast, zo vindt u [uw] lust, en drijft u al uw arbeiders aan. (SV)

Terwijl zij vasten drijven zij hun arbeiders aan, beulen die af. God stelt in dit en de volgende verzen de maatschappelijke ongerechtigheid aan de kaak. Godsdienstige gerechtigheid ging niet samen met maatschappelijke gerechtigheid.

Jes. 58:6

Jes 58:6  Is niet dit het vasten, dat Ik verkies: dat u losmaakt de knopen der goddeloosheid, dat u ontdoet de banden van het juk, en dat u vrij loslaat de verpletterden, en alle juk verscheurt? (CP[1])

Dat u ontdoet de banden van het juk. Zie vers 9.

Jes. 58:9

Jes 58:9  Dan zult gij roepen, en de HEERE zal antwoorden; gij zult schreeuwen, en Hij zal zeggen: Ziet, [hier] ben Ik. Zo gij uit het midden van u wegdoet het juk, het uitsteken des vingers, en het spreken der ongerechtigheid; (SV)

Het juk. Vers 6.

Jes. 58:12

Jes 58:12  En die uit u [voortkomen], zullen bouwen de oude verwoeste plaatsen; de fondamenten, van geslacht tot geslacht [verwoest], zult gij oprichten; en gij zult genaamd worden: Die de bressen toemuurt, die de paden weder opmaakt, om te bewonen. (SV)

Die de paden weder opmaakt, om te bewonen. Die de met stenen en slijk overdekte straten der stad weer opmaakt, zodat er huizen worden gebouwd, om te bewonen.

Jes. 58:13

Jes 58:13  Indien u uw voet van de sabbat afkeert, [van] te doen uw lust op Mijn heilige dag; en [indien] u de sabbat noemt een verlustiging, opdat de HEERE geheiligd worde, Die te eren is; en [indien] u dien eert, dat u uw wegen niet doet, [en] uw eigen lust niet vindt, noch een woord [daarvan] spreekt; (CP[1])

Indien u uw voet van de sabbat afkeert. Ervoor vreest om de geheiligde bodem van de sabbat met de voet der bezigheden te betreden (Exod. 3:5 vv.)

[Van] te doen uw lust op Mijn heilige dag. Als u zich onthoudt van te doen uw lust, uw werk op Mijn heilige dag, zodat u zich voor gewone arbeid en vleselijke begeerlijkheden wacht.

En [indien] u de sabbat noemt een verlustiging. In plaats van die, gelijk tot heden, voor een last aan te zien, omdat die u van uw dagelijks arbeiden afhoudt (Amos 8:5 vv.)

Dat u uw wegen niet doet. Uw dagelijkse bezigheden nalaat

Uw eigen lust niet vindt. Uw eigen werk niet vindt, niet drijft (Zach. 1:3), geen genietingen en wereldse vermakelijkheden zoekt

Noch een woord daarvan spreekt. Geen ijdele dingen noemt of zot gepraat houdt.

Bronnen

Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar Jes. 58:12-13. Enige tekst hiervan is onder wijziging verwerkt op 4 mei 2021.

Statenbijbel uitgegeven door het Nederlandsch Bijbelgenootschap, Amsterdam, 1923. Tekst van de samenvatting van Jes. 58 is onder wijziging verwerkt op 4 mei 2021.

Voetnoot

  1. 1,0 1,1 Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.