Lever

Uit Christipedia
Ligging van de lever (in het Engels: liver) in het menselijk lichaam.

De lever (Hebr. Kabhed, het gewichtige; Eng. liver; Du. Leber) is een stevig, rood-bruin ingewand van de mens en van de gewervelde dieren. Het is het grootste inwendige orgaan en bestaat uit vier ongelijke kwabben: de grote rechterkwab, de linkerkwab, de vierkante kwab (Lat. lobus quadratus) en de staartkwab (Lat. lobus caudatus). Het is een veelzijdig orgaan, dat het bloed zuivert en andere taken vervult.  

Offerdieren

Het lever van de offerdieren wordt onder andere genoemd in Exod. 29: 13 en Lev. 3: 4.

Ex 29:13 Gij zult ook al het vet nemen, hetwelk het ingewand bedekt, en het net over de lever, en beide nieren en het vet, dat aan dezelve is, en gij zult ze aansteken op het altaar. (SV)
Ex 29:13 Dan moet u al het vet dat de ingewanden bedekt, de kwab aan de lever en de beide nieren met het vet dat eraan vastzit, nemen en op het altaar in rook laten opgaan. (HSV)
Ex 29:13 Gij zult ook al het vet nemen, hetwelk het ingewand bedekt, en het net over de lever, en beide nieren en het vet, dat aan dezelve is, en gij zult ze aansteken op het altaar. (SV)
Ex 29:13 Dan moet u al het vet dat de ingewanden bedekt, de kwab aan de lever en de beide nieren met het vet dat eraan vastzit, nemen en op het altaar in rook laten opgaan. (HSV)

Hetgeen door Luther en de Statenvertalers door 'net over de lever' of 'net om de lever' is vertaalt (Hebr. jothereth), is onzeker. Dit deel van of bij de lever moest bij het offer verbrand worden. De Zeventigen (LXX) vertalen door 'kwab van de lever'. De King James heeft in Ex. 29:13 'caul above the liver', net over de lever. De Herziene Statenvertaling, de Naardense vertaling en de Petrus Canisius-vertaling hebben 'kwab aan de lever', WV95 en WV78 hebben 'leverkwab', de NBG51-vertaling heeft 'aanhangsel aan de lever'. De Groot Nieuws vertaling heeft 'vetkwab aan de lever'. De Nieuwe Bijvertaling (2004) heeft 'kleinste lob van de lever'.

Verklaringen van dit 'vetstuk' gegeven zijn onder meer:

  1. de grootste, vetste en dikste leverlap: de rechter leverkwab,
  2. de staartkwab, één van de twee kleine leverkwabben
  3. het middenrif, omdat dit deel 'boven' de lever zit

Bij de heidense offers was de lever inzonderheid het ingewand, waaruit men de wil der goden meende te leren kennen (Ezech. 21: 21) → Leverschouw.

Mens

De menselijke lever wordt in eigenlijke zin genoemd in Klaagl. 2:11 en in figuurlijke zin Spr. 7: 23 De lever komt hier voor als de zetel der hevigste aandoeningen van smart, gelijk zij ook bij andere volken der oudheid voor de zetel der hevigste aandoeningen (wellust, begeerte , toorn en moed) wordt gehouden.

Bronnen

H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Tweede deel K - Z. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1872) s.v. Lever. Hieruit is op 14 nov. 2012 tekst genomen en verwerkt.