Mordechai

Uit Christipedia

Mórdechaï of Mordekai of Mordochaï is in de Bijbel de naam van twee verschillende mannen. De bekendste van hen is Mordechai, de neef en pleegvader van koningin Esther.

De geëerde Mordechai (te paard) door Haman door de stad geleid.

Naam. De Hebreeuwse naam is מרדכי, Mordekay. De eigennaam is van vreemde herkomst, komt 60x voor in de Bijbel en betekent "kleine man" of "aanbidder van Mars"[1]. Het Strongnummer is 04782. De Engelse naam in de King James vertaling is Mordecai. De naam verwijst in de Bijbel naar de volgende manspersonen:

1. een Jood, die onder de regering van Ahasveros, omstreeks het jaar 480 vóór Chr., in Perzië leefde, pleegvader en oom van de wees Hadassa ofwel Esther. Hij was een zoon van Jaïr van de stam van Benjamin. Bij de Perzen maakte hij zich verdienstelijk door het ontdekken van een samenzwering tegen het leven van de koning, bij zijn volksgenoten door het verijdelen van Hamans toeleg tot vernietiging van het volk der Joden. Het Poerimfeest, ook Mordechaï's dag geheten, werd ter herinnering aan de laatste gebeurtenis door hem ingesteld.

Alles wat bekend is van zijn geschiedenis is vervat in het boek Esther. Hoewel hij een gevangene was, had hij de vrijheid om aan de poort van het paleis te zitten. Toen Haman werd bevorderd, weigerde Mordechai voor Haman de Agagiet te buigen en daarmee het bevel van de koning te weerstaan[2]. De reden wordt niet vermeld, maar was ongetwijfeld omdat Haman een Amalekiet was, op welks volk de vloek van God rustte. Saul kreeg de opdracht om Amalek volledig te vernietigen, zelfs tot de ezels toe. (Ex. 17:14, 16; Deut. 25:19; 1 Sam. 15: 3.) Mordechai bracht door zijn burgerlijke ongehoorzaamheid zijn leven in gevaar vanwege de voorname positie van Haman; maar, hoewel gewaarschuwd, volhardde hij in zijn weigering.

Dit leidde ertoe dat Haman in zijn gekrenkte trots de vernietiging, niet alleen van Mordechaï, maar van de Joden in het algemeen voornam. God waakte echter over Zijn volk en toen het juiste ogenblik aanbrak, gaf Hij uitkomst. Hij zorgde ervoor dat de koning Ahasveros niet kon slapen. Deze besloot dat de kronieken voorgelezen moesten worden, wat de dienst van Mordechaï, het bekendmaken van de samenzwering, in herinnering bracht, die daarvoor echter niet beloond was. Daarop vereerde Ahasveros de Jood door hem, gezeten op het paard van de koning, door Haman te laten leiden door de stad en hem bekend te maken als iemand die de koning graag vereerde.

Spoedig volgde de val van Haman, terwijl Mordechai werd bevorderd tot een hoge ereplaats.
Es 10:3  De Jood Mordechai immers kwam op de tweede plaats, na koning Ahasveros. Hij stond in hoog aanzien bij de Joden en de menigte van zijn broeders was hem goedgezind, want hij zocht het beste voor zijn volk en sprak tot welzijn van heel zijn nageslacht. (HSV)
Hij "kwam op de tweede plaats, na koning Ahasveros" (10:3): hij was zijn eerste minister en plaatsbekleder en werkte voor het welzijn van zijn volk. Hij was als een andere Jozef, die in Egypte ook ten goede voor zijn geslacht werkzaam was.[3] Aldus eerde God het geloof van een man van Zijn volk, hoewel de Joden in gevangenschap waren.

Typologie. Het complot tegen de Joden werd vernietigd en zij werden de overwinnaars. Zo zal het gaan in een toekomstige dag, in 'de dag van Jacobs benauwdheid' wanneer Gods vastgestelde tijd is aangebroken om het bedreigde volk van Israël te redden.

Modechai beeldt het gelovige joodse overblijfsel af, dat na de opname van de Gemeente Christus zal aanvaarden als Verlosser, in de grote verdrukking bewaard zal worden, het duizendjarig vrederijk zal binnengaan en met Christus zal regeren. Het overblijfsel namelijk zal niet buigen voor het Beest uit de zee noch diens merkteken aanvaarden. Mordechai weigerde te buigen voor Haman, omdat hij naar zijn eigen zeggen een Jood was (3:4). Hij wilde een mens geen eer geven die alleen God toekwam. De wonderbaarlijke bevrijding van Mordechai is een voorafbeelding van de wonderbaarlijke bevrijding van het Joodse overblijfsel uit de greep van het Beest.

2. De tweede Mordechai in de Bijbel genoemd was een hoofd der ballingen, met Zerubbabel uit Babel weergekeerd.

550 — 500 v.C. < Israël 500 — 400 v.C.[4] > 400 — 300 v.C.
Nehemia (persoon)ArthahsastaAhasverosDarius I

Bronnen

P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Mordechaï' is op 25 mei 2019 onder wijziging verwerkt.

A New and Concise Bible Dictionary (George Morris, 1899) s.v. Mordecai. Tekst hiervan is vertaald en onder wijziging verwerkt op 25 mei 2019.

Voetnoten

  1. Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.
  2. Later zou hij, in rouw om de dreigende vernietiging van het volk der Joden en daarom bekleed met een zak met as, weigeren om de kleren aan te doen, die de koningin Esther hem gezonden had. Esther 4:1v
  3. Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar bij Esther 10:3. Enige tekst hiervan is verwerkt.
  4. De jaartallen zijn deels ontleend aan Bijbels ontstaansmodel; tijdbalk Masoreten (Stichting De Oude Wereld, 2009).