Murmureren

Uit Christipedia

Murmureren (Eng. murmur, Fr. murmurer) is, in de eerste betekenis van het woord, morren, mompelen van ontevredenheid; inzonderheid in toepassing op het weerstrevend morren van hem die niet berust; mopperen omdat men het ergens niet mee eens is en er zich niet bij neer wenst te leggen, tegensputteren[1].

Murmureren tegen God is “kwalijk van God, zijn woord en werken in zijn hart gevoelen, en met de tong onwaardiglijk daarvan spreken.” (Kanttekenaren van de Statenvertaling)

De Israëlieten hebben in de woestijn gemurmureerd tegen God, Mozes en Aäron. Nadat de verspieders verslag hadden gedaan, murmureerde het volk tegen Mozes.

Nu 14:36  En die mannen, die Mozes gezonden had, om het land te verspieden, en wedergekomen zijnde, de ganse vergadering tegen hem hadden doen murmureren, een kwaad gerucht over dat land voortbrengende; (SV)

Nu 17:5 En het zal geschieden, dat de staf des mans, welke Ik zal verkoren hebben, zal bloeien; en Ik zal stillen de murmureringen van de kinderen Israëls tegen Mij, welke zij tegen ulieden murmureerden. (SV)

In twee andere vertalingen:

Nu 17:5 En het zal gebeuren dat de staf van de man die Ik verkies, in bloei zal staan. En Ik zal het gemor van de Israëlieten over Mij, waarmee zij tegen u morden, tot zwijgen brengen. (HSV)

Nu 17:5 (17:20) En geschieden zal het: de man die ik verkies, díens staf zal uitbotten; en tot bedaren brengen zal ik opdat het van mij af is- dat gemor van de kinderen Israëls, waarmee zij tegen u murmureren. (NaB)

In het Nieuwe Testament worden wij vermaand:

Flp 2:14 Doet alle dingen zonder murmureren en tegenspreken; (SV)

In twee andere vertalingen:

Flp 2:14 Doe alle dingen zonder morren en meningsverschillen, (HSV)

Flp 2:14 Doet alles zonder mopperen en tegenspreken, (TELOS)

En door Petrus::

1Pe 4:9 Zijt herbergzaam jegens elkander, zonder murmureren (SV).

In twee andere vertalingen:

1Pe 4:9 Wees gastvrij voor elkaar, zonder morren. (HSV)

1Pe 4:9 Weest gastvrij voor elkaar, zonder mopperen. (TELOS)

Voetnoot

  1. Woordenboek van de Nederlandse taal (1908) s.v. Murmureeren. J. van Donselaar, Woordenboek van het Surinaams-Nederlands  (1989) s.v. Murmureren.