Opzieners van de gemeente te Jeruzalem
Opzieners van de gemeente te Jeruzalem in de eerste eeuwen waren de hierna genoemde personen. Ze worden naar het Griekse woord voor opziener, ‘episkopos’, ook bisschoppen genoemd. De eerste vijftien opzieners, tot 134 na Christus, waren volgens de kerkhistoricus Eusebius allen joodse christenen.
Jacobus, broer en apostel van de Heer Jezus, de eerste opziener van de gemeente te Jeruzalem. Volgens de Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus (Joodse oudheden, 209.1) stierf hij door steniging in 62 na Chr. als martelaar. Volgens de kerkhistoricus Eusebius (Kerkelijke geschiedenis 2.23) stierf hij in 63 n.Chr.
Simon (of naar het Hebreeuws Simeon) de Zeloot (62-107 n.C.), apostel, een Jood, de tweede opziener. Wel te onderscheiden van de apostel Simon Petrus. Volgens Eusebius[1] volgde hij Jacobus op.
De eerste Joodse opstand duurde van 66 tot 73 na Christus. Tijdens de onderdrukking van de opstand werd de tempel in Jeruzalem in 70 na Chr. verwoest, kwamen meer dan een miljoen joden om en werden ongeveer 55 duizend Joodse mannen, vrouwen en kinderen tot slaven gemaakt.
Simon de opziener overleefde de verwoesting van de Heilige Stad. Hij stierf als martelaar door kruisiging in 107 na Chr.
Justus (107-122 n.C.), een Jood, was de derde opziener. Hij volgde Simon de Zeloot op. Hij was ‘van het grote aantal van de besnijdenis die toen geloofden in Christus,” aldus Eusebius.
De overige opzieners uit de besnijdenis waren volgens Eusebius:
Zacheüs (112-116), vierde opziener van Jeruzalem
Tobias, vijfde opziener van Jeruzalem
Benjamin (?-117), zesde opziener van Jeruzalem
Johannes (117-119), zevende opziener van Jeruzalem
Matthias (119-120), achtste opziener van Jeruzalem
Philippus (?-124), negende opziener van Jeruzalem
Seneca, tiende opziener van Jeruzalem
Justus II, elfde opziener van Jeruzalem
Levi, twaalfde opziener van Jeruzalem
Ephres, dertiende opziener van Jeruzalem
Josef, veertiende opziener van Jeruzalem
Judas (?-134), vijftiende opziener van Jeruzalem, en de laatste jood in die rol.
In 135 n.C. vond, aan het eind van de Joodse opstand onder leiding van Bar Kochba, de tweede Romeinse verwoesting van de Heilige Stad plaats. Keizer Hadrianus herbouwde de stad Jeruzalem volgens zijn eigen plan, terwijl hij de stad hernoemde Aelia Capitolina, naar zijn eigen familienaam Aelius en naar de hoofdgod van de Romeinse goden, Jupiter Capitolinus. De keizer ontzegde op straf van de dood elke Jood de toegang tot en het verblijf in de stad. Alle Joden uit Jeruzalem en omstreken werden verbannen. Hij verving de Joodse naam van het land, de Romeinse provincie Judea, door de naam Syria Palaestina. Hadrianus was eerst waarvan bekend is dat hij de naam Palestina gebruikte.
Christenen werden niet gestraft, omdat ze noch aan de eerste noch aan de tweede Joodse opstand hadden deelgenomen. Onder de regering van Harianus nam de vervolging van christenen, al in 64 n.C. begonnen, voor een tijd af.
Na 134 zijn alle volgende opzieners gelovigen uit de heidenen(niet-Joodse volken). Eusebius vermeldt hun namen:
Marcus (134-156), 16e opziener van Jeruzalem
Cassianus, 17e opziener van Jeruzalem
Publius, 18e opziener van Jeruzalem
Maximus I, 19e opziener van Jeruzalem
Julianus I, 20e opziener van Jeruzalem
Gaius I, 21e opziener van Jeruzalem
Symmachus, 22e opziener van Jeruzalem
Gaius II, 23e opziener van Jeruzalem
Julianus II , 24e opziener van Jeruzalem
Capito, 25e opziener van Jeruzalem
Maximus II, 26e opziener van Jeruzalem
Antoninus, 27e opziener van Jeruzalem
Valens, 28e opziener van Jeruzalem
Dolichianus (?-185), 29e opziener van Jeruzalem
Narcissus(185-212), 30e opziener van Jeruzalem
Daarna zijn opzieners geweest:
Dius, 31e opziener
Germanio, 32e opziener
Gordius, 33e opziener
Narcissus, wederom
Alexander (213-251), 34e
Mazabanes (251-266), 35e
Hymenaeus (266-298), 36e
Zambdas (298-300), 37e
Hermon (300-314), 38e
Bronnen
Andrew Sholl, Hebrew Catholic Bishops of Jerusalem, in: The Hebrew Catholic nr. 82, herfst 2005-winter 2006.
Michal Hunt, Earliest Bishops of the Church in Jerusalem, AgapeBibleStudy.com, 2006.
List of Patriarchs of Jerusalem, op OrthodoxWiki.org, geraadpleegd 1 juni 2014. De meeste jaartallen zijn hieraan ontleend.
Voetnoot
- ↑ Kerkelijke geschiedenis: 3,32