Rafidim

Uit Christipedia

Rafidim was een legerplaats van de Israëlieten, gelegen tussen de woestijn Sin en de woestijn Sinaï, dicht bij de berg Horeb.

De route van het volk Israël van Egypte naar Kanaän.

Egypte (vertrek 14e dag van 1e mnd) → Pi-HachirothSchelfzeeSurMaraElimWoestijn Sin (aankomst 15e van 2e mnd) → Rafidim → woestijn Sinaï (aankomst in de 3e mnd) → TaberaKibroth-TaävaHazeroth → woestijn Paran, Kades → omzwerving gedurende 38 jaren → KadesHorObothIjje-AbarimZeredArnonBeërMattanaNahaliëlBamothPisgaHesbon → vlakke velden van Moab → ... → Kanaän (aankomst 40 jaar na uittocht).

De naam ‘Rafidim’ betekent ‘breedte’ en duidt vermoedelijk op een vallei.

Ex 17:1  Daarna toog de ganse vergadering van de kinderen Israels, naar hun dagreizen, uit de woestijn Sin, op het bevel des HEEREN, en zij legerden zich te Rafidim. Daar nu was geen water voor het volk om te drinken.

Nu 33:13 En zij verreisden van Dofka, en legerden zich in Aluz. Nu 33:14 En zij verreisden van Aluz, en legerden zich in Rafidim; doch daar was geen water voor het volk, om te drinken. Nu 33:15 En zij verreisden van Rafidim, en legerden zich in de woestijn van Sinai.

Ex 19:2 Want zij togen uit Rafidim, en kwamen in de woestijn Sinai, en zij legerden zich in de woestijn; Israel nu legerde zich aldaar tegenover dien berg. (SV)

Mogelijke ligging van Rafidim
Mozes slaat de rots. Schilderij van James Tissot.

In Rafidim was de rots, behorende tot de berg Horeb, waarop Mozes naar Gods bevel met zijn staf sloeg om het dorstige volk van water te voorzien.

In Rafidim werd Israël, toen het moe en mat was, in de rug aangevallen door het broedervolk der Amalekieten. Op een heuvel boven de vallei bad Mozes tot zonsondergang, met opheffing van zijn handen, ondersteund door Aaron en Hur, en verkreeg zo de overwinning voor Israël.

Strijd tegen Amalek te Rafidim. Links boven op de heuvel staat Mozes met opgeheven armen, later zullen Aäron en Hur (op de afbeelding staande achter Mozes), zijn armen onderstutten.

Bron

Bijbels Theologische Encyclopedie, uitgave 2008