Rehuël

Uit Christipedia
(Doorverwezen vanaf Rehuel)

Rehuël, ook geschreven Reüel of Reüël[1], is in de Bijbel de naam van vier verschillende mannen.

Naam. De Hebreeuwse naam is רעואל, Reoewel. De eigennaam betekent "Vriend van God"[2] of "Wil Gods"[3] De naam komt 11x in het Oude Testament voor. Het Strongnummer is H7467

Verwijzingen. De naam verwijst naar:

1. zoon van Ezau bij Basmath, de zus van Ismaël.

Ge 36:10  Dit zijn de namen der zonen van Ezau: Elifaz, de zoon van Ada, Ezau’s huisvrouw; Rehuël, de zoon van Basmath, Ezau’s huisvrouw. (SV)
Ge 36:17  En dit zijn de zonen van Rehuël, den zoon van Ezau: de vorst Nahath, de vorst Zerah, de vorst Samma, de vorst Mizza; dat zijn de vorsten van Rehuël in het land Edom; dat zijn de zonen van Basmath, de huisvrouw van Ezau. (SV)

2. een Midianiet, de schoonvader van Mozes, ook Jethro genoemd.

3. vader van Eljasaf, de stamvorst van Gad ten tijde van de volkstelling bij de berg Sinaï (Num. 2:14). Voor hem staat de naam Deüel in Num. 1: 14; 7: 42;10: 20[1].

Nu 2:14  Daartoe de stam van Gad; en Eljasaf, de zoon van Rehuël, zal de overste der zonen van Gad zijn. (SV)
4. een Benjaminiet, voorvader van Ela.
1Kr 9:8  En Jibnea, de zoon van Jeroham, en Ela, de zoon van Uzzi, den zoon van Michri; en Mesullam, de zoon van Sefatja, den zoon van Reüel, den zoon van Jibnija; (SV)

Bron

P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Rehuël' is op 16 maart 2021 onder wijziging verwerkt.

Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.

Voetnoten

  1. 1,0 1,1 Zo bij S.J. van Ronkel, Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld. (Groningen: M. Smit, 1835).
  2. Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.
  3. Zo bij S.J. van Ronkel, Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld. (Groningen: M. Smit, 1835). Hij leidt de naam af van Reüth (vgl. Pred. 1 : 14) en El.