Sesach
Sesach (ook geschreven Sesak, Sjesjach, Sjesjak; Eng. Sheshach) is een Hebreeuwse scheldnaam en/of geheimwoord voor Babel, de hoofdstad van het Babylonische rijk, dat Israël (Juda) inlijfde. De naam luidt in het Hebreeuws “Sjesjak” en betekent “geheel vernederd”, “geheel gezonken”.
“Sjesjak” is ontstaan door elke letter van “Babel” te verwisselen door de in volgorde tegenovergestelde letter in het Hebreeuwse alfabet. Zo is de letter B (de tweede letter, beth, in het Hebreeuwse alfabet) vervangen door de tweede letter van achteren geteld (de letter sjin).
De naam "Sesach" wordt op twee plaatsen in de Bijbel gebezigd, beide malen in het boek van de profeet Jeremia.
Jer 25:26 En allen koningen van het noorden, die nabij en die verre zijn, den een met den anderen; ja, allen koninkrijken der aarde, die op den aardbodem zijn. En de koning van Sesach zal na hen drinken. (SV)
Jer 51:41 Hoe is Sesach [zo] veroverd, en de roem der ganse aarde ingenomen! Hoe is Babel geworden tot een ontzetting onder de heidenen! (SV)
De betekenis van de naam berust op de aangekondigde ondergang van Babel. Vergelijk:
Jer 51:64 En zult zeggen: Alzo zal Babel zinken, en niet weder opkomen, vanwege het kwaad, dat Ik over haar zal brengen, en zij zullen mat worden. Tot hiertoe zijn de woorden van Jeremia. (SV)
Sesach zou in 539 v.C. veroverd worden door het Perzische rijk.
Jer 51:41 Hoe is Sesach [zo] veroverd, en de roem der ganse aarde ingenomen! Hoe is Babel geworden tot een ontzetting onder de heidenen! (SV)