Naar inhoud springen

Abjathar: verschil tussen versies

7 bytes verwijderd ,  5 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 7:
{{Stamboom Zadok (hogepriester)}}
 
Abjathar was de enige van zijn familie die ontkwam, nadat koning Saul zijn vader Achimelech en de hele stad [[Nob]] door de scherpte van het zwaard liet ombrengen. <blockquote>''1Sa 22:20 Doch een der zonen van Achimelech, den zoon van Ahitub, ontkwam, wiens naam was Abjathar; die vluchtte David na. (SV)''</blockquote>Hij vluchtte naar David te Kehila en werd zijn vriend, 1 Sam. 22: 20; 23: 6; 30: 7. Op zijn vlucht had hij de hogepriesterlijke Efod (lijfrok) (efod) met de urim en de tummim meegenomen. Hij bleef als bemiddelaar van de Godsopenbaringen in Davids gevoig (1 Sam. 22: 19 vv.; 23: 6 vv.; 30: 7).
 
Toen de Amalekieten de stad [[Ziklag]] hadden geplunderd en de inwoners inclusief Davids beide vrouwen hadden weggevoerd, vroeg David Abjathar om de [[efod]] om God te raadplegen: <blockquote>''1Sa 30:7 En David zei tegen de priester Abjathar, de zoon van Achimelech: Breng mij toch de efod. En Abjathar bracht de efod bij David. 1Sa 30:8 Toen raadpleegde David de HEERE en zei: Zal ik deze bende achtervolgen? Zal ik ze inhalen? En Hij zei tegen hem: Achtervolg ze, want u zult ze zeker inhalen, en u zult de gevangenen zeker bevrijden. (HSV)''</blockquote>Na de troonsbeklimming van David behield hij naast [[Zadok]], die uit de priesterlijke geslachtsljjn van Eleazar afstamde en die waarschjnlijk reeds onder Saul hogepriester was geworden, de plaats van hogepriester en bewees als zodanig met zijn zoon Jonathan en in vereniging met Zadok, tijdens de opstand van [[Absalom]], aan David belangrijke diensten (2 Sam. 15: 24 vv., 35 vv.; 17: 15 vv.; 19: 11 vv.; 20: 25).
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.