Tifsah
Tifsah (= "oversteekplaats"), ook geschreven Tifsach, is in het Oude Testament een plaatsnaam die naar twee steden verwijst.
De Hebreeuwse naam is תפסח , Tiphcach, en betekent "oversteekplaats"[1]. Het Strongnummer is 08607. De Engelse King James vertaling heeft "Tiphsah". De plaatsnaam wordt 2x genoemd in het Oude Testament en verwijst naar:
1. Tifsah of Thapsakus, een voorname stad aan de westelijke oever van de Eufraat, "aan deze zijde van de rivier", gezien vanuit Israël. Ten tijde van Salomo lag zij aan de noordelijke grens van zijn rijk.
1 Koningen 4:24 Want hij heerste over al het land aan deze zijde van de rivier, vanaf Tifsah tot aan Gaza, over alle koningen aan deze zijde van de rivier, en hij had vrede aan al zijn zijden, van rondom. (HSV)
2. Een stad van het tienstammenrijk van Israël, niet ver van Thirza[2]. Koning Menahem van Israël, die kwaad deed in de ogen van God, pleegde een gruweldaad aan de zwangere vrouwen van de stad.
2 Koningen 15:16 Toen versloeg Menahem Tifsah met al zijn inwoners, en ook het bijbehorende gebied, van Tirza af; omdat men de poort niet voor hem had opengedaan, versloeg hij hen. Bij al de zwangere vrouwen daar reet hij de buik open. (HSV)
Voetnoten
- ↑ Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.
- ↑ Aldus P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Volgens het Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen (Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce.) zijn de beide plaatsen Tifsah mogelijk identiek. Dit is onwaarschijnlijk, gelezen 2 Kon. 15:16, en gezien de tijd van het Nieuw-Assyrische rijk.