Vadem

Uit Christipedia

Een vadem (Gr. orguia, Eng. fathom, Fr. brasse, Du. Klafter of Faden; symbool: fm) is een oude lengtemaat ter grootte van twee zijwaarts uitgestrekte mansarmen met de daartussen gelegen borst, ongeveer 180 cm. Het woord “vadem” wordt genoemd in Hand 27:28.

De letterlijke betekenis van het Griekse woord "orguia" is de lengte van de uitgestrekte armen, want het komt van het werkwoord “orego” (= “Ik strek”). Een vadem is de afstand tussen de toppen van de middelvingers van rechter- en linkerhand bij zijwaarts gestrekte armen van een niet te kleine volwassen man.

Een vadem komt overeen met een lengte van ongeveer zes voet, of 4 el, of 8 span: ongeveer 180 cm[1].

De vadem werd vooral gebruikt om de vaardiepte voor schepen aan te duiden. Men kon de diepte makkelijk meten door het touw tussen de handen aan de gestrekte armen binnen te halen (ook wel "opvamen" genoemd).

Het woord “vadem” komt in de Bijbel alleen voor in Lucas’ beschrijving van de schipbreuk van Paulus bij het eiland Malta:

Hnd 27:28 En zij wierpen het dieplood uit en peilden twintig vadem; en na wat verder te zijn gevaren wierpen zij opnieuw het dieplood uit en peilden vijftien vadem. (TELOS)

20 vadem x ca. 1,80 meter = ca. 36 meter.

15 vadem x ca. 1,80 meter = ca. 27 meter.

Bronnen

Onder andere: artikel Vadem op Wikipedia.nl

Voetnoten

  1. Anderen hebben: 182 cm, 182,88 cm of 185 cm