Zoogkind
Een zoogkind is een zuigend kind, en wel 1) een kind dat door de moeder gezoogd wordt; zuigeling, of 2) een kind dat door een min gezoogd wordt: voedsterkind.[1]
Zogen betekent: doen zuigen. Het woord zoogkind komt twee keer voor in de Statenvertaling, onder andere in Jes. 11:8.
Jes 11:8 En een zoogkind zal zich vermaken over het hol van een adder; en een gespeend kind zal zijn hand uitsteken in de kuil van den basilisk. (SV)
De Herziene Statenvertaling en andere vertalingen hebben 'zuigeling'. In het Hebreeuws wordt een werkwoord gebruikt, ינק, yanaq = zuigen, voeden, zogen[2]. Dit komt 32 keer voor in het Oude Testament. Het Strongnummer is 03243.