Numeri 13

Uit Christipedia

Numeri 13 is een hoofdstuk van Numeri, een geschrift in de Bijbel, en telt 33 verzen.

Hoofdstukken van Numeri samengevat en/of becommentarieerd: · 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 · 19 · 20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27 · 28 · 29 · 30 · 31 · 32
Verzen van Numeri 13 becommentarieerd: · 1 · 2 · 8 · 16 · 20 · 21 · 24 · 30

Samenvatting

1-24 In opdracht van God zendt Mozes twaalf aanvoerders uit, één uit elke stam, om het beloofde land, Kanaän, te verspieden. 25-29 Na veertig dagen komen zij terug, tonen de vrucht van het land en brengen verslag uit 30-33 Kaleb, een van de verspieders, spreekt zijn vertrouwen uit dat zij het land kunnen veroveren, maar andere verspieders stellen daartegenover dat, gezien de reuzen en de versterkte steden, het onmogelijk is Kanaän in te nemen.

1

1 De HERE sprak tot Mozes: (SV) 

Zo'n anderhalf jaar na de uittocht uit Egypte staan de Israëlieten aan de rand van het beloofde land.

2

2 Zend u mannen uit: die het land Kanaän verspieden, hetwelk Ik den kinderen Israëls geven zal; van elken stam zijner vaderen zult gijlieden een man zenden, zijnde ieder een overste onder hen. (SV) 

Overste. Zie vs. 3: "hoofden".

8

8 Van den stam van Efraïm, Hoséa, de zoon van Nun. (SV) 

Hoséa. Mozes zal hem later noemen: Jozua, zie vers 16.

16

16 Dit zijn de namen der mannen, die Mozes zond, om dat land te verspieden; en Mozes noemde Hoséa, de zoon van Nun, Jozua. (SV) 

Dit zijn de namen der mannen, die Mozes zond. De laatste vier genoemde stammen hebben de twee bijvrouwen van Jakob als stammoeders.

En Mozes noemde Hoséa ...Jozua. Zie vs. 8. Hoséa betekent "hulp, redding, behoudenis". Jozua, in het Hebreeuws 'Jehosjoea', betekent "Jahweh is behoudenis", "Jahweh is redding". Mozes schrijft de behoudenis aan God toe. Hij is het die ons behoudt. 'Jehosjoea' werd samengetrokken tot 'Jesjoea' of 'Jesoea', wat hetzelfde is als 'Ièsous' in het Grieks. De Griekse naam ging over in het Latijn als Iesus, en deze naam in ons Nederlands als 'Jezus'. In de naam 'Jozua' of 'Jezus' wordt God de eer gegeven voor de verlossing en behoudenis van Zijn volk.

Mt 1:21  Zij nu zal een Zoon baren, en u zult Hem de naam Jezus geven, want Hij zal zijn volk behouden van hun zonden. (Telos)

20

20 Ook hoedanig het land zij, of het vet zij of mager, of er bomen in zijn of niet; en versterkt u, en neemt van de vrucht des lands. Die dagen nu waren de dagen der eerste vruchten van de wijndruiven. (SV)  

De dagen der eerste vruchten van de wijndruiven. D.i. het einde van juli of het begin van augustus[1].

21

21 Alzo trokken zij op, en verspiedden het land, van de woestijn Zin af tot Rechob toe, waar men gaat naar Hamath. (SV)  

24

24 Die plaats noemde men het dal Eskol, om de tros die de kinderen Israëls van daar afgesneden hadden. (CP[2])

Eskol. De naam betekent 'tros'.

30

30 Toen stilde Kaleb het volk voor Mozes, en zeide: Laat ons vrijmoedig optrekken, en dat erfelijk bezitten; want wij zullen dat voorzeker overweldigen! (SV) 

Wij zullen dat voorzeker overweldigen! Jozua's verwachting was gegrond op zijn geloof en hoop op God, zo blijkt in het volgende hoofdstuk:

Nu 14:8  Indien de HEERE een welgevallen aan ons heeft, zo zal Hij ons in dat land brengen, en zal ons dat geven; een land, hetwelk van melk en honig is vloeiende. (SV)

Voetnoten

  1. Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting): met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden (Kampen: Bos, 1893-1901).
  2. Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling.