2 Korinthiërs/Hoofdstuk 8: verschil tussen versies

1.704 bytes toegevoegd ,  5 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 40:
 
Misschien is er aangenaamheid naar de evenredigheid van vermogen (wat men heeft) en gave (wat men geeft).
 
== 2 Kor. 8:16-17. Bereidwilligheid van Titus ==
2Co 8:16 Maar God zij dank, die dezelfde bereidwilligheid voor u in het hart van Titus heeft gegeven, 2Co 8:17 want hij heeft de aansporing wel ontvangen, maar zeer bereidwillig is hij uit eigen beweging naar u toe gereisd. (TELOS)
Merk op dat God werkte in het hart van Titus en Titus 'uit eigen beweging' handelde.
 
''Flp 2:13 want het is God die in u werkt, zowel het willen als het werken, om zijn welbehagen.'' (Telos)
 
Leiding door God en keuzevrijheid bij de geleiden gaan samen.
 
== 2 Kor. 8:18. Meegezonden broeder ==
2Co 8:18 En wij hebben ook de broeder met hem meegezonden, wiens lof in het evangelie in al de gemeenten verbreid is; (TELOS)
'''De broeder'''. Zijn identiteit is onbekend. Hij was door de gemeenten gekozen als een reisgenoot van Paulus en de zijnen (vers 19). Paulus heeft hem in vele dingen dikwijls beproefd (vers 22). Gedacht is onder anderen aan: [[Trofimus]], [[Lukas (persoon)|Lukas]] en [[Silas]]. Door velen is Lukas genoemd.
 
== 2 Kor. 8:19 ==
2Co 8:19 en dit niet alleen, maar hij is ook door de gemeenten gekozen als onze reisgenoot met deze genade, die door ons bediend wordt tot heerlijkheid van de Heer Zelf en als bewijs van onze bereidheid,
'''Deze genade'''. De gunst van de gaven bestemd voor de arme heiligen te Jeruzalem.
 
'''Tot heerlijkheid van de Heer Zelf'''. De ontvangers van de gaven zullen God erom verheerlijken.
 
== 2 Kor. 8:20 ==
2Co 8:20 zodat wij dit voorkomen, dat iemand ons verdacht maakt bij deze overvloed die door ons bediend wordt; (TELOS)
'''Zodat'''. Door die broeder mee te zenden.
 
'''Verdacht'''. Dat de broeders die het geld vervoerden het in eigen zak zouden steken.
 
== Voetnoot ==