k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
'''Atheïsme''' of ''godloochenarij'' is de ''ontkenning'' van het bestaan van God of goden. Het woord is afgeleid van het Griekse woord ''a-theos'', 'zonder God'.
__TOC__
Regel 5:
Een ''atheïst'' of ''godloochenaar'' is iemand die ontkent dat God of een god bestaat. Oud-Nederlandse woorden zijn 'ongodist', 'ongodisterij'<ref>Joost van den Vondel schreef een leerdicht getiteld ''Bespiegelingen van Godt en Godtsdienst. Tegen d'ongodisten, verlochenaers der Godtheit of Goddelijcke Voorzienigheit'' (1662)</ref>.
'''Geloof.''' Men kan atheïsme ook omschrijven als het ''geloof'' dat God noch goden bestaan. Een atheïst heeft dus een
'''Afbakening.''' Een atheïst moet onderscheiden worden van een ''scepticus'' en een ''agnost''. Een scepticus (lett. 'twijfelaar') twijfelt aan het bestaan van God. Een agnost (lett. 'niet-weter') is iemand die zegt dat men niet weet of kàn weten dat God bestaat of niet bestaat. Op de vraag "Gelooft u dat God bestaat?" kan een atheïst logisch antwoorden: "Nee. Ik geloof dat er geen god bestaat." Een agnost: "Nee. Ik weet niet of hij wel of niet bestaat." Een scepticus: "Nee. Ik twijfel eraan of Hij bestaat". Een scepticus en een agnost leven in de praktijk meestal als een atheïst, ze leven praktisch, alsof Hij er niet is.
|