k
→Koophandel
k (→Grote stad) |
k (→Koophandel) |
||
Regel 14:
=== Stad ===
Dat de vrouw een stad symboliseert, zegt de verklaring door een engel: <blockquote>''Opb 17:18 En de vrouw die u hebt gezien, <u>is de grote stad</u> die het koningschap heeft over de koningen van de aarde. (TELOS)''</blockquote>
=== Grote stad ===
Het Babylon van de eindtijd is een stad, een ''grote'' stad. <blockquote>''Opb 14:8 En een andere, een tweede engel volgde en zei: Gevallen, gevallen is het <u>grote Babylon</u>, dat van de wijn van de grimmigheid van haar hoererij alle naties heeft laten drinken. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Opb 17:5 En op haar voorhoofd was een naam geschreven: Verborgenheid, het <u>grote Babylon</u>, de moeder van de hoeren en van de gruwelen van de aarde. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Opb 17:18 En de vrouw die u hebt gezien, is de <u>grote stad</u> die het koningschap heeft over de koningen van de aarde. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Opb 18:2 En hij riep met krachtige stem de woorden: Gevallen, gevallen is het <u>grote Babylon</u>, en het is een woonplaats van demonen en een bewaarplaats van elke onreine geest en een bewaarplaats van elke onreine en gehate vogel geworden. (TELOS)''</blockquote>De koningen van de aarde spreken van "de grote stad, Babylon". <blockquote>''Opb 18:10 terwijl zij uit vrees voor haar pijniging in de verte blijven staan en zeggen: Wee, wee de <u>grote stad</u>, Babylon, de sterke stad; want in een uur is uw oordeel gekomen. (TELOS)''</blockquote>De kooplieden van de aarde laten zich in gelijke bewoordingen uit: <blockquote>''Opb 18:16 en zeggen: Wee, wee, de grote stad, ... want in één uur is die zo grote rijkdom verwoest. (TELOS)''</blockquote>Ook een engel spreekt van "de grote stad Babylon". <blockquote>''Opb 18:21 En een sterke engel hief een steen op als een grote molensteen en wierp die in de zee en zei: Zo zal de <u>grote stad Babylon</u> met geweld neergeworpen worden en zij zal geenszins meer gevonden worden. (TELOS)''</blockquote>Vergelijk: <blockquote>''Da 4:30 Sprak de koning, en zeide: Is dit niet het grote Babel, dat ik gebouwd heb tot een huis des koninkrijks, door de sterkte mijner macht, en ter ere mijner heerlijkheid! (SV)''</blockquote>
=== Sterke stad ===
Regel 69:
=== Heerlijkheid en weelde ===
Ze is weelderig gekleed en opgesmukt.
=== Koophandel ===
Babylon koopt veel in. Wanneer de stad gevallen is, zullen "de kooplieden van de aarde" om haar treuren. Zij was een grote afnemer van hun producten! <blockquote>''Opb 18:11 En de kooplieden van de aarde wenen en treuren over haar, omdat niemand hun koopwaar meer koopt: Opb 18:12 koopwaar van goud, van zilver, van edelgesteente en van parels; van fijn linnen, van purper, van zijde en van scharlaken; allerlei welriekend hout, allerlei ivoren voorwerpen en allerlei voorwerpen van zeer kostbaar hout; van koper, van ijzer en van marmer; Opb 18:13 kaneel, specerij, reukwerken, balsem, wierook, wijn, olie, meelbloem en tarwe; lastdieren en schapen; van paarden en wagens; van lichamen en zielen van mensen. (TELOS)''</blockquote>Zelfs lichamen en zielen van mensen worden verhandeld!
Haar weelde, rijkdom is groot en maakt, door haar inkoop, de kooplieden rijk. Door haar worden zij rijk. <blockquote>''Opb 18:3 Want van de wijn van de grimmigheid van haar hoererij hebben alle naties gedronken en de koningen van de aarde hebben met haar gehoereerd en de kooplieden van de aarde zijn rijk geworden door de macht van haar weelde. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Opb 18:15 De kooplieden in deze dingen, die door haar rijk geworden zijn, zullen uit vrees voor haar pijniging in de verte blijven staan, terwijl zij wenen en treuren (TELOS)''</blockquote>
=== Ongerechtigheid, moord ===
|