Behoudenis: verschil tussen versies

47 bytes toegevoegd ,  6 jaar geleden
k
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 27:
 
== Behoudenis bewerken ==
Gelovigen worden vermaand hun eigen behoudenis te bewerken.<blockquote>''Flp 2:12 Daarom, mijn geliefden, zoals u altijd gehoorzaamd hebt, niet alleen zoals in mijn aanwezigheid, maar nu veel meer in mijn afwezigheid, bewerkt uw eigen behoudenis met vrees en beven; (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Flp 2:12 Daarom, mijn geliefden, zoals u altijd gehoorzaam geweest bent, niet alleen zoals in mijn aanwezigheid, maar nu veelmeer in mijn afwezigheid, werk aan uw eigen zaligheid met vrees en beven, (HSV)''</blockquote>De gedachte kan niet zijn dat wij op grond van onze eigen goede werken behouden worden. De Schrift leert ons dat wij behouden worden op grond van genade, niet op grond van werken (der wet). De Schrift leert eveneens dat genade geen vrijbrief is om te zondigen. Onze praktijk, ons doen en laten, dient in overeenstemming te zijn met onze behoudenis.
 
Petrus spreekt van "opgroeien tot behoudenis". <blockquote>''1Pe 2:2 Verlangt als pasgeboren kinderen naar de redelijke, onvervalste melk, opdat u daardoor opgroeit tot behoudenis; (TELOS)''</blockquote>Een concreet geval kan dat illustreren. In de gemeente van Korinthe was een gelovige man die seksuele omgang had met "de vrouw van zijn vader" (1 Cor. 5:1). Paulus vermaant de gemeente de hoereerder weg te doen uit de gemeente, want een beetje zuurdeeg, dat gedoogt wordt, doorzuurt het hele deeg. Hij zegt dan ook:<blockquote>''1Co 5:7 Zuivert het oude zuurdeeg uit, <u>opdat u een nieuw deeg bent</u>; <u>u bent immers ongezuurd</u>. Want ook ons pascha, Christus, is geslacht. 1Co 5:8 Laten wij daarom feestvieren, niet met oud zuurdeeg, ook niet met zuurdeeg van slechtheid en boosheid, maar met ongezuurde broden van oprechtheid en waarheid.'' (TELOS)</blockquote>Hij zegt dat de gemeente ongezuurd is. Dat is de ene kant. Aan de andere kant moeten ze er ook naar handelen en zorgen dat zij praktisch ongezuurd zijn. Stand (positie in Christus) en (praktische) toestand dienen onderling overeen te stemmen, waarbij de stand (positie) het uitgangspunt is.