k
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 14:
Na de deling van het koninkrijk Israel koos de goddeloze koning Jerobeam de plaats uit voor zijn heiligdom (1 Kon. 12:29). Hij stelde hier en in de stad Dan een gouden kalf op. Zo werd de plaats 'Huis van God' (Hebr. ''Beth-El'') een 'Huis van Nietigheid' (Hebr. ''Beth-[[Aven]]''), omdat een afgod een nietig ding is en afgodendienst ijdelheid en vergeefse dienst is.
[[Bestand:Jeroboam's Temple in Bet El IMG 1944.JPG|geen|miniatuur|800x800px|Ruïne van Jerobeams tempel te Bethel]]
Amazia, priester te Bethel, noemde Bethel ‘het heiligdom van de koning’ (Jerobeam) en ‘het huis van het koninkrijk’ (tienstammenrijk). Hij zond de profeet Amos vandaar weg naar Juda (Am. 7:13).
|