k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 9:
'''Bezorger.''' Overbrenger van de brief is [[Tychicus]] (Kol. 4:7), samen met [[Onésimus]].
'''Omstandigheid en datering.''' Hij schrijft de brief in gevangenschap (Col. 4:3, 10, 18). Een medegevangene is [[Aristarchus]]. Waarschijnlijk gaat het hier om zijn gevangenschap in [[Caesarea (Maritima)|Caesarea]], ca. 58 na Christus, maar mogelijk is ook dat hij gevangen zit in Rome. In dit laatste geval is de brief ca. 61 na Chr. geschreven. Waar hij ook gevangen
== De gemeente te Kolosse ==
'''Kolosse''', ook gespeld ''Colosse'', was een vrij onbelangrijke stad in het westen van het huidige [[Turkije]], ten zuidoosten van [[Laodicea]] en ca. 160 km ten oosten van [[Efeze]].
[[Bestand:Zeven gemeenten Openbaring Access Foundation.jpg|gecentreerd|miniatuur|1024x1024px|'': Ligging van Colosse ('Colossae') zuidoostelijk van Laodicea, in de Romeinse provincie Asia'']]
De '''gemeente''' van Christus aldaar was gesticht door één van Paulus' medewerkers, [[Epafras]] (Col. 1:6-7). Tot de gemeente behoorden ook [[Filémon (persoon)|Filémon]] en [[Onésimus]]. Verder is er over deze gemeente weinig bekend, behalve de gegevens in de brief zelf. Paulus kende de christenen in Colosse niet persoonlijk, hij heeft van hen gehoord (Col. 1:4-9) en hij heeft ook een voortdurende gebedslast voor de gelovigen daar en in Laodicea, die hem niet persoonlijk kennen (Col. 2:1). Aan Filémon schreef hij een brief over diens slaaf Onésimus, die te Rome door de dienst van Paulus tot bekering was gekomen.
== Doel van de brief ==
|