Evangelie naar Lukas/Hoofdstuk 17: verschil tussen versies

k
 
(5 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1:
{{Commentaar hoofdstuk}}
 
== Samenvatting ==
Diverse vermaningen (1-10). Reiniging van tien melaatsen (11-19). Over de komst van het koninkrijk van God en de schifting (20-37).
 
== Luk. 17:12 ==
Regel 85 ⟶ 88:
 
Dit gedeelte handelt duidelijk over het vluchten uit een stad die aan het gericht is overgegeven. Dit gedeelte heeft christenen in Jeruzalem indertijd bewogen om Jeruzalem te ontvluchten! In de toekomst zal het gelovigen bewegen de stad Jeruzalem te verlaten, zodra zij zien dat het beeld van het Beest is opgesteld in de heilige plaats (het tempelhuis, of de voorhof, welke aan de naties is gegeven, Opb. 11:2)
 
== Luk. 17:34-36 Schifting ==
Lu 17:34 Ik zeg u: in die nacht zullen er twee op een bed zijn, de een zal meegenomen en de ander achtergelaten worden. Lu 17:35 Twee vrouwen zullen samen malen, de een zal meegenomen en de ander achtergelaten worden. Lu 17:36 Twee op het veld, een zal meegenomen en de ander achtergelaten worden. (Telos)
 
Het schijnt dat de scheiding bij sommigen in de nacht gebeurt, bij anderen, mogelijk omdat ze op een andere plaats op aarde wonen, overdag. Deze voorzegging schijnt te onderstellen dat de [[aarde]] rond is.
 
'''Meegenomen.''' Sommigen verstaan: ter redding, bij de opneming van de gemeente. Meegenomen: zoals het gezin van Lot, zoals het gezin van Noach.
 
Het Griekse woord vertaald door “meegenomen” is hetzelfde woord dat in Joh. 14:3 gebruikt wordt voor de opname van de gemeente.
 
''Joh 14:3 En als Ik ben heengegaan en u plaats heb bereid, kom Ik weer en zal u tot Mij nemen, opdat ook u zult zijn waar Ik ben. (Telos)''
 
Anderen verstaan: meegenomen ten oordeel.
 
'''Achtergelaten.''' Sommigen verstaan: ten oordeel, zoals de inwoners van Lot, en de mensen buiten de ark op aarde.
 
Anderen verstaan: achtergelaten om het vrederijk binnen te gaan.
 
== Luk. 17:37 ==
Lu 17:37 En zij antwoordden en zeiden tot Hem: Waar, Heer? Hij nu zei tot hen: Waar het lichaam is, daar zullen ook de gieren zich verzamelen. (Telos)
 
Vergelijk de parallel tekst:
''Mt 24:28 Waar het aas is, daar zullen de gieren zich verzamelen.'' (Telos)
 
'''Zij.''' Dit zijn de discipelen die vanaf vers 22 werden toegesproken door de Heer.
 
'''Waar, Heer.'''
Lu 17:37 En zij antwoordden en zeiden tot Hem: Waar, Heer? Hij nu zei tot hen: Waar het lichaam is, daar zullen ook de gieren zich verzamelen.
 
Het “waar” in het antwoord van de Heer verwijst naar de plaats waar het dode of stervende lichaam is. Op die plaats verzamelen zich de gieren, de gevleugelde aaseters.
 
Onduidelijk is welke woorden van de Heer aanleiding geven tot de vraag. Vragen de discipelen naar de plaats (1) waar de achtergelatenen gelaten worden, (2) waar de meegenomenen heengebracht worden, (3) waar de scheiding tussen beide groepen zal plaatsvinden? Gezien het antwoord van de Heer is optie 1 de meest waarschijnlijke.
 
''Job 39:29 (39-32) Van daar speurt hij de spijze op; zijn ogen zien van verre af. Job 39:30 (39-33) Ook zuipen zijn jongen bloed; en waar verslagenen zijn, daar is hij.''
 
''Opb 19:17 En ik zag een engel staan in de zon, en hij riep met luider stem en zei tot alle vogels die in het midden van de hemel vlogen: Komt, verzamelt u tot de grote maaltijd van God; Opb 19:18 opdat u vlees eet van koningen, vlees van oversten over duizend, vlees van sterken, vlees van paarden, en van hen die daarop zitten en vlees van allen, zowel van vrijen als van slaven, van kleinen als van groten.''
 
== Bron ==