Genesis/Hoofdstuk 42: verschil tussen versies

1.243 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
Regel 3:
== Samenvatting ==
In het kort: Jozefs broers in Egypte. — Jakob zendt zijn zonen naar Egypte om koren te kopen; alleen Benjamin blijft thuis (1-4). De broers komen tot Jozef en buigen zich voor hem neer (5-6). Jozef behandelt hen als verspieders (7-12). Bij hun verdediging maken zij gewag van hun jongste broer; waarop Jozef hen gelast, een van hen te zenden om hem te halen (13-16). Na hen drie dagen gevangen gehouden te hebben, laat hij hen allen gaan, uitgenomen Simeon, die als gijzelaar achterblijft (17-20); de broeders zien in die tegenspoed een straf voor hun vergrijp aan Jozef; waarover deze, die hen verstaat, diep ontroerd is (21-24). Hij laat hun zakken met graan vullen en het geld er weer in leggen; één van hen vindt het zijne daar onderweg (25-28). Zij verhalen hun wedervaren aan Jakob en vinden allen hun geld terug (29-35); Jakob weigert Benjamin te laten gaan; vergeefs biedt Ruben zijne twee zonen ten onderpand (36-38).
 
== Gen. 42:4 ==
Ge 42:4  Doch Benjamin, Jozefs broeder, zond Jakob niet met zijn broers; want hij zei: Opdat hem niet misschien het verderf ontmoet! (CP)<ref name=":0">Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling. </ref>
Jakob hield Benjamin thuis om hem te sparen. God zond Zijn zoon, hoewel Hij wist wat de mensen hem zouden aandoen.
 
== Gen. 42:6 ==
Ge 42:9  Toen gedacht Jozef aan de dromen, die hij van hen gedroomd had; en hij zeide tot hen: Gij zijt verspieders, gij zijt gekomen om te bezichtigen, waar het land bloot is. (SV)
'''De dromen, die hij van hen gedroomd had.''' De droom van de schoven en die van de hemellichamen. Dromen zij voor hem buigen.
 
== Gen. 42:13 ==
Ge 42:13  En zij zeiden: Wij, uw knechten, waren twaalf gebroeders, zonen van één man, in het land Kanaän; en zie, de kleinste is heden bij onze vader; doch de een is niet [meer]. (CP<ref name=":0" />)
'''Zonen van één man.''' En zij waren zonen van verschillende moeders.
 
'''De een is niet meer.''' Zie ook vers 32. Het schijnt dat zij hem voor dood hielden, hoewel zij hem levend hadden verkocht. Ruben spreekt even later van zijn bloed (22), alsof de leugen van zijn bloedige dood ook in hun harten was gekomen.
 
== Gen. 42:36 ==