Godheid van Jezus Christus: verschil tussen versies

5.284 bytes toegevoegd ,  1 maand geleden
k
(17 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
De '''Godheid van Jezus Christus''' is Zijn God-zijn. [[Jezus Christus]] is een goddelijk Persoon, hij is God, evenals de Vader en de Heilige Geest. De Heer Jezus is de waarachtige God (1 Joh. 5:20). We kunnen Hem de tweede Persoon in de Godheid noemen.
 
Dikwijls wordt geleerd, dat de Heer Jezus wel de ''Zoon'' van God is, maar niet God zelf is. De volgende Schriftplaatsen bewijzen dat Hij "'''God''' is over alles, geprezen tot in eeuwigheid." (Rom. 9:5)
Regel 34:
<blockquote>''1Co 6:11  En dit waren sommigen van u; maar u bent afgewassen, maar u bent geheiligd, maar u bent gerechtvaardigd <u>door de naam van de Heer Jezus Christus</u> en <u>door de Geest van onze God</u>. (Telos)''</blockquote><blockquote>''2Co 3:3  u, van wie blijkt dat u <u>een brief van Christus</u> bent, door onze bediening opgesteld, geschreven niet met inkt, maar <u>met de Geest van de levende God</u>, niet op stenen tafelen, maar op vlezen tafelen van de harten. (Telos)''</blockquote>
 
De Geest van Christus is de Geest van God de Vader. Wie de Geest van Christus niet heeft, behoort Hem niet toe. <blockquote>''Ro 8:9  Maar u bent niet in het vlees maar in de Geest, als inderdaad <u>Gods Geest</u> in u woont; maar als iemand <u>de Geest van Christus</u> niet heeft, die behoort Hem niet toe.'' (Telos...)</blockquote><blockquote> ''Ro 8:11  En als <u>de Geest van Hem</u> die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij die Christus uit de doden heeft opgewekt, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door zijn Geest die in u woont. (Telos)''</blockquote>De Geest van Jezus leidt en verleent bijstand.<blockquote>''Hnd 16:7  en bij Mysie gekomen probeerden zij naar Bithynie te gaan, en <u>de Geest van Jezus</u> liet het hun niet toe. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Flp 1:19  Want ik weet, dat dit mij tot behoudenis zal strekken door uw gebed en de bijstand van <u>de Geest van Jezus Christus</u>; (Telos)''</blockquote><blockquote>''2Co 13:14  De genade van de Heer Jezus Christus en de liefde van God en de gemeenschap van de Heilige Geest zij met u allen. (Telos)''</blockquote>De Vader, de Zoon en de Geest zijn goddelijke personen, ze delen goddelijke eigenschappen, ze zijn onderscheiden, doch vormen een éénheid. ⇒ [[Drie-eenheid]].
 
== 'Ik ben' ==
Regel 46:
 
== Alomtegenwoordig ==
Jezus is alomtegenwoordig. God zegt op diverse plaatsen in het Oude Testament: "Ik ben met u!" (Gen. 26:24; 28:15; Deut. 31:23; Ri 6:16; 2 Sam. 7:9; 1 Kron. 17:8; Jes. 41:10; 43:5; Jer. 1:8, 19; 15:20; 30:11; 42:11; 46:28; Hag. 1:13; 2:4  Bijvoorbeeld:<blockquote>''Deut. 31:23 ... want gij zult de kinderen Israëls inbrengen in het land ... en Ik zal met zijn. (SV)''</blockquote><blockquote>''Hag 1:13 Daarop sprak Haggaï, de bode van de HEERE, krachtens de boodschap van de HEERE tot het volk: Ik ben met u, spreekt de HEERE. (HSV)''</blockquote><blockquote>''Mt 1:23 ‘Zie, de maagd zal zwanger worden, en een Zoon baren, en men zal Hem de naam Emmanuel geven’, dat is vertaald: God met ons. (TELOS)''</blockquote>OokVóór dezijn Heerlijden Jezusen heeftsterven gezegdaan 'Ikhet benkruis metheeft u'.<blockquote>''MtJezus 28gezegd:20 En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding der wereld. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''HndMt 18:10 want20 Ik benWant metwaar u entwee niemandof zaldrie hetvergaderd opzijn uin toeleggenmijn omnaam, udaar kwaad te doen, wantben Ik heb veel volk in dezehun stadmidden.'' (TELOSTelos)</blockquote>Jezus'Hiermee belofteduidt enhij verzekeringtwee 'Ikdingen benaan: metHij u'zou heeftvoortleven alleen(opstanding) zinen alsoveral Hijtegelijk alomtegenwoordigaanwezig is, overal kankunnen zijn,. tegelijkWaar taltwee vanof mensendrie nabijin kanNoord-Korea zijn.<blockquote>''Johof 14:23in JezusNederland antwoorddein enzijn zeinaam totbijeengekomen hem:zijn, Alsdaar iemandis MijHij liefheeft,in zalhun hijmidden. mijnEen woordengel bewaren,kan enniet mijnalomtegenwoordig Vaderzijn, zalhij hemkan liefhebbenworden entegengehouden Wijdoor zulleneen totgevallen hemengel, komenzoals enblijkt woningin bijhet hemboek makenDaniël. (TELOS)''</blockquote>
 
Na zijn opstanding heeft de Heer beloofd: "Ik ben met u al de dagen".<blockquote>''Mt 28:20  En zie, Ik ben met u alle dagen tot aan de voleinding van de eeuw. (Telos)''</blockquote>Ook, na Zijn hemelvaart, verzekert hij de apostel Paulus:<blockquote>''Hnd 18:10 want Ik ben met u en niemand zal het op u toeleggen om u kwaad te doen, want Ik heb veel volk in deze stad.'' (TELOS)</blockquote>Jezus' belofte en verzekering 'Ik ben in uw midden' en 'Ik ben met u' hebben alleen zin als Hij alomtegenwoordig is, overal kan zijn, tegelijk tal van mensen nabij kan zijn, ja, in gelovigen kan zijn.<blockquote>''Joh 14:23 Jezus antwoordde en zei tot hem: Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord bewaren, en mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen en woning bij hem maken. (TELOS)''</blockquote>
 
== Alhorend ==
Regel 57 ⟶ 59:
== Almachtig ==
De Heer Jezus is bij machte, evenals God, om iedere heilige bij te staan met Zijn genade.<blockquote>''Nu 6:25 De HEERE doe Zijn aangezicht over u lichten, en zij u genadig! (SV)''</blockquote><blockquote>''Ro 1:7 aan alle geliefden van God die in Rome zijn, geroepen heiligen: genade zij u en vrede van God onze Vader en van de Heer Jezus Christus. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Ro 16:20 De God nu van de vrede zal de satan spoedig onder uw voeten verpletteren. De genade van onze Heer Jezus Christus zij met u! (...) Ro 16:24 De genade van onze Heer Jezus Christus zij met u allen. Amen. (Telos)''</blockquote><blockquote>''1Co 16:23 De genade van de Heer Jezus zij met u. (Telos)''</blockquote><blockquote>''2Co 13:14 De genade van de Heer Jezus Christus en de liefde van God en de gemeenschap van de Heilige Geest zij met u allen. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Opb 1:4 Johannes aan de zeven gemeenten die in Asia zijn: genade zij u en vrede van Hem die is en die was en die komt, en van de zeven Geesten die voor zijn troon zijn, Opb 1:5 en van Jezus Christus, de trouwe getuige, de eerstgeborene van de doden en de overste van de koningen van de aarde. Hem die ons liefheeft en ons van onze zonden heeft verlost door zijn bloed, (Telos)''</blockquote>
 
== Stem ==
Gods stem klinkt als het gedruis van wateren in de hemel.<blockquote>''Jer 51:16  Als Hij Zijn stem geeft, zo is er een gedruis van wateren in den hemel, en Hij doet de dampen opklimmen van het einde der aarde; Hij maakt de bliksemen met den regen, en doet den wind voortkomen uit Zijn schatkameren.'' (SV)</blockquote>Aan Gods stem is die van de Heer Jezus gelijk:<blockquote>''Opb 1:15  en zijn voeten aan blinkend koper gelijk, als gloeiden zij in een oven, en zijn stem als een gedruis van vele wateren.'' (Telos)</blockquote>
 
== Schepper ==
Regel 90 ⟶ 95:
 
God heeft de sabbat ingesteld, zijn volk ten goede. Hij is als Maker van de sabbat uiteraard de Heer van de sabbat. Hij bepaalt wat wel of niet geoorloofd is. De Heer Jezus verwijst naar zichzelf als 'Heer van de sabbat' (Matt. 12:8; Marc. 2:28; Luc. 6:5). <blockquote>''Mr 2:27 En Hij zei tot hen: De sabbat is gemaakt om de mens, en niet de mens om de sabbat. Mr 2:28 Daarom is de Zoon des mensen Heer ook van de sabbat. (TELOS)'' </blockquote>
 
== God van Israël ==
Jahweh is de God van Israël. Het land van Israël is Zijn land. Volgens Johannes de Doper heeft de Christus een dorsvloer en tarwe.<blockquote>''Mt 3:12  zijn [[wan]] is in zijn hand en Hij zal zijn dorsvloer door en door zuiveren en zijn tarwe in de schuur samenbrengen, maar het kaf met onuitblusbaar vuur verbranden.'' (Telos)</blockquote>'Zijn dorsvloer ... zijn tarwe' spreekt indirect van Jezus' Godheid. De tarwe (de goede Israëlieten) op het veld (land Israël) is Zijn tarwe. Jezus is dezelfde als Jahweh, de God van Israël.
 
== Licht ==
Regel 96 ⟶ 104:
== Waarheid ==
Evenals God is Jezus de waarheid.<blockquote>''Deut. 32:4 ... al zijn wegen zijn recht. God is waarheid en geen onrecht, rechtvaardig en waarachtig is Hij. (HSV)''</blockquote><blockquote>''Joh 14:6 Jezus zei tot hem: Ik ben de weg en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij. (TELOS)''</blockquote>
 
== Zijn weg ==
De weg van Messias Jezus is de weg van Jahweh. In het begin van het evangelie naar [[Markusevangelie|Markus]] staat:<blockquote>''Mr 1:2  zoals geschreven staat in de profeet Jesaja: ‘Zie, Ik zend mijn bode voor U uit, die uw weg zal bereiden’; Mr 1:3  ‘Stem van een roepende in de woestijn: Bereidt de weg van [de] Heer, maakt zijn paden recht’.'' (Telos)</blockquote>Johannes was gezonden om de weg van de Messias te bereiden. Langs deze weg zou Jahweh komen, "de weg van Jahweh". Met de komst van de Messias, kwam Jahweh.
 
== Heiland ==
Regel 131 ⟶ 142:
== Hand ==
<blockquote>''Joh 10:28 En Ik geef hun eeuwig leven, en zij zullen geenszins verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze rukken <u>uit mijn hand</u>. Joh 10:29 Mijn Vader die ze Mij heeft gegeven, is groter dan allen, en niemand kan ze rukken <u>uit de hand van mijn Vader</u>. Joh 10:30 Ik en de Vader zijn een.'' ''(TELOS)''</blockquote>
 
== Stort van Gods Geest uit ==
God beloofde van Zijn Geest te zullen uitstorten.<blockquote>''Hnd 2:16  Maar dit is wat gesproken is door de profeet Joel: Hnd 2:17  ‘En het zal gebeuren in de laatste dagen, zegt God, dat Ik van mijn Geest zal uitstorten op alle vlees, en uw zonen en dochters zullen profeteren, en uw jongemannen zullen gezichten zien en uw ouden zullen dromen dromen. Hnd 2:18  Ja, op mijn slaven en op mijn slavinnen zal Ik in die dagen van mijn Geest uitstorten en zij zullen profeteren.'' (Telos)</blockquote>De verhoogde Heiland Jezus stortte van Gods Geest uit. <blockquote>''Hnd 2:32  Deze Jezus heeft God opgewekt, waarvan wij allen getuigen zijn. Hnd 2:33  Nu Hij dan door de rechterhand van God is verhoogd en de belofte van de Heilige Geest heeft ontvangen van de Vader, heeft Hij dit uitgestort wat u en ziet en hoort.'' (Telos)</blockquote>
 
== Wekt doden op ==
Jezus kon als oorsprong van het leven doden opwekken:<blockquote>Luk. 7 : 14 een zoon wekte Hij op uit de doden op weg naar het graf</blockquote><blockquote>Luk. 8 : 55 een meisje wekte Hij op uit de doden, dat nog in het sterfhuis lag</blockquote><blockquote>Joh. 11 : 44 een vriend wekte Hij op, die al ''vier'' dagen ''in'' het graf lag</blockquote>
 
== Dertig zilverlingen ==
De [[Heer Jezus]] werd door Judas overgeleverd voor het geldbedrag dat voor een slaaf werd neergeteld: 30 zilverlingen.<blockquote>''Mt 26:14 Toen ging een van de twaalf, Judas Iskariot geheten, naar de overpriesters Mt 26:15  en zei: Wat wilt u mij geven? Dan zal ik Hem aan u overleveren. Mt 26:16  Zij nu betaalden hem dertig zilverlingen uit. En van toen af zocht hij een gelegenheid om Hem over te leveren. (Telos)''</blockquote>Daarmee ging een profetie in vervulling:<blockquote>''Zacharia 11:12 En ik heb tot hen gezegd: Indien het goed is in uw ogen, geeft mijn loon, maar indien niet, laat het. Toen wogen zij mijn loon af: dertig zilverstukken. Zacharia 11:13 Maar de HERE zeide tot mij: Werp dat de pottenbakker toe; een heerlijke prijs waarop Ik hunnerzijds geschat ben! En ik heb de dertig zilverstukken genomen en die in het huis des HEREN de pottenbakker toegeworpen.'' (NBG51)</blockquote>Merk op dat God zegt: "een heerlijke prijs waarop Ik hunnerzijds geschat ben". God werd gewaardeerd op dertig zilverstukken. Welnu, dat was dezelfde prijs die voor Jezus werd betaald. Jezus werd gewaardeerd op dertig zilverstukken.
 
== Opgevaren ==
Regel 145 ⟶ 162:
 
== Krijgsman ==
Jahweh is een krijgsman, zei Mozes. <blockquote>''Ex 15:3  De HEERE is een krijgsman; HEERE is Zijn Naam! (SV)''</blockquote>Dat bleek bij de verovering van Kanaän.<blockquote>''Joz 10:42  En Jozua nam al deze koningen en hun land op eenmaal; want de HEERE, de God Israëls, streed voor Israël. (SV)''</blockquote>God zal neerdalen om te strijden voor Jeruzalem. Zijn voeten zullen staan op de Olijfberg. <blockquote>''Jes 31:4  Want alzo heeft de HEERE tot mij gezegd: Gelijk als een leeuw, en een jonge leeuw over zijn roof brult, wanneer ook een volle menigte der herderen samengeroepen wordt tegen hem, verschrikt hij voor hun stem niet, en vernedert zich niet vanwege hun veelheid; alzo zal de HEERE der heirscharen nederdalen, om te strijden voor den berg Sions en voor haar heuvel. (SV)''</blockquote><blockquote>''Zac 14:3  En de HEERE zal uittrekken, en Hij zal strijden tegen die heidenen, gelijk ten dage als Hij gestreden heeft, ten dage des strijds. Zac 14:4  En Zijn voeten zullen te dien dage staan op den Olijfberg, die voor Jeruzalem ligt, tegen het oosten; ... (SV)''</blockquote><blockquote>''Ps 24:7  Heft uw hoofden op, gij poorten, en verheft u, gij eeuwige deuren, opdat de Koning der ere inga! Ps 24:8  Wie is de Koning der ere? De HEERE, sterk en geweldig, de HEERE, geweldig in den strijd.  Ps 24:9  Heft uw hoofden op, gij poorten, ja, heft op, gij eeuwige deuren! opdat de Koning der ere inga!  Ps 24:10  Wie is Hij, deze Koning der ere? De HEERE der heirscharen, Die is de Koning der ere. Sela. (SV)''</blockquote>In het laatste Bijbelboek zien we de Heer Jezus als krijgsman en aanvoerder van een hemelse legermacht neerdalen en zijn vijanden verslaan. <blockquote>''Opb 19:11 En ik zag de hemel geopend, en zie, een wit paard, en Hij die daarop zit, heet Getrouw en Waarachtig, en Hij oordeelt en voert oorlog in gerechtigheid.  Opb 19:14  En de legers die in de hemel zijn, volgden Hem op witte paarden, bekleed met wit, rein, fijn linnen.  Opb 19:15  En uit zijn mond komt een scherp zwaard, opdat Hij daarmee de naties slaat. En Hij zal hen hoeden met een ijzeren staf en Hij treedt de wijnpersbak van de wijn van de grimmigheid van de toorn van God de Almachtige.          Opb 19:16  En Hij heeft op zijn kleed en op zijn heup een geschreven naam: Koning van de koningen en Heer van de heren. (Telos)''</blockquote>Jahweh is een krijgsman, Jezus is een krijgsman. Deze is de Jahweh der heirscharen die van de hemel neerdaalt om te strijden.
 
== Jahweh der heirscharen ==
God is de God van de hemelse legermachten; zie [[Jhwh der heerscharen]]. Die legers (meervoud) vormen samen het leger van Jezus, het leger dat Hij zal aanvoeren.<blockquote>''Opb 19:14  En de legers die in de hemel zijn, volgden Hem op witte paarden, bekleed met wit, rein, fijn linnen.'' (...) ''Opb 19:19 En ik zag het beest en de koningen van de aarde en hun legers verzameld om oorlog te voeren tegen Hem die op het paard zat en tegen <u>zijn leger</u>. (TELOS)''</blockquote>Jezus is Jahweh van de legerscharen (heirscharen, legermachten).
 
== Rechter ==
God is de Rechter der volken, de Heer Jezus is dat ook.<blockquote>''Jes 3:13  De HEERE staat gereed om Zijn rechtszaak te voeren, en Hij staat klaar om over de volken recht te spreken. (HSV)''</blockquote><blockquote>''Hnd 17:31  omdat Hij een dag heeft bepaald, waarop Hij het aardrijk in gerechtigheid zal oordelen door een man die Hij daartoe heeft bestemd, waarvan Hij aan allen zekerheid heeft gegeven door Hem uit de doden op te wekken. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Mt 25:31 Wanneer nu de Zoon des mensen komt in zijn heerlijkheid en alle engelen met Hem, dan zal Hij zitten op de troon van zijn heerlijkheid; Mt 25:32  en voor Hem zullen alle volken worden verzameld, en Hij zal ze van elkaar scheiden, zoals de herder de schapen van de bokken scheidt; (Telos)''</blockquote>
Wij, gerechtvaardigd op grond van ons geloof in de Heer Jezus Christus, zullen allen voor de rechterstoel van God/Christus gesteld worden. Niet om verdoemd te worden, of "met de wereld veroordeeld" (1 Cor. 11:32) te worden, maar om beoordeeld te worden en te ontvangen naar wat wij gedaan hebben. ⇒ [[Oordeel]]. <blockquote>''2Co 5:10 Want wij allen moeten geopenbaard worden voor <u>de rechterstoel van Christus</u>, opdat ieder ontvangt wat in het lichaam is gedaan, naardat hij heeft bedreven, hetzij goed hetzij kwaad. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Ro 14:10 Maar u, waarom oordeelt u uw broeder? Of ook u, waarom minacht u uw broeder? Want wij zullen allen voor <u>de rechterstoel van God</u> gesteld worden; (TELOS)''</blockquote>Er zijn geen twee rechterstoelen, waarvoor wij achtereenvolgens gesteld worden. Het gaat om één rechterstoel, die van Christus/God.
 
De Heer Jezus en God komen ook samen in de volgende passage: <blockquote>''1Co 4:4 Want ik ben van mij niets bewust, maar daardoor ben ik niet gerechtvaardigd; maar <u>Hij die mij beoordeelt</u>, is <u>de Heer</u>. 1Co 4:5 Oordeelt daarom niets voor de tijd, totdat <u>de Heer</u> komt, die ook wat in de duisternis verborgen is, aan het licht zal brengen en de raadslagen van de harten openbaar zal maken; en dan zal ieder zijn lof ontvangen van <u>God</u>. (TELOS)''</blockquote>
Regel 160 ⟶ 180:
 
== Aangeroepen ==
Wij mishagen God als wij andere goden aanroepen.<blockquote>''Ri 10:13  Nochtans hebt gij Mij verlaten, en andere goden gediend; daarom zal Ik u niet meer verlossen. Ri 10:14  Gaat henen, roept tot de goden, die gij verkoren hebt; laten die u verlossen, ter tijd uwer benauwdheid. Ri 10:15  Maar de kinderen Israëls zeiden tot den HEERE: Wij hebben gezondigd; doe Gij ons, naar alles, wat goed is in Uw ogen; alleenlijk verlos ons toch te dezen dage! Ri 10:16  En zij deden de vreemde goden uit hun midden weg, en dienden den HEERE. Toen werd Zijn ziel verdrietig over den arbeid van Israël.'' (SV)</blockquote>We mogen daarentegen de Heer Jezus wel aanroepen.<blockquote>''Joh 14:14  Als u <u>Mij iets zult bidden</u> in mijn naam, Ik zal het doen.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Hnd 7:59  En zij stenigden Stefanus, <u>die de Heer aanriep</u> en zei: Heer Jezus, ontvang mijn geest.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Hnd 9:13  Ananias echter antwoordde: Heer, ik heb van velen over deze man gehoord, hoeveel kwaad hij uw heiligen in Jeruzalem heeft aangedaan; Hnd 9:14  en hier heeft hij volmacht van de overpriesters om <u>allen die uw naam aanroepen te boeien</u>.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''1Co 1:2  aan de gemeente van God die in Korinthe is, aan de geheiligden in Christus Jezus, geroepen heiligen, met allen, in elke plaats, <u>die de naam van onze Heer Jezus Christus aanroepen</u>, zowel hun als onze Heer:'' (Telos)</blockquote>De Heer Jezus is geen vreemde god, Hij deelt evenals Zijn Vader in de goddelijke natuur. Dit komt in de volgende passage naar voren. <blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=Romeinen 10|VersNummer=12}}{{Romeinen 10:13}}{{Romeinen 10:14}} (Telos) </blockquote>Het aanroepen van de Heer Jezus (vers 12) staat gelijk aan het aanroepen van de naam van Jahweh (vers 13).
 
== Aangebeden, vereerd ==
Regel 174 ⟶ 194:
 
De Zoon des mensen (een benaming van de Messias) in Dan. 7 heeft goddelijke trekken.<blockquote>''Da 7:13 Ik keek toe in de nachtvisioenen, en zie, er kwam met de wolken van de hemel Iemand als een Mensenzoon. Hij kwam tot de Oude van dagen en men deed Hem voor Zijn aangezicht naderbijkomen.'' ''Da 7:14 Hem werd gegeven heerschappij, <u>eer</u> en koningschap, en alle volken, natiën en talen moesten Hem <u>vereren</u>. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die [Hem] niet ontnomen zal worden, en Zijn koningschap zal niet te gronde gaan.'' ''(...)'' ''Da 7:27 Maar het koningschap en de heerschappij en de grootheid van de koninkrijken onder heel de hemel zullen gegeven worden aan het volk van de heiligen van de Allerhoogste. Zijn koninkrijk zal een eeuwig koninkrijk zijn, en alles wat heerschappij heeft, zal Hem <u>eren</u> en gehoorzamen.'' ''(HSV)''</blockquote>De uitdrukking "met de wolken van de hemel" wordt in het Oude Testament alleen gebruikt voor een goddelijk wezen. Het hebreeuwse werkwoord ''pelach'' in de verzen 14 en 27 vertaald door 'vereren' en 'eren' verwijst in de Bijbels Aramees altijd naar goddelijke verering, d.i. aanbidding gericht op God of goden. Het werkwoord komt 8x voor in Daniël. De Mensenzoon is een goddelijke figuur<ref>Dat is ook betoogd door Markus Zehnder, hoogleraar Oude Testament aan de Evangelische Theologische Faculteit in Leuven, in zijn openingsrede van het academisch jaar 2013-2014. Aan zijn toespraak zijn de beide argumenten voor de goddelijke status van de Mensenzoon ontleend. Bron: Nieuwsbrief van de Ev. Theol. Fac., november-december 2013.</ref>.
 
 
==Gevreesd==
Onze eerbiedige vrees geldt God (zie [[Vreze Gods]]), ze geldt ook onze Heer Jezus Christus. <blockquote>''1Pe 2:17  Eert allen, hebt de broederschap lief, vreest God, eert de koning.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''2Co 7:1 Daar wij dan deze beloften hebben, geliefden, laten wij onszelf reinigen van alle bevlekking van het vlees en van de geest, en de heiligheid volbrengen in de vrees van God.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Efe 5:21 en weest elkaar onderdanig in de vrees van Christus.'' (Telos)</blockquote>Als zij God en de Heer Jezus gelijkerwijs te vrezen zijn, zijn zij dan niet gelijk? Men kan tegenwerpen dat we vermaand worden God en de koning te vrezen, maar dat hieruit niet volgt dat zij gelijk zijn: <blockquote>''Spr 24:21 Mijn zoon! vrees den HEERE en de koning (SV)''</blockquote>Onze Heer Jezus is inderdaad een koning, doch Hij is 'de koning der koningen', 'de heer der heren', d.w.z. de allerhoogste koning. Maar ook God is de allerhoogste koning. De Heer Jezus deelt in de hoogheid, de majesteit, het koningschap van God de Vader. En daarom wijst de bevolen gemoedshouding 'de vrees van Christus' op een gelijkheid van de Zoon aan de God de Vader, die eveneens te vrezen is.
Regel 183 ⟶ 201:
 
==Kwestie==
Vooral in de vroege kerk is veel over de Godheid van Jezus Christus getwist. Het zogenaamde [[Arianisme]] (afkomstig van ouderling Arius te Alexandrië) verwerpt de gedachte dat Jezus even Goddelijk wasis als God de Vader. In het eerste concilie, gehouden te Nicea in 325, hakt de Romeinse christelijke keizer Constantijn de knoop door: Jezus is de Zoon van God en ook God zelf. Hier wordt eigenlijk de Drie-Eenheid van God bepaaldvastgesteld. Later kwam het Arianisme toch weer op en werd het in 381, onder Theodosius' regering, in Constantinopel onderdrukt.
 
In onze tijd komt weer een vorm van Arianisme op, bij mensen die zeggen dat Jezus niet evenveel God is als Jahweh. Ook geloven velen dat de Heilige Geest minder is dan God. Veel mensen geloven wel dat Jezus geleefd heeft en dat Hij een wijs leraar was, maar niet dat Hij God was. Daartegenover stelde C.S. Lewis: ''"Ik probeer hier te voorkomen dat iemand de werkelijk dwaze uitspraak doet die mensen vaak over Hem doen: 'Ik ben bereid om Jezus te accepteren als een groots moreel leraar, maar ik accepteer niet zijn claim dat Hij God is'. Dat is de éne uitspraak die we niet kunnen doen. Een man die niets meer was dan dat, een man, maar die het soort dingen zei die Jezus zei zou geen groots moreel leraar zijn. Hij zou ofwel een gek zijn - op het niveau van de man die beweert een gekookt ei te zijn - ofwel de Duivel van de Hel. Je moet een keuze maken. Of deze man was, en is, de Zoon van God; of hij was een gek of iets ergers. Je kan Hem opsluiten als een idioot, je kan naar Hem spugen en Hem als een demon opsluiten; of je kan aan zijn voeten neervallen en Hem Heer en God noemen. Maar laten we niet beginnen met die neerbuigende onzin over wat een groots menselijk leermeester Hij was. Hij heeft die optie niet aan ons opengelaten. Dat was niet zijn bedoeling."''<ref>Uit: ''Onversneden Christendom,'' oorspr. Eng. ''Mere Christianity''</ref>
Regel 199 ⟶ 217:
==Zie ook==
 
*[[Drie-eenheid]] | [[De Engel van Jahweh]]
 
==Bronnen==