Hagar: verschil tussen versies

357 bytes verwijderd ,  7 jaar geleden
geen bewerkingssamenvatting
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Hagar''' was een Egyptische dienstmaagd van [http://www.christipedia.nl/Artikelen/S/Sara Sara] en moeder van [http://www.christipedia.nl/Artikelen/I/Ismael I...')
 
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Hagar''' was een Egyptische dienstmaagd van [http://www.christipedia.nl/Artikelen/S/Sara [Sara]] en moeder van [http://www.christipedia.nl/Artikelen/I/Ismael [Ismaël]]. Zie Ge 16:1-16; 21:9-20; 25:12.
 
Haar naam betekent ‘vluchteling’ naar het Arabisch<ref>S.J. van Ronkel, ''Woordenboek der eigennamen'' (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Hagar. Van Ronkel was destijds hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëedigd vertaler. Het ''Hebreeuws-Nederlands Lexicon'', onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia, heeft "vlucht".</ref>.
 
Sara was onvruchtbaar en gaf haar slavin aan [http://www.christipedia.nl/Artikelen/A/Abraham [Abram]], opdat hij nageslacht kon verwekken, want God had beloofd dat Abram een talrijk nageslacht zou krijgen. Toen Hagar zwanger werd, verachtte ze haar (kinderloze) meesteres. Toen ze door Sara echter hard werd aangepakt en vernederd, vluchtte ze, in de richting van Egypte.
 
Maar "de [http://www.christipedia.nl/Artikelen/E/Engel [Engel]] van de HEERE vond haar bij een waterbron in de woestijn, bij de bron aan de weg naar Sur.” (Gen. 16:7).
[[Bestand:Abraham in Kanaan (Access Foundation).jpg|gecentreerd|miniatuur|1024x1024px|''De woestijn Sur (Eng. 'wilderness of Shur') en de plaats waar de Engel Hagar vond (Eng. "Beer-lahai-roi").'']]
 
De Engel vraagt haar, beveelt haar en belooft haar.<blockquote>''Ge 16:7  De Engel van de HEERE vond haar bij een waterbron in de woestijn, bij de bron aan de weg naar Sur. Ge 16:8 En Hij zei: Hagar, slavin van Sarai! Waar komt u vandaan en waar gaat u heen? Zij zei: Ik ben op de vlucht voor mijn meesteres Sarai. Ge 16:9 Toen zei de Engel van de HEERE tegen haar: Keer terug naar uw meesteres, en onderwerp u aan haar gezag. Ge 16:10  Verder zei de Engel van de HEERE tegen haar: Ik zal uw nageslacht zeer talrijk maken, zodat het vanwege de menigte niet geteld kan worden. Ge 16:11 Ook zei de Engel van de HEERE tegen haar: Zie, u bent zwanger; u zult een zoon baren en u moet hem de naam Ismaël geven, omdat de HEERE uw verdrukking gehoord heeft. Ge 16:12 En hij zal zijn een wilde ezel [van een] mens; zijn hand zal tegen allen zijn, en de hand van allen tegen hem; en hij zal wonen tegenover al zijn broeders.'' (HSV)</blockquote>'''Ismaël'''
 
De Engel openbaart Hagar dat ze een ''zoon'' zal baren. Ze moet hem ''Ismaël'' noemen, wat 'God hoort' betekent. Over Ismaël, zie verder bij art. [http://www.christipedia.nl/Artikelen/I/Ismael [Ismaël]].
 
'''<nowiki/>'U, God des aanziens''''
Regel 18:
'''Lachai-Roi'''
 
De waterbron, waar de Engel van Jahweh haar had gevonden, in de woestijn, op de weg van Sur, gaf men de naam ''Lachai-Roï'' = ‘de Levende Die naar mij omziet’. De put ligt tussen [http://www.christipedia.nl/Artikelen/K/Kades%2C_Kades-Barnea [Kades]] en [http://www.christipedia.nl/Artikelen/B/Bered [Bered]] (Gen. 16:7).
 
'''Met Ismaël weggestuurd'''
Regel 28:
'''Zinnebeeld'''
 
Een [http://www.christipedia.nl/Artikelen/Z/[Zinnebeeld |zinnebeeldige]] verklaring van bovenstaande geschiedenis geeft Gal. 4:24-31. Hagar komt overeen met het verbond van de wet en met Jeruzalem dat toen in slavernij was. Sara komt overeen met het verbond van de belofte en met het Jeruzalem hierboven, die vrij is. De conclusie met betrekking tot de gelovige is: "Zo dan, broeders, wij zijn niet de kinderen van de slavin, maar van de vrije." De gelovige is niet onder de wet, noch naar het vlees, maar is vrij, onder de genade. De gelovigen zijn het zaad van Abraham naar de belofte, ze zijn van Christus, door wie het evangelie en de zegeningen van het nieuwe verbond zijn gekomen. Zij horen bij de stad van God, het Jeruzalem hierboven, dat vrij is.
 
== Bron ==