Herodes Agrippa I: verschil tussen versies

58 bytes toegevoegd ,  6 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Herodes Agrippa I''' (10 v.Chr.–44 n.Chr.), ook genoemd Agrippa de Oudere, verwierf in 37 de koningstitel en trad van 41 tot 44 na Chr. op als koning van J...')
 
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Herodes Agrippa I''' (10 v.Chr.–44 n.Chr.), ook genoemd Agrippa de Oudere, verwierf in 37 de koningstitel en trad van 41 tot 44 na Chr. op als koning van [[Judea]] en [[Samaria (landstreek)|Samaria]]. Hij was een kleinzoon van Herodes I ([[Herodes de Grote]]), een neef van [[Herodes Antipas]] en een broer van Herodias. Hij liet Jacobus doden en [[Petrus]] gevangen nemen. We lezen over hem in Hand. 12:1-23. 
[[Bestand:Agrippa I face.jpg|links|miniatuur|Beeltenis van Herodes Agrippa I op een munt]]Hij was een kleinzoon van [[Herodes de Grote]], een neef van [[Herodes Antipas]] en een broer van [[Herodias]]. Hij huwde met Cypros (Kypros).
{{Stamboom Herodes Agrippa I}}
Hij was koning over delen van het rijk van [[Herodes Ide Grote]] en vanaf 41 over het gehele grondgebied. Herodes Agrippa I wendde zijn invloed aan ten gunste van de verkiezing van [[Claudius I|Claudius]] tot keizer van het [[Romeinse Rijk|Romeinse rijk]]. Claudius besteeg de troon op 24 juni van het jaar 41 en beloonde de inspanningen van Agrippa door aan diens gebied toe te voegen Judea, Samaria en enige delen van Libanon. 
[[Bestand:Herodes Agrippa I koninkrijk.jpg|geen|miniatuur|1281x1281px|''Koninkrijk van Herodes Agrippa I. '']]
Hij wordt met de naam "Herodes" genoemd in het Bijbelboek [[Handelingen van de Apostelen|Handelingen]]. Hij deed de gemeente in [[Jeruzalem]] kwaad, doodde de apostel Jakobus, de broer van [[Johannes (apostel)|Johannes]], en liet de apostel [[Petrus]] gevangen nemen. <blockquote>''Hnd 12:1 Omstreeks die tijd nu sloeg koning Herodes de handen aan sommigen van de gemeente om hun kwaad te doen; Hnd 12:2 en hij doodde Jakobus, de broer van Johannes, met het zwaard. Hnd 12:3 Toen hij nu zag dat het de Joden welgevallig was, ging hij verder door ook Petrus gevangen te nemen (het waren nu de dagen van de ongezuurde broden), Hnd 12:4 die hij ook, na hem te hebben gegrepen, in de gevangenis zette en overleverde aan vier viertallen soldaten om hem te bewaken, daar hij hem na het pascha voor het volk wilde brengen.'' (TELOS)</blockquote>