Jeremia 46: verschil tussen versies

3.670 bytes toegevoegd ,  1 jaar geleden
k
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Jeremia commentaar}} ==2== Jer 46:2 Tegen Egypte; tegen het heir van Farao Necho, koning van Egypte, dat aan de rivier Frath, bij Karchemis was, dat Nebukadrezar, de koning van Babel, sloeg, in het vierde jaar van Jojakim, den zoon van Josia, den koning van Juda. (SV)')
 
Regel 1:
{{Jeremia commentaar}}
 
== Samenvatting ==
Profetieën tegen Egypte. Belofte van Israëls terugkeer. 1-12 De eerste Godspraak tegen Egypte: De Egyptenaars worden ten strijde geroepen; zij slaan op de vlucht en vallen aan den Eufraat. God wreekt zich op Egypte. 13-26 De tweede Godspraak tegen Egypte: het oppermachtige Babylonische leger van Nebukadnezar komt eraan en Egypte krijgt de geduchte vijand op de hals. De hoofdstad Nof wordt en God levert Egypte’s goden en koningen, en wie op de Farao vertrouwen, aan Nebukadnezar over. 27-28 Gods dienaar, Israël, vreze niet: hij zal, naar billijkheid gekastijd, uit de ballingschap terugkeren en rust genieten.
 
==2==
Jer 46:<onlyinclude><sup>2 </sup> Tegen Egypte; tegen het heir van Farao Necho, koning van Egypte, dat aan de rivier Frath, bij Karchemis was, dat Nebukadrezar, de koning van Babel, sloeg, in het vierde jaar van Jojakim, den zoon van Josia, den koning van Juda. </onlyinclude>(SV)
'''Aan de rivier Frath.''' De rivier [[Eufraat]].
 
'''Bij Karchemis.''' Hier vond ca. 605 een veldslag plaats tussen Babel en Egypte, waarbij het leger van farao Necho werd verslagen door het Babylonische leger onder bevel van kroonprins Nebukadnezar. Zie [[7e eeuw voor Chr.#605|605 v.C.]]
 
'''In het vierde jaar van Jojakim.''' Dat is ca. 605 v.C.
{{Tijdbalk Israël 650-600 v.C.}}
 
== 7 ==
<onlyinclude><sup>7</sup> Wie is deze, [die] optrekt als een stroom, wiens wateren zich bewegen als de rivieren? </onlyinclude>(SV)
Het oprukkende Egyptische leger wordt vergeleken met een grote stroom water, met een [[tsunami]] (vers 8). Het wordt echter verslagen bij de grote waterstroom Eufraat.
 
== 9 ==
<onlyinclude><sup>9</sup> Trekt op, gij paarden! en raast, gij wagens! en laat de helden uittrekken: de Moren, en de Puteërs, die het schild handelen, en de Ludieten, die den boog handelen [en] spannen. </onlyinclude>(SV)
'''Moren... Puteers ... Ludieten.''' Egypte's Afrikaanse hulptroepen, huurtroepen, die deel uitmaakten van het leger onder leiding van farao Necho. Puteërs zijn Libiërs, zie [[Put]]. De Ludieten zijn een Afrikaans volksstam, zie Ludieten
 
== 10 ==
<onlyinclude><sup>10</sup> Maar deze dag is des HEEREN, des HEEREN der heirscharen, een dag der wraak, dat Hij zich wreekt op Zijn tegenstanders, en het zwaard zal vreten, en verzadigd, en dronken worden van hun bloed; want de Heere, HEERE der heirscharen, heeft een slachtoffer in het land van het noorden, aan de rivier Frath. </onlyinclude>(CP<ref name=":0">Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling. </ref>)
'''Dat Hij zich wreekt op Zijn tegenstanders.''' Misschien wreekt Hij ook de dood van Josia, die vier jaar eerder omkwam te Megiddo.
 
== 13 ==
<onlyinclude><sup>13</sup> Het woord, dat de HEERE tot de profeet Jeremia sprak, van de aankomst van Nebukadnezar, de koning van Babel, om Egypteland te slaan. </onlyinclude>(CP<ref name=":0" />)
'''De aankomst van Nebukadnezar, de koning van Babel, om Egypteland te slaan.''' Deze woorden hebben, gezien het voorafgaande gedeelte over de slag bij Karchemis, waarschijnlijk betrekking heeft op de achtervolging van het Egyptische leger door Nebukadnezar, toen hij dit leger tot aan de grensplaatsen van hun eigen land achternazat.
 
== 16 ==
<onlyinclude><sup>16</sup> Hij maakte der struikelenden veel; ja, de een viel op de ander; zodat zij zeiden: Staat op en laat ons terugkeren tot ons volk, en tot het land van onze geboorte, vanwege het verdrukkende zwaard. </onlyinclude>(CP<ref name=":0" />)
'''Hij maakte.''' God maakte.
 
'''Staat op en laat ons terugkeren.''' Dat kunnen de Egyptenaren of de Afrikaanse huurlingen bij Karchemis hebben gezegd, gelet op vs. 18 dat spreekt van de aankomende Babylonische krijgsmacht.
 
'''Het verdrukkende zwaard.''' Van de Babyloniërs.
 
== Bron ==
''Leidsche Vertaling (1914)''. Tekst van de samenvatting van Jer. 46 is onder wijziging verwerkt op 13 dec. 2022.
 
== Voetnoot ==