Jesaja (boek)/Hoofdstuk 49: verschil tussen versies

3.201 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(5 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
{{Commentaar hoofdstuk}}
 
== Samenvatting ==
Christus verkondigt alle volkeren zijn roeping, met beschrijving van zijn aanvankelijk vergeefse arbeid voor Israël (1-5). God heeft hem echter niet alleen tot heil van Israël gesteld, maar hem ook bestemd om Gods heil te zijn tot aan het einde der aarde, terwijl hij de verachte Messias zal verheerlijken (6-13). God zal Israël niet vergeten, maar de verstrooiden verlossen en terugbrengen. God zal Israël tot ere brengen en alle vlees zal gewaarworden dat God de Heiland van Israël is. (14-26).
 
== Jes. 49:1 ==
Jes 49:1 Hoort naar Mij, gij kustlanden! en luistert toe, gij volken van verre! De HEERE heeft Mij geroepen van de buik af, van dehet schootingewand van mijn moeder aanaf heeft Hij Mijn Naam vermeld. (CP<ref name=":0">Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling. </ref>)
'''Kustlanden ... volken van verre!.''' Hier worden heidenvolken aangesproken.
 
'''De HEERE heeft Mij geroepen van de buik af.''' Zie vers 5.
 
'''Ingewand.''' Het Hebreeuwse woord, dat 32x in het Oude Testament voorkomt, wordt door de Statenvertaling 21x vertaald met 'ingewand', 5x met 'ingewanden'. De NBG51-vertaling heeft 12x 'binnenste', 5x 'ingewanden' en 3x 'ingewand'.
'''Van de schoot van mijn moeder aan heeft Hij mijn naam vermeld.''' Wat de Heer Jezus betreft, zijn naam werd al vermeld, door een engel ten aanhoren van Maria (Luk. 1:31), voordat hij in de moederschoot was ontvangen (Luk. 2:21). En een engel noemde de naam van 'Jezus' in een droom van Jozef, toen Maria zwanger bleek te zijn (Matth. 1:21).
 
'''Van dehet schootingewand van mijn moeder aanaf heeft Hij mijn naam vermeld.''' Wat de Heer Jezus betreft, zijn naam werd al vermeld, door een engel ten aanhoren van Maria (Luk. 1:31), voordat hij in de moederschoot was ontvangen (Luk. 2:21). En een engel noemde de naam van 'Jezus' in een droom van Jozef, toen Maria zwanger bleek te zijn (Matth. 1:21).
 
== Jes. 49:2 ==
Regel 25 ⟶ 30:
''Hnd 17:31  omdat Hij een dag heeft bepaald, waarop Hij het aardrijk in gerechtigheid zal oordelen door een man die Hij daartoe heeft bestemd, waarvan Hij aan allen zekerheid heeft gegeven door Hem uit de doden op te wekken.'' (Telos)
 
'''Tot een zuivere pijl gesteld.''' De Heer Jezus wordt hier voorgesteld als een zuivere, d.i. puntige, scherpe pijl. Scherp is ook het zwaard van zijn mond.
 
'''In Zijn pijlkoker heeft Hij Mij verborgen.''' Hij is Gods verborgen wapen. Wanneer God deze pijl afschiet, is de strijd voorbij en de overwinning zeker.
 
Vergelijk:
Wanneer de Heer Jezus verschijnt, verschijnt als aanvoerder van de hemelse legers. Hij komt in de wereld met een hemelse legermacht.
 
''Jes 41:2  Wie heeft van de opgang die rechtvaardige verwekt? heeft hem geroepen op zijn voet? de heidenen voor zijn aangezicht gegeven, en gemaakt, dat hij [over] koningen heerste? heeft ze zijn zwaard gegeven als stof, zijn boog als een voortgedreven stoppel?'' (CP<ref name=":0" />)
 
Wanneer de Heer Jezus verschijnt, verschijnt Hij als aanvoerder van de hemelse legers. Hij komt in de wereld met een hemelse legermacht.
 
''Opb 19:11  En ik zag de hemel geopend, en zie, een wit paard, en Hij die daarop zit, heet Getrouw en Waarachtig, en Hij oordeelt en voert oorlog in gerechtigheid. (...) Opb 19:14  En de legers die in de hemel zijn, volgden Hem op witte paarden, bekleed met wit, rein, fijn linnen. (...) Opb 19:19  En ik zag het beest en de koningen van de aarde en hun legers verzameld om oorlog te voeren tegen Hem die op het paard zat en tegen zijn leger.  (...) Opb 19:21  En de overigen werden gedood met het zwaard dat kwam uit de mond van Hem die op het paard zat, en alle vogels werden verzadigd van hun vlees.'' (Telos)
Regel 47 ⟶ 56:
== Jes. 49:4 ==
Jes 49:4  Doch Ik zei: Tevergeefs heb ik gearbeid, voor niets en vruchteloos heb ik Mijn kracht toegebracht; evenwel, zeker, wat mij toekomt is bij de HEERE, en Mijn werkloon is bij Mijn God. (CP<ref name=":0" />)
'''Tevergeefs heb ik gearbeid, voor niets en vruchteloos heb ik Mijn kracht toegebracht.''' In schijnbare tegenstelling met Jes. 48:17.
 
''Jes 48:17  Alzo zegt de HEERE, uw Verlosser, de Heilige Israëls: Ik ben de HEERE, uw God, Die u leert, wat nut is, Die u leidt op den weg, [dien] gij gaan moet. (SV)''
''Mt 15:24  Hij antwoordde echter en zei: Ik ben alleen gezonden tot de verloren schapen van het huis Israels.'' (Telos)
 
''MtDe 10:6 Heer maarJezus gaatwas veeleergezonden naarom de verloren schapen van hetIsraël huiste Israelsredden en te verzamelen.'' (Telos)
 
''Mt 15:24  Hij antwoordde echter en zei: Ik ben alleen gezonden tot de verloren schapen van het huis IsraelsIsraëls.'' (Telos)
 
''Mt 10:6  maar gaat veeleer naar de verloren schapen van het huis Israëls.'' (Telos)
 
''Mt 23:37  Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt en hen stenigt die tot u zijn gezonden, <u>hoe dikwijls heb Ik</u> uw kinderen <u>willen bijeenverzamelen</u>, zoals een hen haar kuikens bijeenverzamelt onder haar vleugels, <u>en u hebt niet gewild</u>.'' (Telos)
Regel 71 ⟶ 84:
''Mt 23:37  Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt en hen stenigt die tot u zijn gezonden, <u>hoe dikwijls heb Ik</u> uw kinderen <u>willen bijeenverzamelen</u>, zoals een hen haar kuikens bijeenverzamelt onder haar vleugels, <u>en u hebt niet gewild</u>.'' (Telos)
 
'''Nochtans zal Ik verheerlijkt worden in de ogen des HEEREN.''' Terwijl, omgekeerd, God door de Christus verheerlijkt zal worden (vers 3). Dat God hem wil eren, bleek al hieruit, dat God hem deed balsemen en 'bij de rijke in zijn dood' deed komen, in het nieuwe rotsgraf van Jozef van Arimathea.
 
''Jes 53:9  En men heeft Zijn graf bij de goddelozen gesteld, en Hij is bij den rijke in Zijn dood geweest, omdat Hij geen onrecht gedaan heeft, noch bedrog in Zijn mond geweest is.'' (SV)
Regel 93 ⟶ 106:
== Jes. 49:6 ==
Jes 49:6 Verder zeide Hij: Het is te gering, dat Gij Mij een Knecht zoudt zijn, om op te richten de stammen van Jakob, en om weder te brengen de bewaarden in Israël; Ik heb U ook gegeven tot een Licht der heidenen, om Mijn heil te zijn tot aan het einde der aarde. (SV)
'''Een knechtKnecht.''' Zie verzen 3 en 5.
 
'''Om op te richten de stammen van Jakob.''' Die stammen zijn nu vrijwel onzichtbaar, maar eens zullen we weer gezien worden. Denk aan de 144.000 volgelingen van het Lam uit elke stam van Israël (Opb. 7).
Regel 111 ⟶ 124:
'''De verachte ziel, tot Dien, aan Welken het volk een gruwel heeft.''' Dit wordt gezegd van de verachte Nazarener. Een in Israël bekende Jodin, Yochi Brandes, vertelt:
 
''‘Toen ik opgroeide in de Joods-orthodoxe wereld, leerde ik dat Yeshua ‘Yeshu’ is, een afkorting voor 'Moge Zijn naam en herinnering worden uitgewist.’''<ref>Bron: http://www.israeltoday.nl/NewsItem/tabid/381/nid/38300/language/nl-NL/Default.aspx</ref><ref>Zie verder bij [[Joden]].</ref>
 
Had het volk een gruwel aan Jezus, God daarentegen had een welbehagen aan Hem.
 
'''Een knecht van heersers.''' Een knecht of dienaar van toenmalige heersers. Dit betekent waarschijnlijk dat de Messias zich vrijwillig onderwierp aan de menselijke overheid van zijn dagen. Hij was geen oproerkraaier die opriep tot verzet tegen de Romeinse overheerser. Hij betaalde de gebruikelijke tempelbelasting (Matth. 17:27) en oordeelde dat de keizer moest ontvangen wat hem toekwam.
Regel 158 ⟶ 173:
 
'''Hij zal hen aan de springaders der wateren zachtjes leiden.''' Zie aangehaald vers uit Opb. 7:17.
 
== Jes. 49:12 ==
Jes 49:12  Zie, dezen zullen van verre komen; en zie, die van het noorden en van het westen, en genen uit het land van Sinim. (SV)
'''Dezen... die... genen.''' De verstrooide Israëlieten.
 
'''Sinim.''' Het land van Chinezen in het uiterste oosten; zie [[Sinim]].
 
== Jes. 49:17 ==
Jes 49:17  Uw zonen zullen zich haasten; [maar] uw verstoorders en uw verwoesters zullen van u uitgaan. (SV)
'''Uw zonen zullen zich haasten.''' Om in het land Israël te komen.
 
'''Uw verstoorders en uw verwoesters zullen van u uitgaan.''' Zie vers 19.
 
== Jes. 49:19 ==
Jes 49:19  Want [in] uw woeste en uw eenzame plaatsen, en uw verstoord land, gewisselijk, nu zult gij benauwd worden van inwoners; en die u verslonden, zullen zich verre van u maken. (Telos)
'''Nu zult u benauwd worden van inwoners.''' Wegens de toestroom van terugkerende Israëlieten. Zie ook vers 20.
 
'''Die u verslonden.''' Zie verzen 17, 18.
 
== Jes. 49:20 ==
Jes 49:20  Nog zullen de kinderen, waarvan gij beroofd waart, zeggen voor uw oren: De plaats is mij te nauw, wijk van mij, dat ik wonen moge. (SV)
'''De plaats is mij te nauw.''' Zie vers 19
 
== Jes. 49:26 ==
Jes 49:26  En Ik zal uw verdrukkers spijzen met hun eigen vlees, en van hun eigen bloed zullen zij dronken worden, als van zoeten wijn; en alle vlees zal gewaar worden, dat Ik, de HEERE, uw Heiland ben, en uw Verlosser, de Machtige Jakobs. (SV)
Vgl.:
 
''Opb 14:20  En de wijnpersbak werd buiten de stad getreden en er kwam bloed uit de wijnpersbak tot aan de tomen van de paarden, zestienhonderd stadiën ver.'' (Telos)
 
== Bronnen ==