Jesaja (boek)/Hoofdstuk 63: verschil tussen versies

1.389 bytes toegevoegd ,  2 jaar geleden
k
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
{{Commentaar hoofdstuk}}
 
== Samenvatting ==
Christus komt van Bozra in Edom. Zijn kleren zijn rood gekleurd door het bloed der volken die Hij in de dag der wraak zonder iemands hulp vertreedt (1-6). De profeet gaat de goedertierenheden van Jahweh, de Vader en Verlosser van de Israëlieten, vermelden. Vermeld worden Gods meeleven, de verlossing uit Egypte, de weerspannigheid van het volk, Gods trouw en leiding. (7-14). De profeet bidt om Gods ontferming, omdat Israël dwaalt (15-19).
 
== 1 ==
Regel 72 ⟶ 75:
 
''Efe 4:30  En bedroeft de Heilige Geest van God niet, met Wie u verzegeld bent tot de dag van de verlossing.'' (Telos)
 
== 12 ==
Jes 63:12  Die de arm van Zijn heerlijkheid heeft doen gaan aan de rechterhand van Mozes; Die de wateren voor hun aangezichten kliefde opdat Hij Zich een eeuwige Naam maakte? (CP<ref name=":0" />)
'''Opdat Hij Zich een eeuwige naam maakte.''' Zie vers 14.
 
== 14 ==
Jes 63:14  Gelijk een beest, [dat] afgaat in de valleien, heeft hun de Geest des HEEREN rust gegeven. Alzo hebt Gij Uw volk geleid, opdat Gij U een heerlijke Naam zoudt maken. (CP<ref name=":0" />)
'''Opdat Gij U een heerlijke Naam zoudt maken.''' Zie vers 12.
 
== 16 ==
Jes 63:16  Gij zijt toch onze Vader, want Abraham weet van ons niet, en Israël kent ons niet; Gij, o HEERE! zijt onze Vader, onze Verlosser van ouds af is Uw Naam. (SV)
'''... weet van ons niet ... kent ons niet.''' Doordat zij zijn overleden en geen bemoeienis meer met het volk op aarde hebben.
 
'''Israël.''' D.i. de aartsvader Jakob, die ook Israël wordt genoemd.
 
== Bron ==