k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 61:
"Het heil is uit de Joden" (Joh. 4:22) en is aan de Joden (en inmiddels ook aan vele heidenvolken) geopenbaard door een broeder naar het vlees, de Jood Jezus Christus.
[[Jezus]] van Nazareth, een nakomeling van koning David, wordt echter over het algemeen door de Joden niet erkend als de [[Messias]] der Joden. Wel wordt hij door een overblijfsel (zie [[Messiasbelijdende Joden]]) en een zeer grote schare van heidenen erkend en gehuldigd als de Verlosser.
Orthodoxe Joden vermijden het uitspreken van Jezus' naam, omdat Hij volgens hen ingaat tegen wat voor Joden heilig is. Ze duiden hem aan met de woorden 'deze man' (Hebr. ''oto Ha'lsch''). Joden vermijden de uitdrukking 'in het jaar... ''na Christus''<nowiki/>' en zeggen in plaats daarvan '''van de gewone jaartelling''<nowiki/>'. Joden die Hem wel als de messias erkennen vormen een kleine minderheid.
De volgende video geeft een indruk van de grote onwetendheid aangaande de Heer Jezus. De Canadees-Israëlische Corey Gil-Shuster vroeg Joodse burgers hoe ze over Israël denken.
|