Jozua (zoon van Nun): verschil tussen versies

8 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 15:
'''Overste in Efraïm.''' Jozua was ook een overste, een hoofd, in de stam van Efraïm (Num. 13: 2-3, 8).
 
'''Verspieder.''' Jozua was een van de twaalf verkenners (verspieders, spionnen) van het land Kanaän. Hij bracht met Kaleb een waarheidsgetrouw verslag van het land naar voren en moedigde Israël om, tegenover de sterke bevolking van Kanaän, op God te vertrouwen (Num. 14:6-10). Daarop dreigde het ongelovige en weerspannige volk Israël hen met stenen te stenigen, maar "''de heerlijkheid van Jahweh verscheen in de tent der samenkomst voor al de kinderen van Israël''" (Num. 14:10). Hij en Kaleb waren de enige mannen die, na de dood van Mozes, om hun Gods vertrouwen zowel de uittocht uit Egypte als de intocht van het volk Israël in het beloofde land beleefden. [[Bestand:Bible primer, Old Testament, for use in the primary department of Sunday schools (1919) (14781737132).jpg|miniatuur|462x462px|Mozes wijdt Jozua tot leider van het volk Israël]]'''Opvolger van Mozes.''' Aan het eind van zijn leven op aarde vroeg Mozes aan Jahweh, 'de God der geesten van alle vlees', om een nieuwe leider aan te stellen (Num. 27:16). <blockquote>''Nu 27:18  Toen zeide de HEERE tot Mozes: Neem tot u Jozua, den zoon van Nun, een man, in wie geest is; en leg uw hand op hem; Nu 27:19  En stel hem voor het aangezicht van Eleazar, de priester, en voor het aangezicht van de hele vergadering; en geef hem bevel voor hun ogen; Nu 27:20  En leg op hem van uw heerlijkheid, opdat zij horen, [te] [weten] de hele vergadering van de kinderen Israëls. Nu 27:21  En hij zal voor het aangezicht van Eleazar, de priester, staan, die voor hem raad vragen zal, naar de wijze van Urim, voor het aangezicht des HEEREN; naar zijn mond zullen zij uitgaan, en naar zijn mond zullen zij ingaan, hij, en al de kinderen Israëls met hem, en de hele vergadering. Nu 27:22  En Mozes deed, gelijk als de HEERE hem geboden had; want hij nam Jozua, en stelde hem voor het aangezicht van Eleazar, de priester, en voor het aangezicht van de hele vergadering.  Nu 27:23  En hij legde zijn handen op hem, en gaf hem bevel; gelijk als de HEERE door de dienst van Mozes gesproken had.'' (CP<ref>Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling. </ref>) </blockquote>Jozua werd benoemd tot opvolger van Mozes, niet als wetgever, maar als leider van de kinderen van Israël. Jozua had ‘geest’<ref>In hem was 'geest'. In de Hebreeuwse grondtekst staat niet dat in hem 'de geest' (of 'de Geest') was. </ref>, en een deel van de eer, de heerlijkheid van Mozes werd op hem gelegd (Num. 27: 18-23; Deut. 1:38; 3:28).
 
<blockquote>''Nu 27:18  Toen zeide de HEERE tot Mozes: Neem tot u Jozua, den zoon van Nun, een man, in wie geest is; en leg uw hand op hem; Nu 27:19  En stel hem voor het aangezicht van Eleazar, de priester, en voor het aangezicht van de hele vergadering; en geef hem bevel voor hun ogen; Nu 27:20  En leg op hem van uw heerlijkheid, opdat zij horen, [te] [weten] de hele vergadering van de kinderen Israëls. Nu 27:21  En hij zal voor het aangezicht van Eleazar, de priester, staan, die voor hem raad vragen zal, naar de wijze van Urim, voor het aangezicht des HEEREN; naar zijn mond zullen zij uitgaan, en naar zijn mond zullen zij ingaan, hij, en al de kinderen Israëls met hem, en de hele vergadering. Nu 27:22  En Mozes deed, gelijk als de HEERE hem geboden had; want hij nam Jozua, en stelde hem voor het aangezicht van Eleazar, de priester, en voor het aangezicht van de hele vergadering.  Nu 27:23  En hij legde zijn handen op hem, en gaf hem bevel; gelijk als de HEERE door de dienst van Mozes gesproken had.'' (CP<ref>Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling. </ref>) </blockquote>
'''Israël doen erven.''' Jozua moest het volk Israël het beloofde land doen erven, in erfelijk bezit doen nemen. <blockquote>''De 31:7  En Mozes riep Jozua, en zeide tot hem voor de ogen van gans Israël: Wees sterk en heb goeden moed, want gij zult met dit volk ingaan in het land dat de HEERE hun vaderen gezworen heeft, hun te zullen geven; en gij zult het hun doen erven.  De 31:8  De HEERE nu is Degene, Die voor uw aangezicht gaat; Die zal met u zijn; Hij zal u niet begeven, noch u verlaten; vrees niet, en ontzet u niet.'' (SV) </blockquote>'''Militaire campagnes in Kanaän.''' Onderstaande kaart geeft de militaire campagnes van Jozua aan.
 
Jozua werd benoemd tot opvolger van Mozes, niet als wetgever, maar als leider van de kinderen van Israël. Jozua had ‘geest’<ref>In hem was 'geest'. In de Hebreeuwse grondtekst staat niet dat in hem 'de geest' (of 'de Geest') was. </ref>, en een deel van de eer, de heerlijkheid van Mozes werd op hem gelegd (Num. 27: 18-23; Deut. 1:38; 3:28).
 
'''Israël doen erven.''' Jozua moest het volk Israël het beloofde land doen erven, in erfelijk bezit doen nemen.
 
'''Israël doen erven.''' Jozua moest het volk Israël het beloofde land doen erven, in erfelijk bezit doen nemen. <blockquote>''De 31:7  En Mozes riep Jozua, en zeide tot hem voor de ogen van gans Israël: Wees sterk en heb goeden moed, want gij zult met dit volk ingaan in het land dat de HEERE hun vaderen gezworen heeft, hun te zullen geven; en gij zult het hun doen erven.  De 31:8  De HEERE nu is Degene, Die voor uw aangezicht gaat; Die zal met u zijn; Hij zal u niet begeven, noch u verlaten; vrees niet, en ontzet u niet.'' (SV) </blockquote>'''Militaire campagnes in Kanaän.''' Onderstaande kaart geeft de militaire campagnes van Jozua aan.
 
'''Militaire campagnes in Kanaän.''' Onderstaande kaart geeft de militaire campagnes van Jozua aan.
 
[[Bestand:Jozua campagnes midden zuiden Kanaan Access-Foundation.jpg|gecentreerd|miniatuur|1424x1424px|alt=|''Kaart: De campagnes van Jozua in het midden en het zuiden van Kanaän'']]