Last: verschil tussen versies

21 bytes toegevoegd ,  4 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
'''Taak, opdracht.''' Jezus zegt in Matth. 11:30 : „mijn last is licht." De Heer bedoelt hetgeen hij zijn discipel opdraagt, oplegt, de dienst aan Hem, geleid door zijn genade. Want Zijn geboden zijn „niet moeilijk en zwaar" (1 Joh. 5: 3). Bij Hem vindt de ziel bovendien rust vindt en is het haar bij Hem wel te moede. Daarom roept Hij tot Zich alle belasten, die onder het juk van de farizeïsche inzettingen zuchten. Maar ook zij die onder de last der zonde, onder de last van de aanklagende en verdoemende wet zuchten en geen rust kunnen vinden. In Luk. 11: 46 noemt hij de farizeïsche inzettingen „ondraaglijke lasten".
 
'''Godsspraak.''' Bij de [[Profeet|profeten]] van het Oude Testament vinden wij ''last'' (Statenvertaling, Herziene Statenvertaling) in de zin van ''dreigende'' ''Godspraak''. (bijv. Jes. 13:1; 14:28; Ezech. 12: 10; Hab. 1: 1).<blockquote>''Jes 14:28  In het jaar, toen de koning Achaz stierf, geschiedde deze last. (SV)''</blockquote>'Kwam deze last', zegt de Herziene Statenvertaling hier. 'Godsspraak' hebben de Leidse vertaling, de vertaling van Obbink, de NBG51-vertaling. De Willibrord-vertaling heeft 'uitspraak', de Naardense vertaling 'draaglast'. <blockquote>''Jes 13:1  De last van Babel, dien Jesaja, de zoon van Amoz, gezien heeft. (SV)''</blockquote>Vergelijk dit laatste vers in twee andere vertalingen:<blockquote>''Jes 13:1  De last over Babel, die Jesaja, de zoon van Amoz, gezien heeft. (HSV)''</blockquote><blockquote>''Jes 13:1  De Godsspraak over Babel, die Jesaja, de zoon van Amoz, aanschouwd heeft. (NBG51)''[[Bestand:Hoogeveen fontein - sculpture 01.JPG|miniatuur|537x537px|Deze fontein en sculptuur in Hoogeveen (Nederland) draagt de naam "Draagt elkanders lasten".]]</blockquote>Jesaja heeft door Gods openbaring een zaak gezien die hij moet verkondigen.
 
Het Hebreeuwse woord in de grondtekst van het Oude Testament is משׂא, ''mas<u>sa</u>'', van het werkwoord אשׂנ,''na<u>sa</u>'' of נסה, ''nas<u>ah</u>.'' Het betekent: 1. last, vervoer, schatting (wat wordt gebracht of gedragen), het (op)heffen; 2. uiting, Godsspraak, opdracht. Het woord komt 66x voor. De Statenvertaling vertaalt door 'last' (60x), 'het opheffen' (3x), 'bezwaarnis' (1x), 'het opgelegde geld' (1x), 'het verlangen'. De NBG51-vertaling heeft 'last' (26x), 'Godsspraak' (20x), 'vervoer' (3x), 'het dragen' (7x), 'dragen' (2x), 'te dragen hebben' (2x), 'invorderen' (1x, Neh. 10:31), 'schatting' (1x), 'uitspraak' (1x, Hos 8,10), 'het verlangen' (1x), 'vermanen' (1x, Spr 31:1), 'vracht' (1x, Neh. 13,19). Het Strongnummer van het woord is 04853.