Lijden van Jezus Christus: verschil tussen versies

8.969 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
Regel 100:
(HSV)
</poem>
</blockquote>Jezus werd ziek, ofschoon hij zondeloos en volmaakt was. Hij droeg onze zonden in zijn lichaam van vlees en bloed en werd door God ziek gemaakt. Zijn lijden ging dieper en verder dan dat van David. God moest hem verlaten (vgl. 38:21) en kwam hem niet te hulp (vgl. 38:22) door hem in die uren van kruislijden te bevrijden. Want door de genade van God over ons moest Jezus voor ons de dood smaken. Hij smaakte zwaar lijden, ziekte, dood.<blockquote>''Heb 2:9 maar wij zien Jezus ... vanwege het lijden van de dood met heerlijkheid en eer gekroond, opdat Hij door de genade van God voor allen de dood smaakte. Heb 2:10 Want het paste Hem, om Wie alle dingen zijn en door Wie alle dingen zijn, dat Hij, om vele zonen tot heerlijkheid te leiden, de overste leidsman van hun behoudenis door lijden volmaakte. (TELOS)''</blockquote>Het behaagde Jahweh hem, die geen kwaad had gedaan (Luk. 23:41) en dus het allerminst de marteldood had verdiend, te verbrijzelen, Hem het allerzwaarste lijden op te leggen. Hij heeft Hem ziek gemaakt, om aan Hem en door Hem, de overste leidsman van onze behoudenis (Hebr. 2:10), Zijn eeuwig raadsbesluit te volvoeren<ref>Karl August Dächsel; F P L C van Lingen; H van Griethuijsen, Antz. et al, ''Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden'' (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Jes 53:10. </ref>.
</blockquote>
 
== Lijden van de dood ==
De Zoon des mensen leed het lijden van een stervende en zijn lijden eindigde in de dood. Het was geen lijden waarvan Hij zichzelf verloste of waarvan Hij Zich liet verlossen, geen lijden met behoud van het leven, geen lijden zoals een patient lijdt en weer herstelt. Hij goot Zijn ziel uit in de dood.<blockquote>''Heb 2:9 maar wij zien Jezus, die een weinig minder dan de engelen gemaakt was vanwege het lijden van de dood met heerlijkheid en eer gekroond, opdat Hij door de genade van God voor alles de dood smaakte.'' (TELOS)</blockquote><blockquote>''Mattheüs 16:21  Van toen af begon Jezus zijn discipelen te tonen dat Hij naar Jeruzalem moest gaan en veel lijden vanwege de oudsten, overpriesters en schriftgeleerden en gedood worden en op de derde dag worden opgewekt.'' (TELOS)</blockquote>
 
== Helse smarten ==
Het lijden van de Heer Jezus heeft trekken van helse smarten. Hoewel Hij niet in de hel is afgedaald, maar in het dodenrijk, heeft Hij wel een voorsmaak van de hel gehad. In meerderlei opzicht. Ten eerste, zoals de goddeloze zich eens in de hel zal bevinden in een toestand van Godverlatenheid, evenzo bevond de mens Jezus van Nazareth zich in een toestand van godverlatenheid toen hij uitriep "Mijn God, Mijn God, waarom hebt U mij verlaten". Hij uitte deze klacht in de uren van duisternis, de laatste drie uur van zijn lijden.
 
Ten tweede, zoals de goddelozen zich eens in de hel zich onder Gods oordeel bevinden, evenzo werd Christus verbrijzeld onder Gods oordeel.
 
Ten derde, zoals de hel een plaats van duisternis is, evenzo werd het in de laatste drie uren van Christus' lijden aan het kruis duister.
 
Ten vierde, zoals de hel een plaats is waar de goddelozen bij satan en diens engelen zullen zijn, zo was Golgotha een plaats waar, gelijk een enkele Schriftplaats schijnt te zeggen, machten van de duisternis Hem omringden.<blockquote>''Ps 22:12 (22:13) Vele stieren hebben mij omringd, sterke stieren van Basan hebben mij omsingeld. Ps 22:13 (22:14) Zij hebben hun muil tegen mij opengesperd [als] een verscheurende en brullende leeuw. (...) Ps 22:21 (22:22) Verlos mij uit de muil van de leeuw en van de horens van de wilde ossen. [Ja,] U hebt mij verhoord.'' (HSV)</blockquote>De bekende Engelse commentator Matthew Henry merkt bij vers 22 op: "Dit schijnt bedoeld te zijn van Satan, de oude vijand, die de verzenen vermorzelde van het zaad van de vrouw, de overste van deze wereld,..."
 
De toestanden van het helse lijden en het lijden van de Heer Jezus komen dus overeen. De opstellers van de Heidelbergse Catechismus spreken van “Zijn onuitsprekelijke benauwdheid, smarten, verschrikking en helse kwelling, in welke Hij in Zijn ganse lijden (maar inzonderheid aan het kruis) gezonken was.” De Heer heeft helse smarten doorleden, bestaande in de volstrekte verlating door Zijn Vader en het ondergaan, gevoelen en doorleven van Gods heilige toorn over de zonde<ref>Zie [http://www.refoweb.nl/vragenrubriek/10986 Wat betekent nedergedaald ter helle]? Refoweb.nl, 27 okt. 2007.</ref>.
 
We kunnen op grond van de Schrift echter niet stellen dat Christus daadwerkelijk in de hel, de strafplaats van de verdoemden, is afgedaald. De oude 'Apostolische geloofsbelijdenis' dat de Heer Jezus "is nedergedaald der helle" kan worden opgevat naar het ruimere begrip van het Middelnederlandse woord ''hel'': dodenrijk, onderwereld. 'Hel' betekent eigenlijk, etymologisch gesproken, 'verborgen rijk', en zodanig is ook de verblijfplaats van de overledenen. In het tegenwoordige Nederlands verwijst 'hel' naar de poel van vuur en zwavel (zie art. [[Hel]] en [[Gehenna]]).
 
== Zijn lijden en dat van anderen ==
Door Zijn lijden heeft de Heiland het lijden van anderen ondervonden. Het lijden van Jozef, die verworpen werd door zijn broeders, is een typische voorstelling van het lijden van Christus. Ook het lijden van David, uitgedrukt bijvoorbeeld in Ps. 22 en 38, is een typische voorstelling van het lijden van Christus. Jozef en David gingen, evenals de Heer Jezus, van lijden tot heerlijkheid.
 
Door Zijn eigen lijden kan hij mede-lijden met de lijders. Hij maakt zich één met de lijders.
 
Het lijden dat anderen overkwam en overkomt, is de Heiland wedervaren. In al hun benauwdheid was Hij benauwd.<blockquote>''Jes 63:7 Ik zal de goedertierenheden des HEEREN vermelden, den veelvoudigen lof des HEEREN, naar alles, wat de HEERE ons heeft bewezen, en de grote goedigheid aan het huis van Israël, die Hij hun bewezen heeft, naar Zijn barmhartigheden, en naar de veelheid Zijner goedertierenheden. Jes 63:8 Want Hij zeide: Zij zijn immers Mijn volk, kinderen, [die] niet liegen zullen? Alzo is Hij hun geworden tot een Heiland. Jes 63:9 In al hun benauwdheid was Hij benauwd, en de Engel Zijns aangezichts heeft hen behouden; door Zijn liefde en door Zijn genade heeft Hij hen verlost; en Hij nam hen op, en Hij droeg hen al de dagen van ouds. (SV)''</blockquote><blockquote>''Heb 2:17 Daarom moest Hij in alles aan zijn broeders gelijk worden, opdat Hij een barmhartig en trouw hogepriester zou zijn in de dingen die God betreffen, om voor de zonden van het volk verzoening te doen. Heb 2:18 Want waarin Hijzelf geleden heeft toen Hij verzocht werd, kan Hij hun die verzocht worden te hulp komen. (TELOS)''</blockquote>In de gelijkenis van de boze landlieden is het de "geliefde Zoon” die het lijden ondergaat dat de vroeger gezonden slaven van de heer van de wijngaard ondergaan hebben. Alle slaven worden geslagen. De tweede slaaf wordt bovendien oneer aangedaan. De derde slaaf wordt verwondt en uitgeworpen. De “geliefde Zoon” ondergaat al deze dingen: hij werd geslagen, ontving oneer, hij werd verwondt en buiten geworpen. Hij werd bovendien gedood, het ergste voorval in de gelijkenis.<blockquote>''Lu 20:9 Hij nu begon tot het volk deze gelijkenis te spreken: Iemand plantte een wijngaard en verhuurde hem aan landlieden en ging voor geruime tijd buitenslands. Lu 20:10 En op de bestemde tijd zond hij een slaaf naar de landlieden, opdat zij hem van de vrucht van de wijngaard gaven. De landlieden echter sloegen hem en zonden hem met lege handen weg. Lu 20:11 En hij zond nog een andere slaaf; ook die echter sloegen zij en deden hem oneer aan en zonden hem met lege handen weg. Lu 20:12 En hij zond nog een derde; ook die echter verwondden zij en wierpen hem eruit. Lu 20:13 De heer van de wijngaard nu zei: Wat zal ik doen? Ik zal mijn geliefde zoon zenden; wellicht zullen zij die ontzien. Lu 20:14 Toen de landlieden echter hem zagen, overlegden zij onder elkaar en zeiden: Deze is de erfgenaam; laten wij hem doden, opdat de erfenis van ons wordt. Lu 20:15 En zij wierpen hem buiten de wijngaard en doodden hem. Wat zal dan de heer van de wijngaard met hen doen? Lu 20:16 Hij zal komen en deze landlieden ombrengen en de wijngaard aan anderen geven. Toen zij nu dit hoorden, zeiden zij: Dat nooit! Lu 20:17 Hij zag hen echter aan en zei: Wat betekent dan dit, dat geschreven staat: ‘De steen die de bouwlieden hebben verworpen, die is geworden tot een hoeksteen’? (TELOS)''</blockquote>De vervolging van de zijnen trekt de Heiland zichzelf aan. Wie de zijnen vervolgt, vervolgt Hem.<blockquote>''Hnd 9:4 en hij viel op de grond en hoorde een stem die tot hem zei: Saul, Saul, waarom vervolg je Mij? Hnd 9:5 En hij zei: Wie bent U, Heer? En hij zei: Ik ben Jezus, die jij vervolgt. (TELOS)''</blockquote>
 
== Voetnoten ==