Loofhuttenfeest: verschil tussen versies

664 bytes toegevoegd ,  5 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 13:
'''Voor God.''' Het was een feest voor de Here God. Er wordt uitvoerig over het feest gesproken. De Heer vindt er kennelijk vreugde in dat zijn volk gelukkig woont in het beloofde land en zich verheugt in de zegeningen, die Hij hen schenkt. Want de oogst was binnen, de schuren vol. En God wilde dat zijn volk vrolijk zou zijn over al die zegeningen en Hem danken.
 
'''Loof'''. Welk loof werd voor de hutten gebruikt? <blockquote>''Ne 8:15  ... Gaat uit op het gebergte, en haalt takken van <u>olijfbomen</u>, en takken van <u>andere olieachtige bomen</u>, en takken van <u>mirtebomen</u>, en takken van <u>palmbomen</u>, en takken van <u>andere dichte bomen</u>, om loofhutten te maken, als er geschreven is. Ne 8:16  (8-17) Alzo ging het volk uit en haalden ze, en maakten zich loofhutten, een iegelijk op zijn dak, en in hun voorhoven, en in de voorhoven van Gods huis, en op de straat der Waterpoort, en op de straat van Efraïmspoort. (SV)''</blockquote>'''Woning'''. In de dagen van Ezra en Nehemia ''woonde'' het volk in de loofhutten.<blockquote>''Ne 8:17  (8-18) En de ganse gemeente dergenen, die uit de gevangenis waren wedergekomen, maakten loofhutten, en <u>woonden in die loofhutten</u>; want de kinderen Israëls hadden alzo niet gedaan sinds de dagen van Jesua, den zoon van Nun, tot op dezen dag toe; en er was zeer grote blijdschap.'' (SV)</blockquote>'''Rustdagen met samenkomsten.''' De eerste en de achtste dag (de dag na het feest) waren rustdagen, waarop geen dienstwerk mocht worden verricht. Op die dagen waren er heilige samenkomsten.<blockquote>''Nu 29:12  Ook op de vijftiende dag van deze zevende maand moet u een heilige samenkomst houden; geen enkel dienstwerk mag u [dan] doen, maar zeven dagen [lang] moet u voor de HEERE een feest vieren. (HSV) Nu 29:35 Op de achtste dag moet u een bijzondere samenkomst houden; geen enkel dienstwerk mag u [dan] doen. (HSV)''</blockquote>Ten tijde van Ezra en Nehemia werd het loofhuttenfeest na lange tijd weer gehouden. De achtste dag, 'de verbodsdag', werd in acht genomen. <blockquote>''Ne 8:17  (8-18) En de ganse gemeente dergenen, die uit de gevangenis waren wedergekomen, maakten loofhutten, en woonden in die loofhutten; want de kinderen Israëls hadden alzo niet gedaan sinds de dagen van Jesua, den zoon van Nun, tot op dezen dag toe; en er was zeer grote blijdschap. Ne 8:18  (8-19) En men las in het wetboek Gods dag bij dag, van den eersten dag tot den laatsten dag. En zij hielden het feest zeven dagen, en <u>op den achtsten dag den verbodsdag</u>, naar het recht. (SV)''</blockquote>'''Vuuroffers.''' Op elk van de acht dagen moesten bijzondere vuuroffers worden gebracht: brandoffers en hun bijbehorende spijs- en drankoffers, alsook een geitenbok ten zondoffer. De Israëlieten mochten, gezien de ontvangen zegen, niet ledig voor het aangezicht van de Heer verschijnen. Ieder moest iets brengen overeenkomstig de bekomen zegen. De nationale offers waren deze: 
{| class="wikitable"
|