k
→Samenvatting
k (→13) |
k (→Samenvatting) |
||
Regel 2:
== Samenvatting ==
1-8 Jezus vergeeft en geneest een verlamde. 9 Roeping van Mattheüs. 10-13 De vraag van de Farizeeën vragen waarom Jezus met tollenaars en zondaars eet. 14-17 De vraag van de discipelen van Johannes waarom Jezus’ discipelen niet vasten. 18-28 Jezus geneest een chronisch bloedvloeiende vrouw en maakt het gestorven dochtertje van een overste levend. 27-31 Jezus geneest twee blinden. Zij maken hem daarna, tegen Zijn wil, overal bekend. 32-34 Bevrijding van een stomme bezetene, die daarna weer kan spreken. Verklaring door de farizeeën. 35-38 Jezus’ optreden. Zijn ontferming. Grote oogst, weinig arbeiders.
== Vergeving en genezing van een verlamde te Kapernaüm (1-8) ==
|