Melaatsheid: verschil tussen versies

2.595 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 27:
'''Behandeling.''' Lepra is te genezen door een cocktail van antibiotica die gedurende langere tijd dagelijks ingenomen moet worden., in geval van paucibacillaire lepra (PB) 6 maanden, en in geval van multibacillaire lepra (MB) 12 maanden. De medicatie doodt de leprabacteriën en stopt de infectie.<ref name=":1">[https://www.leprastichting.nl/wat-is-lepra/ Wat is lepra?], Leprastichting.nl</ref>
 
'''Zinnebeeld'''. Melaatsheid, walgelijk bij door haar veroorzaakte verminkingen, is in de Bijbel een zinnebeeld van (uitbrekende) zonde. De zonde, gelijk melaatsheid, tast aan, verzwakt, verminkt. Melaatsheid kan iemand blind maken, ook de zonde verduistert onze blik. De zondaar, gelijk de melaatste, verkeert in een onreine toestand.
 
== God en melaatsheid ==
'''Straf van God.''' In sommige gevallen is melaatsheid een straf van God geweest. Aärons zus Mirjam, Elisa's knecht Gehazi en de Judese koning AmaziaAzaria werden geslagen met melaatsheid als een direct oordeel van God. Mirjam werd later in genade genezen. In het geval van Gehazi zou de ziekte ook in zijn nageslacht komen. Koning Azaria (= [[Uzzia]]), sterk geworden, werd hoogmoedig en wilde een priesterdienst verrichten, waarom hij door God met melaatsheid werd gestraft. <blockquote>
''2Kon 15:5  En de HEERE trof de koning, zodat hij melaats werd tot de dag van zijn dood. Hij woonde in een apart staand huis. Maar Jotham, de zoon van de koning, [had de leiding] over het huis en gaf leiding aan de bevolking van het land.'' (HSV)</blockquote>
 
'''Genezing.''' God is bij machte een melaatse wonderdadig te genezen, zoals we zien in het geval van Naäman de Syriër, en in de vele melaatsen die de Heer Jezus, de knecht van Jahweh, genas toen hij op aarde was.
 
'''Wet van de melaatsheid.''' Aan het volk Israël had God de ''wet van de melaatsheid'' gegeven. Lev. 13 en 14 behandelen de manier waarop melaatsheid (in ruime zin) door de priesters, die in de dienst van God stonden, zou worden ontdekt en behandeld. Wij lezen onder meer:
 
<blockquote>''Le 13:45  De kleren van de melaatse bij wie de ziekte is [vastgesteld], moeten ingescheurd worden, zijn hoofd[haar] moet hij los laten hangen, hij moet zijn baard en snor bedekken en hij moet roepen: Onrein, onrein!'' (HSV)</blockquote>De roep "Onrein, onrein!" was een waarschuwing voor de reinen, opdat dezen afstand zouden houden en zodoende niet besmet zouden worden. De melaatse koning Azaria (= [[Uzzia]]) woonde in een apart staand huis. Toen tien melaatsen de Heiland ontmoetten, bleven zij op afstand staan.<blockquote>''Lu 17:12  En toen Hij in een dorp kwam, ontmoetten Hem tien melaatse mannen, die op een afstand bleven staan;'' (Telos)</blockquote>
Aan het volk Israël had God de ''wet van de melaatse'' gegeven (Lev. 14).
 
Opmerkelijk is de Goddelijke aanwijzing in Lev. 13:12-13. <blockquote>''Le 13:12  Maar als de melaatsheid op de huid helemaal uitbreekt en de melaatsheid heel de huid van de aangetaste bedekt, van zijn hoofd tot zijn voeten, zover de ogen van de priester kunnen zien, Le 13:13  en de priester heeft gezien dat-zie! -de melaatsheid zijn hele lichaam bedekt heeft, dan zal hij de aangetaste rein verklaren. Hij is helemaal wit geworden, hij is rein.'' (HSV)</blockquote>De instructie hier, hoewel schijnbaar tegenstrijdig, is veelzeggend: als de melaatsheid de hele huid bedekt, moet de priester de man rein verklaren. Typologisch gezien: de zonde is aan het licht gekomen en oprecht beleden.
<blockquote>''Le 13:45  De kleren van de melaatse bij wie de ziekte is [vastgesteld], moeten ingescheurd worden, zijn hoofd[haar] moet hij los laten hangen, hij moet zijn baard en snor bedekken en hij moet roepen: Onrein, onrein!'' (HSV)</blockquote>De roep "Onrein, onrein!" was een waarschuwing voor de reinen, opdat dezen afstand zouden houden en zodoende niet besmet zouden worden. Toen tien melaatsen de Heiland ontmoetten, bleven zij op afstand staan.<blockquote>''Lu 17:12  En toen Hij in een dorp kwam, ontmoetten Hem tien melaatse mannen, die op een afstand bleven staan;'' (Telos)</blockquote>
 
Wanneer een melaatse genezen was, moest hij een reinigingsritueel ondergaan. Een deel van het ritueel is in de prent hieronder afgebeeld.
[[Bestand:Melaatse op de dag van zijn reiniging.jpeg|koppeling=https://christipedia.miraheze.org/wiki/Bestand:Melaatse%20op%20de%20dag%20van%20zijn%20reiniging.jpeg|alt=|geen|miniatuur|852x852px|Op deze prent wordt een melaatse - de halfnaakte man in het midden, met de gekruiste armen - in het bijzijn van toeschouwers gereinigd volgens de reinigingswet die God aan Mozes had voorgeschreven (Lev. 14:1-7). Het reinigingsritueel wordt uitgevoerd met behulp van twee vogels. Een vogel wordt geslacht boven een vat waarin vervolgens het bloed valt. De andere vogel is in deze pot met bloed gedoopt en wordt op de achtergrond vervolgens vrijgelaten om de onreinheid weg te kunnen dragen. De gevlogen vogel staat symbool voor ontkoming, uitredding, ontsnapping aan de dood. De man links van de melaatse houdt een hysoptak en de beker met vogelbloed vast. Met het bloed zal de melaatse besprenkeld zal worden om hem volledig te reinigen.
 
''Le 14:7  En hij zal over hem, die van de melaatsheid te reinigen is, zevenmaal sprengen; daarna zal hij hem rein verklaren, en den levenden vogel in het open veld vliegen laten.'' (SV)]]Behalve met betrekking tot de melaatsheid van een mens gaf God ook wetten met betrekking tot melaatsheid aan een kledingstuk en aan een huis. Sommigen verklaren de melaatsheid aan een kledingstuk [[Typologie|typologisch]] als de zonde in iemands omgeving, die moet worden gereinigd of tenietgedaan en de melaatsheid aan een huis als verschijnsel van zonde in een christelijke gemeente, die moet worden verwijderd, of de gemeente moet worden ontbonden. Heiligheid betaamt Gods huis.
 
Koning Azaria (= [[Uzzia]]), sterk geworden, werd hoogmoedig en wilde een priesterdienst verrichten, waarom hij door God met melaatsheid werd gestraft.<blockquote>
''2Kon 15:5  En de HEERE trof de koning, zodat hij melaats werd tot de dag van zijn dood. Hij woonde in een apart staand huis. Maar Jotham, de zoon van de koning, [had de leiding] over het huis en gaf leiding aan de bevolking van het land.'' (HSV)</blockquote>
 
== Jezus en melaatsen ==
Regel 58 ⟶ 61:
Zij werden genezen toen zij deden wat Hij zei: heengaan en zich aan de priesters vertonen. Eén kwam terug om eerst de Weldoener te bedanken.
 
In de geschiedenis van Lazarus en de rijke man vertelt Jezus van een man genaamd Lazarus, die vol zweren was en aan de voorpoort van het huis van de rijke lag. <blockquote>''Lu 16:20  Nu lag er ook een arme, genaamd Lazarus, aan zijn voorpoort, vol zweren,  Lu 16:21  begerig zich te verzadigen met wat van de tafel van de rijke viel; maar zelfs de honden kwamen zijn zweren likken.'' (Telos) </blockquote>Lazarus kan een melaatse zijn geweest, hoewel het er niet uitdrukkelijk staat.
In Bethanië woonde een Simon bijgenaamd 'de melaatse'. In zijn huis lag Jezus aan, samen met [[Lazarus van Bethanië|Lazarus]]. Daar werd de Heer gezalfd door Maria (Mark. 14:3; Joh. 12:2).
 
In Bethanië woonde een Simon bijgenaamd 'de melaatse'. In zijn huis lag Jezus aan, samen met [[Lazarus van Bethanië|Lazarus]]. Daar werd de Heer gezalfd door Maria (Mark. 14:3; Joh. 12:2). Wellicht was ook die Simon door Jezus genezen van melaatsheid.
 
== Meer informatie ==
Regel 70 ⟶ 75:
 
[https://www.leprastichting.nl/wat-is-lepra/ Wat is lepra?], Leprastichting.nl
 
''A New and Concise Bible Dictionary'' (George Morris, 1899) s.v. Leprosy. Tekst hiervan is vertaald en onder wijziging verwerkt op 6 okt. 2020.
 
== Voetnoot ==