Politiek: verschil tussen versies

1.440 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
k
Regel 9:
Er zijn '''christelijke''' en '''niet-christelijke''' partijen. Van christelijke beginselen gaan uit (anno 2012): Christen Democratisch Appèl (CDA), Christenunie (CU) en Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP). De niet-christelijke partijen in de Tweede Kamer zijn (anno 2012):  Socialistische Partij (SP), Partij van de Arbeid (PvdA), Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD), Partij voor de Vrijheid (PVV), Democraten 66 (D66), Groenlinks, Partij voor de Dieren. De niet-christelijke politieke partijen in de Nederlandse Tweede Kamer zijn alle humanistische partijen, die niet God maar de autonome mens in het middelpunt stellen. Partijen als de SP, PvdA en VVD zijn vóór abortus en het homohuwelijk.
 
Ook kan men partijen onderscheiden naar '<nowiki/>'''links'''<nowiki/>' of ''''rechts'''<nowiki/>'.  ‘Rechts’ staat voor de eigen verantwoordelijkheid en het eigenbelang van individuen; daarom willen rechtse partijen  zo min mogelijk staatsbemoeienis en zo laag mogelijke belastingen. ‘Links’ staat voor het opkomen voor de zwakken in de samenleving en pleit daartoe voor een bijna almachtige staat en kiest voor relatief hoge belastingen. Het CDA is centrumrechts, de CU is centrumlinks en de SGP wordt 'rechts' genoemd. De VVD isen de PVV zijn rechts, de SP, enPvdA, deD66 PvdAen GroenLinks zijn links.
 
Ten derde wordt wel onderscheid gemaakt tussen '<nowiki/>'''progressief'''<nowiki/>' (vooruitstrevend, veranderend, vernieuwend) en ''''conservatief'''<nowiki/>' (behoudend). D66 is een progressieve partij. De PVV is een conservatieve partij. De christelijke partijen CU, CDA en SGP gelden in de ontkerstenende Nederlandse maatschappij als conservatief, CU het minst, SGP het meest.
Regel 58:
 
=== ChristenUnie ===
De CU (ChristenUnie) is in 2002 ontstaan uit de fusie van GPV (Gereformeerd Politiek Verbond) en RPF (Reformatorisch Politieke Federatie)., Deeen partijvoortzetting onderscheidtvan zich door haar sociale gezicht, ze is 'de christelijk-sociale partij' (2012ARP). DeGPV partijen heeftRPF oogdachten voorsterk dein belangentermen van jeugdhet encultuurmandaat, gezin.de Zijopdracht vindtom hetde menselijkaarde levente beschermwaardigbouwen en iste daarom tegen abortusbewaren. ZijChristenpolitici is tegen het homohuwelijk. Homoseksuelen kunnen wel namens de partijhebben een politieke functie vervullen. De CU is voor Israël en voor de vrijheidopdracht van onderwijsGod (dedie mogelijkheidze vanmoeten christelijkuitvoeren. onderwijs).
 
De partij onderscheidt zich door haar sociale gezicht, ze is 'de christelijk-sociale partij' (2012). Zij is overwegend 'links' op sociaaleconomisch terrein en ten aanzien van milieu, ecologie en dierenwelzijn. Ze staat programmatisch links van het CDA.
 
'''Godsdienstvrijheid.''' De CU staat principieel gunstig tegenover godsdienstvrijheid.
 
De partij heeft oog voor de belangen van jeugd en gezin. Zij vindt het menselijk leven beschermwaardig en is daarom tegen abortus. Zij is tegen het homohuwelijk. Homoseksuelen kunnen wel namens de partij een politieke functie vervullen. De CU is voor Israël en voor de vrijheid van onderwijs (de mogelijkheid van christelijk onderwijs).
 
De ChristenUnie geeft (anno 2017) meer dan de SGP prioriteit aan duurzaamheid, zij wil in één generatie klimaatneutraal worden.
Regel 67 ⟶ 73:
 
=== SGP ===
De SGP (Staatkundig Gereformeerde Partij), de kleinste van de drie partijen, onderscheidt zich (anno 2012) door haar duidelijke christelijke belijdenis, haar standpunt t.a.v. vrouwen (geen regeerambt) en haar theocratische staatsbeschouwing. DeZij SGPis wiloverwegend het'rechts' levengeorienteerd. enOp hetsociaaleconomisch gezinterrein beschermenis enzij devoor een palliatieverechts zorggeoriënteerd versterkenbeleid. DeIn partijde SGP is daaromhet tegenmensbeeld euthanasie,pessimistischer hulpdan bij zelfdoding, abortus. Zij is tegende homoseksualiteitCU en tegen het homohuwelijk,CDA. adoptieDat doorleidt homoparenook entot prostitutie.een Zijkritischer ishouding voortegenover de vrijheid van onderwijs (de mogelijkheid van christelijk onderwijs)staat.
 
'''Godsdienstvrijheid.''' De SGP heeft een theocratische visie en staat in de kern afwijzend tegenover de gelijke behandeling van godsdiensten. "De SGP heeft meer oog voor de duistere kant van het moslimgeloof en doorziet beter [dan de CU] dat er sprake is van een geestelijke strijd.", aldus een hoogleraar in de geschiedenis van het neocalvinisme.<ref>[http://www.rd.nl/vandaag/politiek/cu-links-sgp-rechts-1.243569 CU links; SGP rechts], RD.nl, 18 sept. 2010. Citaat is van Prof. dr. G. Harinck, hoogleraar collectievorming en geschiedenis van het neocalvinisme aan de Vrije Universiteit</ref>
 
De SGP wil het leven en het gezin beschermen en de palliatieve zorg versterken. De partij is daarom tegen euthanasie, hulp bij zelfdoding, abortus. Zij is tegen homoseksualiteit en tegen het homohuwelijk, adoptie door homoparen en prostitutie. Zij is voor de vrijheid van onderwijs (de mogelijkheid van christelijk onderwijs).
 
'''Immigratie en integratie.''' De SGP staat voor een ruimhartig asielbeleid voor degenen die echt in nood zijn. De partij wil (anno 2017) de instroom van asielzoekers zoveel mogelijk beperken en de terugkeer zoveel mogelijk verhogen. Zij wil (anno 2017) de Islam in Nederland terugdringen, inperken. Zij wil het (anno 2017) moeilijker maken voor uitgeprocedeerde asielzoekers en de uitkering aan asielzoeker stoppen als iemand niet mee werkt aan de inburgeringscursus. De SGP wil (anno 2017) dat de overheid asielzoekers tot zeven jaar kan terugsturen. De SGP is strenger dan de CU tegen vreemdelingen die tegenwerken en zich misdragen. Wie zich echter actief inzetten (voldoende inkomen en inburgering) blijven na vijf jaar verzekerd van verblijf in Nederland.
 
'''Defensie'''. In 2017 wilde de SGP de defensie het meest verhogen (+3 miljard) tegenover +2 miljard bij CDA of CU.
 
'''Israël.''' Wat Israël betreft, de SGP steunt de Joodse staat en is tegen een van boven af opgelegde 2-statenoplossing voor het conflict tussen Israël en de Palestijnen. Vrede tussen de Joden en de Palestijnen zal vooral van onderop tot stand moeten komen, onder andere door meer economische en humanitaire samenwerking.