k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
'''Pul''' of Tiglatpilesar III (ook geschreven Tiglath-pileser III) was koning van [[Assyrië]] in de 2e helft van de 8e eeuw vóór Christus. Hij bedreigde het tienstammenrijk Israël.
'''Naam.''' In de Bijbel wordt hij ''Pul'' (2 Kon. 15:19) genoemd, ook ''Tilgath-Pilnéser'' (Statenvertaling). Pul is de Babylonische naam voor Tiglath-pileser III. De Hebreeuwse naam voor ''Pul'' is פול, ''Poel'', en betekent "onderscheidend"<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen. O''nderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. </ref>. Het Strongnummer is 06322. De naam komt 4x voor in het Oude Testament.
Hij regeerde Assyrië van 745 tot 727 vóór Chr<ref>Van 771 tot 740 vóór Chr. volgens P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling''. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. </ref>. Tiglatpilesar III verovert eerder verloren gegane gebieden van het Assyrische rijk. Hij breidde het zeer uit, tot in Israël, en bracht het tot groot aanzien. Hij stichtte zodoende het ''Nieuw-Assyrische rijk'', het Assyrische ''wereldrijk''.
Regel 9:
== Pul en Israël ==
In die 8e eeuw bedreigde God door de mond van de profeet Amos het huis van Israël met de komst van de Assyriërs:<blockquote>''Am 6:14 Want ziet, Ik zal over ulieden, o huis Israëls! een volk verwekken, spreekt de HEERE, de God der heirscharen; die zullen ulieden drukken, van daar men komt te Hamath, tot aan de beek der wildernis. (SV)''</blockquote>Hij bedreigde [[Menahem]], de koning van het noordelijke rijk van Israël, waardoor deze vorst genoodzaakt was de gevreesde aanval voor een zeer grote som af te kopen, 2 Kon. 15:19.<blockquote>''2 Koningen 15:19 [Toen] kwam Pul, de koning van Assyrie, tegen het land; en Menahem gaf aan Pul duizend talenten zilvers, opdat zijn hand met hem zoude zijn, om het koninkrijk in zijn hand te sterken. (SV)''</blockquote>{{Tijdbalk Israël 800-700 v.C.}}
Hij werd te hulp geroepen door Achaz koning van Juda, om hem te verlossen uit de hand van Rezin de koning van Syrië en uit de hand van Pekah de koning van Israël, 2 Kon. 16:7. <blockquote>''2Kr 28:20 Tiglath-Pileser, de koning van Assyrië, kwam naar hem toe, dreef hem in het nauw, en steunde hem niet. 2Kr 28:21 Achaz haalde weliswaar het huis van de HEERE en het huis van de koning en de vorsten leeg, en gaf dat aan de koning van Assyrië, maar dat hielp hem niet. 2Kr 28:22 Zelfs in de tijd toen men hem in het nauw dreef, ging die koning, Achaz, verder met ontrouw te zijn aan de HEERE. (HSV)''</blockquote>Hij betaalde grote sommen goud en zilver voor deze 'hulp' en Juda werd feitelijk een schatplichtige vazalstaat van Assyrië. Tiglat-Pileser veroverde hierna Damascus en liet koning Resin ter dood brengen, 2 Kon. 16:9. De Assyrische vorst ontmoette Achaz te Damascus, 2 Kon. 16:10. Achaz verving het brandofferaltaar door een altaar gemaakt naar het voorbeeld dat hij bij een bezoek aan Tiglatpileser in [[Damascus]] had gezien. [[Bestand:Campagnes van Tiglat-Pileser-III Access-Foundation.jpg|geen|miniatuur|1024x1024px]]
Hij werd als koning van Assyrië opgevolgd door [[Salmaneser]].
| |||