Romeinen 8: verschil tussen versies

344 bytes toegevoegd ,  15 dagen geleden
k
Regel 25:
'''De zonde in het vlees veroordeeld'''. En het vonnis is voltrokken aan Jezus, die aan het kruis gestorven is. En wij, naar onze oude mens, zijn met Hem gekruisigd.
 
"De zonde in het vlees". "De zonde die in mij woont" (7:17, 20); "in mijn vlees woont geen goed" (7:18); "de wet van de zonde die in mijn leden is" (23) De hartstochten van de zonden werkten in onze leden (7:5). <blockquote>{{BVH|Bijbelboek=Romeinen|Hoofdstuk=7|Vanaf_vers=5|Tot_vers=5}}</blockquote>
 
{{Bijbelcitaat|hoofdstuk=Romeinen 7|vers_1=5}}
 
== 4 ==
<onlyinclude><sup>4</sup> opdat de rechtvaardige eis van de wet vervuld wordt in ons, die niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest. </onlyinclude>(Telos)
'''De rechtvaardige eis van de wet vervuld wordt.''' De wet is "de wet van God" (7). Het gebod van de wet is rechtvaardig. <blockquote>
 
{{BijbelcitaatBVH|hoofdstukBijbelboek=Romeinen |Hoofdstuk=7|vers_1Vanaf_vers=12|Tot_vers=12}} </blockquote>
 
De eis (enkelvoud) van de wet is de liefde tot God en de naaste. De liefde doet de naaste geen kwaad. <blockquote>''Ro 13:8 Weest niemand iets schuldig dan elkaar lief te hebben; want wie de ander liefheeft, heeft de wet vervuld. (...) Ro 13:10 De liefde doet de naaste geen kwaad. Daarom is de liefde de vervulling van de wet. (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Ga 5:14 Want de hele wet wordt in een woord vervuld, in dit: ‘U zult uw naaste liefhebben als uzelf’. (TELOS)''</blockquote>'''Naar het vlees wandelen''' is zich gedragen overeenkomstig de harstochten en begeerten van het vlees. Wie naar het vlees wandelt, is naar het vlees (5).
Regel 47 ⟶ 45:
'''Wat het vlees bedenkt, is de dood'''. Zijn dingen die tot de dood leiden of waarin geen leven van God is.
 
{{Bijbelcitaat|hoofdstuk=Romeinen 6|vers_1=16|vers_2=(...)|vers_3=21|vers_4=(...)|vers_5=23}}{{BVH|Bijbelboek=Romeinen|Hoofdstuk=6|Vanaf_vers=16|Tot_vers=16}} (...) {{BV|Bijbelboek=Romeinen|Hoofdstuk=6|Vanaf_vers=21|Tot_vers=21}}(...) {{BV|Bijbelboek=Romeinen|Hoofdstuk=6|Vanaf_vers=23|Tot_vers=23}}<blockquote>''Ro 7:5  Want toen wij in het vlees waren, werkten de hartstochten van de zonden die door de wet gewekt worden, in onze leden om voor de dood vrucht te dragen. (...) Ro 7:13  Is dan het goede mij de dood geworden? Volstrekt niet! Maar de zonde, opdat zij zou blijken zonde te zijn, heeft door het goede mij de dood gewerkt, opdat de zonde uitermate zondig zou worden door het gebod. (...) Ro 7:24  Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit dit lichaam van de dood?'' (Telos) </blockquote>'''Maar wat de Geest bedenkt, is leven en vrede'''. 'Leven' is het tegendeel van 'dood'. Dingen die tot leven en vrede leiden of ze bevatten. <blockquote>''Ga 5:22  Maar de vrucht van de Geest is: liefde, blijdschap, <u>vrede</u>, lankmoedigheid, goedertierenheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.'' (Telos) </blockquote>
 
== 7 ==
Regel 122 ⟶ 120:
'''Erfgenamen''' zijn personen die een erfenis krijgen. → [[Erfgenaam]].
 
'''Erfgenamen van God'''. Van Hem die alles bezit. <blockquote>{{BijbelversBVH|HoofdstukNaamBijbelboek=1 Korinthiërs |Hoofdstuk=3|VersNummerVanaf_vers=22|Tot_vers=22}}</blockquote>'''Mede lijden ... mede verheerlijkt'''. Met Christus. Sluit aan op het mede-erfgenamen van Christus zijn. <blockquote>{{BijbelversBVH|HoofdstukNaamBijbelboek=Romeinen |Hoofdstuk=8|VersNummerVanaf_vers=30|Tot_vers=30}} </blockquote><blockquote>{{BijbelversBVH|HoofdstukNaamBijbelboek=Kolossenzen |Hoofdstuk=3|VersNummerVanaf_vers=4|Tot_vers=4}} </blockquote>Wij zijn 'vaten van de barmhartigheid, tot heerlijkheid bereid. <blockquote>{{BijbelversBVH|HoofdstukNaamBijbelboek=Romeinen |Hoofdstuk=9|VersNummerVanaf_vers=23|Tot_vers=23}} </blockquote>Zie ook vs. 18, dat spreekt van lijden en heerlijkheid. Wellicht ziet ''lijden'' hier niet slechts op lijden vanwege het geloof in Christus, maar bijvoorbeeld ook op ziekte (vgl. vs. 23 "de verlossing van ons lichaam") en gevolgen van de vergankelijkheid waaraan de hele schepping is onderworpen (21).
 
== 18 ==
Regel 128 ⟶ 126:
'''Het lijden van de tegenwoordige tijd.''' Zie vs. 17.
 
'''De toekomstige heerlijkheid.''' Zie ook vs. 17. Zie ook vs. 30.<blockquote>{{Romeinen 8:30}}</blockquote>'''Die aan ons geopenbaard zal worden.''' Die wij thans nog niet zien (25). Nadat de heerlijkheid ''aan'' ons geopenbaard is en wij verheerlijkt zullen zijn, zullen wij ''met'' Christus in heerlijkheid geopenbaard worden.<blockquote>{{BijbelversBVH|HoofdstukNaamBijbelboek=Kolossenzen |Hoofdstuk=3|VersNummerVanaf_vers=4|Tot_vers=4}}</blockquote>
 
== 19 ==