Ruth (persoon): verschil tussen versies

409 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Ruth''' was de Moabietische schoondochter van Naömi[[Naomi]]. enDoor haar huwelijk met Boaz werd zij de overgrootmoeder van [[David]]. Naar haar is het boek Ruth genoemd.
 
De betekenis van de eigennaam is 'gezel, vriend'<ref name=":0">Bromiley, Geoffrey  W.: ''The International Standard Bible Encyclopedia,'' Revised. Wm. B. Eerdmans, 1988, 2002.</ref>, 'vriendschap'<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon'', onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.</ref>, 'verzadigd, tevreden'<ref name=":0" /> of 'aanzien, schoonheid'<ref>S.J. van Ronkel, ''Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld.'' (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Ruth. Van Ronkel was destijds hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëdigd vertaler. Van Ronkel zegt dat Ruth wellicht is samengetrokken uit Reüth = aanzien, schoonheid, van het wwerkwoord ''Raoh'' = zien.</ref>. Het Strongnummer is 07327. De Hebreeuwse naam is רות, ''Roet.'' De naam komt 12x voor in het Oude Testament en 1x in het Nieuwe Testament (Matth. 1:5)
 
De eerste man van Ruth was [[Machlon]]. Deze was eerder met zijn ouders [[Elimelech]] en [[Naomi]] wegens een hongersnood uit Bethlehem-Juda naar Moab gegaan. Daar huwden hij en zijn broer Chiljan de Moabietische vrouwen Ruth en Orpa. Machlon en Chiljon stierven echter kinderloos in Moab.
Regel 7:
{{Stamboom Elimelech}}<br>
 
Ruth ging met haar schoonmoeder mee, toen deze terugkeerde naar Bethlehem-Juda. Orpa bleef in Moab. Boaz, een bloedverwant van haar overledenen man Chiljon, nam haar tot vrouw. Zij baarde hem Obed, de grootvader van David. <blockquote>''Mt 1:5 en Salmon verwekte Boaz bij Rachab; en Boaz verwekte Obed bij Ruth; en Obed verwekte Isai,''</blockquote>De, ons onbekende, schrijver van het boek Ruth leefde enige tijd na David. De gebeurtenissen, door hem verhaald, schijnen voorgevallen te zijn in de jaren die tussen het optreden van Gideon en Jefta waren verlopen<ref>P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling'' (Haarlem: De erven F. Bohn, 1866) s.v. Ruth. </ref>.
 
== Voetnoten ==