Toekomst van Israël: verschil tussen versies

507 bytes toegevoegd ,  7 maanden geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
De '''toekomst van Israël''' is beschreven in de Heilige Schrift. God, die het Begin en het Einde is, heeft vanaf het begin het einde verkondigd (Jes. 46:10), zowel het einde en de toekomst van Israël, als van de gemeente van Jezus Christus en van de wereld. De belangrijkste toekomstige gebeurtenissen met betrekking tot Israël zijn volgens de Bijbel:
* Oorlog, verwoestingen tot het einde
* De hervergadering van Israël
* De verdrukking van Israël
* De verlossing, bekering, verrijzenis en hereniging van Israël
Regel 8:
 
== Tot het einde oorlog, verwoestingen ==
Echter, "tot het einde toe zal er oorlog zijn, verwoestingen... " (Dan. 9:26)<blockquote>''[[Daniël 9#26|Da 9:26]]  Na de tweeënzestig weken zal de Messias uitgeroeid worden, maar het zal niet voor Hemzelf zijn. Een volk van een vorst, [een volk] dat komen zal, zal de stad en het heiligdom te gronde richten. Het einde ervan zal zijn in de [overstromende] vloed en <u>tot het einde toe zal er oorlog zijn, verwoestingen</u> [waartoe] vast besloten is. Da 9:27  Hij zal voor velen het verbond versterken, één week [lang]. Halverwege de week zal Hij slachtoffer en graanoffer doen ophouden. Over de gruwelijke vleugel zal een verwoester zijn, zelfs tot aan de voleinding, die, vast besloten, uitgegoten zal worden over de verwoeste.'' (HSV)</blockquote>Na de stichting van de staat Israël in het jaar 1948 heeft Israël verscheidene oorlogen gevoerd om te overleven. Tal van aanslagen op Joden zijn er geweest. Vanuit de Gazastrook worden van tijd tot tijd brandbommen en raketten richting Israël gezonden (anno 2020).
 
De moeitevolle toestand van het volk zal voortduren "totdat over ons uitgegoten wordt de Geest uit de hoogte", dat is bij de wederkomst van Christus, de wedergeboorte van Israël.<blockquote>''Jes 32:9 Staat op, gij geruste vrouwen, hoort mijn stem; gij dochters, die zo zeker zijt, neemt mijn redenen ter ore.  Jes 32:10  [Vele] dagen over het jaar zult gij beroerd zijn, gij [dochters], die zo zeker zijt, want de wijnoogst zal uit zijn, er zal geen inzameling komen. Jes 32:11  Beeft, gij geruste [vrouwen]; weest beroerd, [dochters], die zo zeker zijt; trekt u uit, en ontbloot u, en gordt [zakken] om uw lendenen. Jes 32:12  Men zal rouwklagen over de borsten, over de gewenste akkers, over de vruchtbare wijnstokken.  Jes 32:13  Op het land mijns volks zal de doorn [en] de distel opgaan; ja, op alle vreugdehuizen, [in] de vrolijk huppelende stad.  Jes 32:14  Want het paleis zal verlaten zijn, het gewoel der stad zal ophouden; Ofel en de wachttorens zullen tot spelonken zijn, tot in der eeuwigheid, een vreugde der woudezelen, een weide der kudden. Jes 32:15  <u>Totdat over ons uitgegoten worde de Geest uit de hoogte</u>; dan zal de woestijn tot een vruchtbaar veld worden, en het vruchtbare veld zal voor een woud geacht worden.'' (SV)</blockquote>
 
== Hervergadering in hun land ==
Israël wordt en zal worden hervergaderd in het land der belofte.<blockquote>
''Eze 11:17  Zeg daarom: Zo zegt de Heere HEERE: Ik zal u verzamelen uit de volken, en Ik zal u <u>bijeenbrengen</u> uit de landen waarover u verspreid bent, en Ik zal u het land van Israël wordtgeven.'' (HSV)</blockquote><blockquote>''Eze 34:13  En Ik zal ze uitvoeren van de volken, en zal wordenze hervergaderd<u>vergaderen</u> uit de landen, en brengen ze in hethun land; deren belofteIk zal ze weiden op de bergen Israëls, bij de stromen en in alle bewoonbare plaatsen des lands.'' (SV)</blockquote><blockquote>''Eze 36:24 Ik zal u uit de heidenvolken halen en u uit alle landen <u>bijeenbrengen</u>. Dan zal Ik u naar uw land brengen.'' (HSV)</blockquote><blockquote>''Jer 32:37  Ziet, Ik zal hen <u>vergaderen</u> uit al de landen, waarhenen Ik hen zal verdreven hebben in Mijn toorn, en in Mijn grimmigheid, en in grote verbolgenheid; en Ik zal hen tot deze plaats <u>wederbrengen</u>, en zal hen zeker doen wonen.  Jer 32:38  Ja, zij zullen Mij tot een volk zijn, en Ik zal hun tot een God zijn.  Jer 32:39  En Ik zal hun enerlei hart en enerlei weg geven, om Mij te vrezen al de dagen, hun ten goede, mitsgaders hun kinderen na hen.  Jer 32:40  En Ik zal een eeuwig verbond met hen maken, dat Ik van achter hen niet zal afkeren, opdat Ik hun weldoe; en Ik zal Mijn vreze in hun hart geven, dat zij niet van Mij afwijken. Jer 32:41  En Ik zal Mij over hen verblijden, dat Ik hun weldoe; en Ik zal hen getrouwelijk in dat land planten, met Mijn ganse hart en met Mijn ganse ziel.  Jer 32:42  Want zo zegt de HEERE: Gelijk als Ik over dit volk gebracht heb al dit grote kwaad, alzo zal Ik over hen brengen al het goede, dat Ik over hen spreke.'' (SV)</blockquote><blockquote>''Jes 11:10  Want het zal geschieden ten zelven dage, dat de heidenen naar den Wortel van Isaï, Die staan zal tot een banier der volken, zullen vragen, en Zijn rust zal heerlijk zijn.  Jes 11:11  Want het zal geschieden te dien dage, dat de Heere ten anderen male Zijn hand aanleggen zal om <u>weder te verwerven</u> het overblijfsel Zijns volks, hetwelk overgebleven zal zijn van Assyrie, en van Egypte, en van Pathros, en van Morenland, en van Elam, en van Sinear, en van Hamath, en van de eilanden der zee. Jes 11:12  En Hij zal een banier oprichten onder de heidenen, en Hij zal de verdrevenen van Israël verzamelen, en de verstrooiden uit Juda <u>vergaderen</u>, van de vier eilanden des aardrijks.'' (SV)</blockquote>Deze hervergadering is gaande. Een deel van Israël is al terug in het land, maar in druk en benauwdheid. En in ongeloof aan de gekruisigde Gezalfde van de HEER. De hervergadering en de staatkundige opbouw hebben de vijandschap van de omringende volkeren opgewekt.
 
De hervergadering gaat door en het land wordt gebouwd. In 1948 is de staat Israël weer opgericht. In de synagogale eredienst is een gebed toegevoegd: „Onze Vader in de hemel, rotsvaste steun en verlosser van Israël, zegen de staat Israël, het ontluikend begin van onze verlossing.”<ref>Gelijk zijn komst uit Egypte een vervulling was van de uitroeping van Israël uit Egypte. De Heer verbleef immers als kind in Egypte tot de dood van Herodes, "opdat vervuld werd wat door de Heer gesproken is door middel van de profeet, die zei’: Uit Egypte heb Ik mijn Zoon geroepen’." (Matth. 2:15)</ref>. In 2018 was de 'joodse gemeenschap' in Israël de grootste joodse gemeenschap in de wereld geworden; zij was de Jodenheid in Amerika in omvang gepasseerd.
Regel 20 ⟶ 21:
 
== Verdrukking, verlies en loutering ==
De '''nabije''' toekomst van Israël laat zich (anno 2012) rampzalig aanzien. Sommige christenen zien [[Psalm 83]] voor hun ogen in vervulling gaan, eventueel reeds vanaf 1948:<blockquote>''Ps 83:1 Een lied, een psalm van Asaf. O God, zwijg niet, houd U niet doof, wees niet stil, o God!'' ''Ps 83:2 Want zie, Uw vijanden tieren, wie U haten, steken [hun] hoofd omhoog.'' ''Ps 83:3 Zij beramen listig een heimelijke aanslag tegen Uw volk en beraadslagen tegen Uw beschermelingen.'' ''Ps 83:4 Kom, zeiden zij, laten wij hen uitroeien, zodat zij geen volk meer zijn en aan de naam van Israël niet meer gedacht wordt.'' ''Ps 83:5 Want samen hebben zij [in hun] hart beraadslaagd; [dezen] hebben een verbond tegen U gesloten:'' ''Ps 83:6 de tenten van Edom en de Ismaëlieten, Moab en de Hagrieten,'' ''Ps 83:7 Gebal, Ammon en Amalek, Filistea met de bewoners van Tyrus.'' ''Ps 83:8 Ook Assyrië heeft zich bij hen aangesloten, zij zijn voor de zonen van Lot een [sterke] arm geweest. Sela'' ''Ps 83:9 Doe met hen als met Midian, als met Sisera, als met Jabin aan de beek Kison:'' ''Ps 83:10 zij zijn weggevaagd te Endor, zij zijn geworden tot mest op de aardbodem.'' ''Ps 83:11 Maak hen [en] hun edelen als Oreb en als Zeëb, al hun vorsten als Zebah en als Zalmuna,'' ''Ps 83:12 die zeiden: Laten wij [deze] woningen van God voor onszelf in bezit nemen.'' ''Ps 83:13 Mijn God, maak hen als een werveldistel, als stoppels voor de wind.'' ''Ps 83:14 Zoals vuur een woud verbrandt, zoals de vlam de bergen verzengt,'' ''Ps 83:15 achtervolg hen zó met Uw storm, jaag hun schrik aan met Uw wervelwind.'' ''Ps 83:16 Bedek hun gezicht met schande, dan zullen zij, HEERE, Uw Naam zoeken.'' ''Ps 83:17 Laten zij beschaamd en door schrik overmand zijn tot in eeuwigheid, laten zij rood van schaamte worden en omkomen.'' ''Ps 83:18 Dan zullen zij weten, dat U - Uw Naam is HEERE! - U alleen de Allerhoogste bent over de hele aarde.'' ''(SV)''</blockquote>
God zal alle '''volken''' tegen Jeruzalem ten strijde verzamelen. <blockquote>''Zac 14:2 Dan zal Ik alle heidenvolken verzamelen voor de strijd tegen Jeruzalem. De stad zal ingenomen worden, de huizen zullen geplunderd, en de vrouwen zullen verkracht worden. De helft van de stad zal in ballingschap wegtrekken, maar het overige van het volk zal niet uitgeroeid worden uit de stad.'' (HSV)</blockquote>Vergelijk de woorden van Zefanja in verband met het gericht over Jeruzalem (Zef. 3:1v):<blockquote>''Zef 3:8  Daarom, verwacht Mij, spreekt de HEERE, op de dag dat Ik opsta om buit [te halen], want Mijn oordeel is de heidenvolken te verzamelen, de koninkrijken bijeen te brengen, om over hen Mijn gramschap uit te storten, heel Mijn brandende toorn. Want door het vuur van Mijn na-ijver zal heel dit land verteerd worden. Zef 3:9 Voorzeker, dan zal Ik bij de volken [de lippen] veranderen in reine lippen, zodat zij allen de Naam van de HEERE zullen aanroepen, om Hem schouder aan schouder te dienen.'' (HSV)</blockquote><blockquote>''Jer 30:4 En dit zijn de woorden, die de HEERE gesproken heeft van Israël en van Juda. Jer 30:5 Want zo zegt de HEERE: Wij horen een stem der verschrikking; er is vrees en geen vrede. Jer 30:6 Vraagt toch en ziet, of een manspersoon baart? Waarom zie Ik [dan] eens iegelijken mans handen op zijn lenden, als van een barende [vrouw], en alle aangezichten veranderd in bleekheid? Jer 30:7 <u>O wee! want die dag is zo groot, dat zijns gelijke niet geweest is; en het is een tijd van benauwdheid voor Jakob</u>; nog zal hij daaruit verlost worden. Jer 30:8 Want het zal te dien dage geschieden, spreekt de HEERE der heirscharen, [dat] Ik zijn juk van uw hals verbreken, en uw banden verscheuren zal; en vreemden zullen zich niet meer van hem doen dienen. Jer 30:9 Maar zij zullen dienen den HEERE, hun God, en hun koning David, dien Ik hun verwekken zal. (SV)''</blockquote>Tweederde van de Israëliers zal worden uitgeroeid. De rest zal worden gelouterd, "zoals men zilver loutert" en "goud beproeft" (Zach. 13:9). <blockquote>
''Zac 13:7 Zwaard! ontwaak tegen Mijn Herder, en tegen den Man, Die Mijn Metgezel is, spreekt de HEERE der heirscharen; sla dien Herder, en de schapen zullen verstrooid worden; maar Ik zal Mijn hand tot de kleinen wenden. Zac 13:8  En het zal geschieden in het ganse land, spreekt de HEERE, de <u>twee delen daarin zullen uitgeroeid worden</u>, [en] den geest geven; maar het derde deel zal daarin overblijven.  Zac 13:9  En Ik zal <u>dat derde deel in het vuur brengen, en Ik zal het louteren, gelijk men zilver loutert, en Ik zal het beproeven, gelijk men goud beproeft</u>; het zal Mijn Naam aanroepen, en Ik zal het verhoren; Ik zal zeggen: Het is Mijn volk; en het zal zeggen: De HEERE is mijn God. (...) Zac 14:2  Want Ik zal alle heidenen tegen Jeruzalem ten strijde verzamelen; en de stad zal ingenomen, en de huizen zullen geplunderd, en de vrouwen zullen geschonden worden; en de helft der stad zal uitgaan in de gevangenis; maar het overige des volks zal uit de stad niet uitgeroeid worden.'' (SV) </blockquote>Dat vele Israëlieten zullen omkomen blijkt onder meer uit de benaming '<nowiki/>'''overblijfsel'''<nowiki/>' die voor de overlevenden gebruikt zal worden.