Vervolging van christenen: verschil tussen versies

1.125 bytes toegevoegd ,  5 jaar geleden
k
Regel 146:
'''305.''' In 305 werd zekere Lucius, een jongeman van 20 jaren, bij [[Caesarea Maritima|Caesarea]] in de zee geworpen en aldus omgebracht<ref>Adrianus Haemstede, ''Historie der martelaren''; ''Die, om de getuigenis der evangelische waarheid, hun bloed gestort hebben, van Christus onze Zaligmaker af tot het jaar 1655''. Amsterdam: 1671. Herziene druk 1881, blz. 46. </ref>. Dorothea, een maagd, werd onthoofd. Omstreeks 305 werd Januarius, opziener van de gemeente van God te Napels en te Benevento, in Pozzuoli - volgens de overlevering samen met andere christenen - onthoofd.
 
'''306.''' Op 28 oktober 306 werd [[Maxentius]], de zoon van keizer [[Maximianus]], Romeins keizer, hoewel niet erkend werd door de andere keizers. Hij regeerde tot 312. Het gebied onder zijn controle bestond uit Italië, Africa, Corsica en Sardinië. Maxentius evenaarde zijn vader [[Maximianus]] in wreedheid. In het begin van zijn regering gaf hij zich evenwel voor een christen uit, en gebood dat men de vervolging van de christenen zou staken, terwijl hij nochtans geen middelen onbeproefd liet, om hen te kwellen en verdriet aan te doen.
'''306.''' In 306 stierf als martelaar te Alexandrië door onthoofding [[Phileas van Thmuïs|Phileas]], opziener van de gemeente te Thmuïs (Egypte). In datzelfde jaar <ref>Dit jaartal wordt genoemd door http://www.heiligen.net/heiligen/08/19/08-19-0306-timotheus.php. Adrianus Haemstedius, ''Historie der martelaren; Die, om de getuigenis der evangelische waarheid, hun bloed gestort hebben, van Christus onze Zaligmaker af tot het jaar 1655''. (Amsterdam: 1671. Herziene druk 1881) blz. 43, dateert de marteldood van Timotheüs, Thecla en Agapius in het tweede jaar van de vervolging, dat is in het jaar 304. </ref> stierven de marteldood omwille van Christus: Timotheus van Gaza, die in het vuur werd verbranding; Thecla, die in het theater aan de wilde dieren werd prijsgegeven; Agapius, die niet lang daarna in de buurt van [[Caesarea (Maritima)|Caesarea]] in zee werd gegooid en verdronk. In Tarsus, in de provincie Cilicië, werden van het leven beroofd de gelovige vrouwen Cyrenia en Juliana.
 
'''309.''' In 309306 stierf als martelaar te Alexandrië door onthoofding [[PamphilusPhileas van CaesareaThmuïs|PamphilusPhileas]], opziener van de gemeente te Thmuïs (Egypte). In datzelfde jaar <ref>Dit jaartal wordt genoemd door http://www.heiligen.net/heiligen/08/19/08-19-0306-timotheus.php. Adrianus Haemstedius, ''Historie der martelaren''; Die, om de getuigenis der evangelische waarheid, hun bloed gestort hebben, van Christus onzenonze zaligmakerZaligmaker af tot het jaar 1655''. (RotterdamAmsterdam: D1671. Bolle,Herziene druk 1881) blz. 43, dateert zijnde doodmarteldood invan 307Timotheüs, Thecla en Agapius in het eerstetweede jaar van keizerde [[Maxentius]].vervolging, dat is in het jaar 304. </ref> stierven de marteldood omwille van Christus: Timotheus van Gaza, ouderlingdie tein Caesarea.het Omstreeksvuur werd verbranding; Thecla, die tijdin stierfhet doortheater onthoofdingaan ookde [http://www.heiligen.net/heiligen/11/11/11-11-0295-menas.phpwilde Menas],dieren eenwerd soldaatprijsgegeven; Agapius, afkomstigdie uitniet lang daarna in de buurt van [[EgypteCaesarea (Maritima)|Caesarea]] in zee werd gegooid en verdronk. In Tarsus, in de provincie Cilicië, werden van het leven beroofd de gelovige vrouwen Cyrenia en Juliana.
 
'''307.''' In 307 stierven de marteldood Theodosia (of Theodora) van Caesarea, een maagd van omtrent 18 jaren oud te Tyrus, die in de zee bij [[Caesarea (Maritima)|Caesarea]] werd verdronken<ref>Adrianus Haemstedius, ''Historie der martelaren''; Die, om de getuigenis der evangelische waarheid, hun bloed gestort hebben van Christus onzen zaligmaker af tot het jaar 1655. (Rotterdam: D. Bolle, 1881) blz. 47. Meer informatie over Theodosia op Heiligen.net: http://www.heiligen.net/heiligen/04/02/04-02-0307-theodosia.php.</ref>.
 
'''309.''' In 309 stierf als martelaar door onthoofding [[Pamphilus van Caesarea|Pamphilus]]<ref>Adrianus Haemstedius, ''Historie der martelaren''; Die, om de getuigenis der evangelische waarheid, hun bloed gestort hebben van Christus onzen zaligmaker af tot het jaar 1655. (Rotterdam: D. Bolle, 1881) blz. dateert zijn dood in 307, in het eerste jaar van keizer [[Maxentius]]. </ref>, ouderling te Caesarea. Omstreeks die tijd stierf door onthoofding ook Menas<ref>Informatie over hem is te vinden op Heiligen.net: http://www.heiligen.net/heiligen/11/11/11-11-0295-menas.php</ref>, een soldaat, afkomstig uit [[Egypte]].
[[Bestand:Martyrs Silvanus the Bishop of Emesa, Luke the deacon, and Mocius (Mucius) the reader (Menologion of Basil II).jpg|links|miniatuur|430x430px|Silvanus, Lukas en Mocius aan de wilde dieren voorgeworpen. Schildering uit 985.]]
'''312.''' In 312 liet men Silvanus (ook Silvinus genoemd), opziener te Emesa, een stad bij Apamea, in Syrië, met de diaken Lukas en de voorlezer Mocius (of Mucius) in de gevangenis verhongeren. Daarna werden zij aan de wilde dieren ter verslinding voorgeworpen, maar die lustten ze niet. Achtergelaten stierven deze christenen van uitputting. Medechristenen haalden de ontslapenen 's nachts op en begroeven ze. Kort daarna werd de arts Julianus aangehouden en gekruisigd. Misschien was hij een van de gelovigen die het lichaam van Silvanus hadden geborgen. Men doodde de Julianus door een spijker door zijn hoofd te drijven.<ref>Silvanus van Emesa, Heiligen.net, geraadpleegd 10 maart 2019.</ref>