Zuurdeeg: verschil tussen versies

77 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Zuurdeeg''' is het door gisting (fermentatie) verzuurd meeldeeg. Het ontstaat na enige tijd uit vers deeg op natuurlijke wijze dankzij de werking van bacteriën...')
 
 
Regel 102:
De Heer Jezus waarschuwt voor het zuurdeeg van de Farizeeën (verkeerde leer, huichelarij), van de Sadduceeën (verkeerde leer) en van de Herodianen.<blockquote>''Mt 16:5 En toen de discipelen aan de overkant kwamen, hadden zij vergeten broden mee te nemen. Mt 16:6 Jezus nu zei tot hen: Let op en past op voor het zuurdeeg van de farizeeën en sadduceeën. Mt 16:7 Zij nu overlegden onder elkaar en zeiden: Dat is omdat wij geen broden hebben meegenomen. Mt 16:8 Daar nu Jezus dit merkte, zei Hij: Waarom overlegt u onder elkaar, kleingelovigen, dat u geen broden hebt meegenomen? Mt 16:9 Begrijpt u nog niet, en herinnert u zich niet de vijf broden van de vijfduizend, en hoeveel korven u meenam? Mt 16:10 Of de zeven broden van de vierduizend, en hoeveel manden u meenam? Mt 16:11 Hoe begrijpt u niet, dat Ik u niet over broden heb gesproken? Past u echter op voor het zuurdeeg van de farizeeën en sadduceeën. Mt 16:12 Toen beseften zij, dat Hij niet had gezegd dat zij moesten oppassen voor het zuurdeeg van de broden, maar voor de leer van de farizeeën en sadduceeën.'' (TELOS)</blockquote>De apostel Paulus waarschuwt voor zuurdeeg van ontucht, slechtheid en boosheid (1 Cor. 5) en van verkeerde leer (wetticisme) (Gal 5:9). Bij het volk van God mag geen zuurdeeg gevonden worden.
 
In '''Matth. 13 vers 33''' spreekt de Here Jezus in een gelijkenis over het koninkrijk der hemelen over een stukje zuurdeeg dat het geheel doordesemt, doorzuurt. <blockquote>''Mt 13:33  Een andere gelijkenis sprak Hij tot hen: Het koninkrijk der hemelen is gelijk aan zuurdeeg, dat een vrouw nam en verborg in drie maten meel, totdat het geheel doorzuurd was. (TELOS)''</blockquote>Veel uitleggers vatten het zuurdeeg hier gunstig op: het evangelie dat uiteindelijk de hele wereld zal doortrekken en allen zal bereiken, of<supref>[5]Zo Ed. Rhiem, C.H. van Rhijn (red.), aangehaald werk, s.v. Zuurdeeg, blz. 1242. </supref> de alles doordringende werking van het Koninkrijk van God. Echter, omdat op alle andere plaatsen het figuurlijke zuurdeeg een ongunstige betekenis heeft, is dat waarschijnlijk hier ook zo. De gelijkenis leert dat het Koninkrijk der hemelen tenslotte geheel doortrokken zal zijn van het kwaad. Wat de laatste dagen betreft spreekt de Schrift immers van verval en afval in het Koninkrijk van God.
 
Het beweegoffer van de eerstelingsgarf was zonder zuurdeeg. Het stelt de zondeloze Christus voor, de eersteling uit de doden; in Hem was geen kwaad. De twee beweegbroden van het wekenfeest echter stellen zinnebeeldig de gemeente voor. In de gemeente, d.w.z. onder de gelovigen uit Joden en Heidenen, komt kwaad voor. Ze zijn nog behept met een zondige natuur.