Bileam: verschil tussen versies

4 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 1:
'''Bileam''', ook genoemd Balaäm, was een vermaard waarzegger uit [[Mesopotamië]], die, ofschoon door [[Balak]], de koning van [[Moab, Moabieten|Moab]], juist met het tegenovergestelde doel ingehuurd en ontboden, de Israëliëten zegende (Num. 22:1-24:25; Deut. 23:3-6). Om echter niet onbeloond te vertrekken, gaf de heidense ziener aan Balak de raad de Israëlieten door bekoorlijke vrouwen tot hoererij en afgoderij te verleiden. Deze schandelijke raad berokkende hem de dood, en deed het nageslacht van Israël zijn naam altijd met afschuw noemen.
 
Bileam was de zoon van Beor of [[Bosor]] en woonde in Pethor te Mesopotamië (Deut. 23:4). Hij werd ingehuurd door Balak, de koning van Moab, die hem uit Syrië (Aram) liet halen (Num. 23:7) om Israël te vervloeken,<blockquote>''Nu 23:7 Toen hief hij zijn spreuk aan en zei: Uit Syrië heeft Balak, de koning van Moab, mij laten halen, vanuit het bergland van het oosten: Kom, vervloek mij Jakob, kom, verwens Israël! (HSV)''</blockquote>Maar God dwong hem het uitverkoren volk te zegenen in plaats van te vervloeken.
[[Bestand:Balak en Bileam Maarten de Vos.jpg|miniatuur|633x633px|''Gravure: Bileam en Balak. De ziener was door Balak ontboden om Israël te vervloeken, maar God dwong de ziener om het volk te zegenen.'' ]]
Hoewel de ziener vroom sprak was zijn hart blijkbaar gericht op het verkrijgen van de beloning van Balak (Judas: 11). De engel van Jahweh weerstond hem, en hij werd berispt door zijn ezel, maar hij mocht zijn weg vervolgen (Num. 22-24; Deut. 23:4,5l; Joz 24:9,10).